Polen
Republiek Polen Rzeczpospolita Polska | |
---|---|
Hoofdstad | Warschau |
Aantal inwoners | 38.116.000 (2021) |
Oppervlakte | 312.679 km² |
Regeringsvorm | Parlementaire republiek |
President | Andrzej Duda (sinds 2015) |
Premier | Donald Tusk (sinds 2023) |
Godsdienst | Christendom (90%) Geen religie (6%) Overig (4%) |
Taal | Pools (Język polski) |
Munteenheid | Złoty |
Volkslied | Mazurek Dąbrowskiego |
Nationale feestdag | Dag van de Grondwet (3 mei) Onafhankelijkheidsdag (11 november) |
Landcode | POL |
Polen (Pools: Polska) officieel Republiek Polen is een land in Europa. Het land grenst aan Duitsland, Tsjechië, Slowakije, Rusland (Kaliningrad), Litouwen, Wit-Rusland en Oekraïne. De hoofdstad van Polen is Warschau.
Polen is sinds de Tweede Wereldoorlog een stuk naar links geschoven. De toenmalige Sovjet-Unie kreeg hierdoor 178.000 km² grondgebied van Polen en Polen kreeg 102.600 km² van Duitsland. In de Tweede Wereldoorlog kreeg Polen het zwaar te verduren: het hele land werd verwoest door oorlogen. In Polen vielen veruit de meeste doden, vooral door concentratiekampen en vernietigingskampen. Hierna kwam een communistische regering, maar veel oude dingen zijn hetzelfde gebleven (Kerk veel macht, landbouwbedrijven zijn nog van burgers). Aan het eind van de jaren '70 kreeg Polen moeilijkheden, doordat de economie achter liep. De keuze van de paus in 1978, de Poolse Karol Wojtyla, die onder de naam van paus Johannes Paulus II bekend werd, had grote invloed. De Polen kregen moed om onder de naam Solidariteit geweldloos te demonstreren en te staken tegen het communisme. In 1989 viel de Volksrepubliek Polen, de voorganger van het moderne Polen.
Geschiedenis
Oudheid en vroege middeleeuwen
In het neolithicum (4000-2000 v.Chr.) vestigden de eerste inwoners zich op Pools grondgebied. Zij waren agrarische groepen en zorgden ervoor dat er handelswegen door het op dat moment dicht beboste land ontstonden. Enkele eeuwen v.Chr. bezetten verschillende groepen het land, zoals de Kelten, Balten en Hunnen, maar deze trokken meestal weer verder. Af en toe vestigden verschillende stammen zich in Polem, en dit ware de eerste belangrijke Poolse inwoners: de Westslavische stammen. Deze gingen omstreeks 500 na Christus in Polen wonen. De belangrijkste stam was die der Polanen. Hun leider, Mieszko I werd bekeerd tot het Christendom in 966.
Middeleeuwen
De dag van de bekering tot het christendom wordt gezien als het ontstaan van Polen. In 1000 werd het eerste aartsbisdom gesticht en in 1025 werd Boleslaw tot eerste koning van Polen gekroond. Na de dood van Boleslaw, die vele gebieden had veroverd, viel het rijk uit elkaar. Kazimierz I wist de eenheid echter te herstellen en hij maakte Kraków hoofdstad van Polen. In 1040 raakte hij echter in conflict met de bisschop van Kraków en liet hem terechtstellen. Hij werd verbannen en het Poolse gebied werd onder zijn 4 zonen verdeeld. Ze hadden vaak meningsverschillen en Polen werd verdeeld in steeds kleinere hertogdommen. Hierdoor kregen de adel en de geestelijkheid meer macht dan ze hadden moeten krijgen.
Het zuiden werd in 1241 aangevallen door Tartaren die Legnica veroverden. Polen riep de hulp in van Poolse kruisridders, maar nadat deze hun taak hadden volbracht in 1275 wilden ze niet meer weg. Hierdoor had Polen geen doorgang meer naar de Oostzee. Ook intern ging het niet goed in Polen, maar onder Wladislaw I keerde de rust terug. Polen begon ook weer te veroveren; verschillende delen van Oekraïne worden veroverd. De opvolger van Wladislaw, Kazimierz III de Grote, bouwde overal kastelen. Gevluchte joden werden binnengelaten zonder problemen en de economie floreerde. Kazimierz overleed in 1370 en zijn opvolger kwam uit Hongarije, de 11-jarige Jadwiga van Hongarije. Zij trouwde met de groothertog van Litouwen en zij versloegen de kruisridders in het noorden en breidden het grondgebied aanzienlijk uit. Jagiello, de Litouwse groothertog, werd in 1434 opgevolgd door zijn zoon Wladyslaw III maar hij stierf in de Slag bij Varna tegen de Turken. Kazimierz IV, zijn opvolger en broer, versloeg de Duitsers definitief en zorgde ervoor dat Polen weer toegang tot de Oostzee had. Eind 15e eeuw werd de adel steeds machtiger en kregen ze steeds meer openbare functies tot hun beschikking.
Het Pools-Litouwse Gemenebest
Onder Zygmunt I floreerde Polen, ook door een huwelijk met een dochter van een Italiaanse hertog. Polen had het voor het zeggen in Oekraïne, Letland, Ruthenië, Litouwen, Bohemen en Wit-Rusland. Door de economische positie bloeide de mijnbouw en handel in Polen. Zygmunt werd opgevolgd door Zygmunt II en hij bleef ondanks drie huwelijken kinderloos. Het gevaar dreigde dat Polen uit elkaar zou vallen. In 1569 ontstond daarom het Pools-Litouwse Gemenebest door de Unie van Lublin. Polen en Litouwen werden hierdoor verenigd onder één vorst. Hoewel beide landen gelijk aan elkaar waren, was Polen het veel belangrijkere deel. Het Gemenebest was een erg moderne staat voor zijn tijd. Zo was er godsdienstvrijheid en had de adel en hogere burgerij veel invloed in het landsbestuur. Polen-Litouwen was daarnaast een kiesmonarchie, waardoor koningen gekozen werden.
In 1605 viel Zweden Polen aan, maar het werd door de Polen verslagen. De relatie met Zweden werd hierdoor erg gespannen en leidde tot de Dertigjarige Oorlog. In 1632 werd Zygmunt III opgevolgd door Wladyslaw IV, die oorlog tegen de Russen en Turken voerde. Hij sloot ook vrede met Zweden in 1648. Jan II Kazimierz Waza, de opvolger, zorgde ervoor dat er oorlogen kwamen. In 1655 bracht Janus Radziwill de Zweden naar Polen maar hierdoor werd het hele land ontwricht. In 1672 verklaarde de Turken de oorlog aan Polen maar deze wisten ze te verslaan. In 1683 versloegen ze de Turken weer bij Wenen, dit was onder Jan Sobieski's leiding.
Ondertussen was de Rooms-Katholieke Kerk de staatsreligie van Polen-Litouwen geworden. De Russen, Pruisen en Oostenrijkers wisten steeds meer invloed op het landsbestuur te krijgen. Dit kwam doordat het Pools-Litouws parlement alleen dingen kon beslissen als alle leden het met elkaar eens waren. Dit zorgde voor instabiliteit. De Pools-Litouwse koning was ondertussen meer bezig met zijn paleizen en de verbouwing van Warschau. Uiteindelijk wist de Russische tsarina Catharina de Grote Polen tot Russische vazalstaat te maken. De Pools-Litouwse koning voerde echter hervormingen door om Polen onafhankelijker te maken.
Franse tijd en 19e eeuw
Om Polen hiervoor te straffen vonden de Poolse delingen plaats. In 1772, 1791 en 1794 werden het grondgebied van Polen-Litouwen opgedeeld tussen Rusland, Pruisen en Oostenrijk. Eerst werden slechts enkele stukken grond afgenomen, maar in 1794 hield Polen-Litouwen op met bestaan. Het Poolse volk was hierdoor verdeeld over drie verschillende landen. Hoewel de Polen in opstand kwamen tegen de delingen, konden zij niet op tegen de Pruisen, Russen en Oostenrijkers. Veel Poolse edelen weken vervolgens uit naar Frankrijk, waar de Franse Revolutie was uitgebroken.
Na de Vijfde Coalitieoorlog moest Pruisen de helft van zijn grondgebied aan Napoleon Bonaparte afstaan. Napoleon stichtte vervolgens het hertogdom Warschau, wat een vazalstaat van Frankrijk was. Hoewel de Polen vrijwel geen invloed in het hertogdom hadden, waren ze de Fransen toch dankbaar. Later moest Oostenrijk ook grondgebied afstaan van het hertogdom Warschau. Het hertogdom was echter maar van korte duur. Na de rampzalige Franse invasie van Rusland en de Zesde Coalitieoorlog werd het hertogdom door Rusland in 1814 bezet.
Een jaar later werd op het Congres van Wenen besloten om het hertogdom op te delen in drie delen:
- Congres-Polen, een vazalstaat van Rusland, wat in 1831 bij Rusland gevoegd werd.
- De republiek Krakau, een vazalstaat van Oostenrijk, wat in 1846 bij Oostenrijk gevoegd werd.
- Het groothertogdom Posen, een vazalstaat van Pruisen, wat in 1849 bij Pruisen gevoegd werd.
Tegen het midden van de 19e eeuw hield Polen dus opnieuw op met bestaan. Toch kwam tijdens de 19e eeuw ook het Pools nationalisme op. De Polen wilden hierdoor een eigen land vormen en werden trots op hun taal, cultuur en geschiedenis. Er vonden verschillende protesten en opstanden plaats, maar deze waren allemaal onsuccesvol.
Eerste Wereldoorlog en daarna
Tijdens de Eerste Wereldoorlog wist Polen onafhankelijk te krijgen. Toen de oorlog begon, mocht de maarschalk Piłsudski de grens van Rusland oversteken. Hij deed dit met een groot leger. De Duitsers wisten het Russische gedeelte van Polen in te nemen en regeerden dit als het regentschapskoninkrijk Polen. Toen Duitsland aan het verliezen was, riep Piłsudski zichzelf tot president van Polen. De Russen waren ondertussen te druk bezig met de Russische Burgeroorlog in hun eigen land.
De Geallieerden accepteerden de Poolse onafhankelijkheid. In 1921 werden zelfs voormalige Duitse gebieden bij de Tweede Poolse Republiek gevoegd. Dit land lag echter een stuk meer naar het oosten dan tegenwoordig. Piłsudski trok zich in 1922 uit de politiek, maar de nieuwe Poolse regering bleek al snel niet in staat te zijn het land te besturen. In 1926 pleegde hij daarom een staatsgreep, waardoor Polen een dictatuur werd. Piłsudski bleef tot aan zijn dood in 1935 president van het land. Hij voerde een strijd tegen het opkomende communisme, maar de economie van Polen bleef weinig voorstellen.
Toen de nazi's in Duitsland de macht grepen, was Polen de felste tegenstander. Toch werden de Poolse zorgen niet erkend door de meeste landen. Polen sloot in 1934 een non-agressiepact met de Duitsers om zo veilig te blijven. In het geheim hadden de Duitsers echter het Molotov-Ribbentroppact met de Sovjet-Unie gesloten, waarbij Polen tussen beide staten werd verdeeld.
Tweede Wereldoorlog
Polen werd op 1 september 1939 tijdens de Poolse Veldtocht binnengevallen door de Duitsers. De Duitse invasie van Polen was ook het officiële begin van de Tweede Wereldoorlog. Enkele dagen later valt de Sovjet-Unie Polen via de oostzijde binnen. Op 5 oktober 1939 geeft Polen zich over, maar de Poolse regering gaat in ballingschap in Parijs en later Londen. Aan de kant van Sovjet-Unie werden 300.000 Polen vastgezet of kwamen om (zoals tijdens het bloedbad van Katyn). Aan de Duitse zijde ging het harder aan toe. Polen werden door de nazi's als Untermensch beschouwd. Ook had Polen een grote Joodse bevolking.
In Polen zetten de nazi's daarom veel concentratiekampen opgericht, zoals Sobibor en Auschwitz. Hier kwamen zo'n 3,5 miljoen Poolse Joden om te leven. Ook werden er Roma, verzetsstrijders en Poolse burgers omgebracht. Later werden Joden uit andere landen naar deze vernietigingskampen gebracht als onderdeel van de Holocaust. Ondertussen vestigden veel Duitsers zich in Polen. Zij discrimineerden de Polen; zo waren er restaurants, zwembaden en andere open instellingen waar Polen niet welkom waren. Veel Polen gingen hierdoor ook het verzet in. Een voorbeeld hiervan is de verzetsgroep Armia Krajowa. Desondanks werkte ook een gedeelte van het Poolse volk samen met de nazi's.
Polen werd aan het einde van 1944 bevrijd door het Sovjetleger. 6 miljoen Polen kwamen om tijdens de oorlog; wat zo'n 20% van de bevolking was. Op de conferentie van Jalta werden vervolgens de nieuwe grenzen van Polen vastgesteld, waardoor het land een stuk westelijker kwam te liggen.
Communistische periode
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Polen in de invloedsfeer van de Sovjet-Unie te liggen. Hoewel de Sovjets eerst beloofd hadden om democratie in Polen te stichten, kwam hier in 1947 al een einde aan. Polen kwam onder een communistisch bestuur, waardoor de Sovjet-Unie veel invloed op Polen had. Polen werd onderdeel van de Warschaupact, bezittingen kwamen in handen van de staat, religie werd verboden en er kwam een einde van vrijheid van meningsuiting en persvrijheid.
Toch ontstonden er economische problemen in Polen. In 1970 werden deze problemen erger door voedseltekorten, waardoor voedselprijzen omhooggingen. Ondertussen werd het bestuur steeds zwakker, waardoor in het geheim meer verzet ontstond tegen het communisme. De vakbond Solidariteit onder Lech Wałęsa speelde een belangrijke rol tijdens het verzet. Deze vakbond kreeg zelfs steun van de Rooms-Katholieke Kerk; in 1978 koos het Vaticaan ook een Pool tot paus. De Sovjets waren niet blij met het het verzet en steunde een staatsgreep van Wojciech Jaruzelski. Solidariteit en ander verzet werd hierdoor verboden. Toch was dit van korte duur, aangezien Michail Gorbatsjov in 1985 Sovjetleider werd. Gorbatsjov wilde meer openheid en vrijheid en zich minder met Oost-Europa bemoeien.
Jaruzelski was hierdoor verplicht om rond de tafel te zitten met de verzetsgroepen, waaronder Solidariteit. De regering van de Tweede Poolse Regering (die al sinds 1939 in ballingschap was) steunde deze gesprekken. In 1989 werden hierdoor de eerste vrije verkiezingen gehouden, waarbij de communisten slechts één zetel wonnen. Hierdoor kwam er een einde van het communisme en werd Polen een democratie.
Heden
In juni 1989 werden de eerste vrije verkiezingen gehouden door Solidarnosc in Polen en deze lieten zien wat men van de communisten dacht: ze werden volledig overlapt door bijvoorbeeld de Boeren- en Democratische Partij, die eerst ook communistisch was maar al snel de kant van de oppositie koos. Rakowski werd de nieuwe premier. Jaruzelki werd president. Leszek Balcerowicz zorgde voor een economisch plan om de inflatie te stoppen. Lech Wałęsa zorgde met zijn vakbond "Solidarność" (solidariteit) dat arbeiders meer inspraak kregen. Tegelijk gebruikte hij zijn vakbond als breekijzer om meer beweging in het starre communistische systeem van Polen te krijgen. Want Polen was sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog een satellietstaat van de Sovjet-Unie, dus in feite een bezet land. Solidarność werd dan ook keer op keer verboden, maar telkens toch weer toegestaan. Toen de greep van de Sovjet-Unie op Polen in 1989 verslapte, werd Wałęsa een jaar later president van Polen met ruim 74% van de stemmen. Bij de verkiezingen van 1995 werd Wałęsa nipt verslagen door Kwasniewskie. Hij zorgde voor geldhervorming. In 1997 werd een nieuwe grondwet goedgekeurd en geïntroduceerd. Hierna ging alles snel. In datzelfde jaar werd door de Europese Unie besloten dat Polen op termijn bij de EU mocht komen. Polen trad in 2004 toe tot de EU. Lech Kaczyński won in 2005 de verkiezing met 54%. Hij overleed in april 2010 na een vliegtuigcrash. Komorowski won de nieuwe verkiezingen van Kaczyński's tweelingbroer.
Op 10 april 2010 kwam de president van Polen, Lech Kaczyński, om het leven toen zijn vliegtuig bij Smolensk (Rusland) neerstortte. Het vliegtuig was op weg naar een herdenking van het Bloedbad van Katyn, de moord op duizenden Poolse officieren door de Russen in de Tweede Wereldoorlog.
Geografie
Landschap
Polen ligt voor het merendeel in de Noord-Europese Laagvlakte, die is ontstaan in de ijstijden. In Polen zijn ook morenengebieden met meren. In Polen stromen de Wisla en de Oder.
Flora en Fauna
De Midden-Europese vegetatie van Polen is bijna geheel ontstaan na de laatste ijstijd. Ongeveer 27% van Polen bestaat nog maar uit bos, en Puszcza Bialoweska is het enige gebied waarin nog een restant van de oerwouden zijn die eens heel Polen bedekten. Het bos verdwijnt niet heel snel; in 1984 (28 jaar geleden) was dit 28%. Województwo in de provincie Lódz is het minst bosrijk, Koszalin, Rzeszów en Zielona Góra het meest. Er zijn loofwouden van eiken, beuken en berken, maar meer voorkomend zijn de bossen met naaldbomen als de lariks en de grove den. De moeras- en heidegebieden zijn gevarieerd met 600 soorten mos en 1500 soorten paddenstoelen.
De dierenwereld van Polen is ook Midden-Europees. Er wonen wel enkele dieren die meer bij de Oost-Europese dierenwereld horen zoals de soeslik en de siezel. Dit zijn beide eekhoorns. In het woud van Bialowieska op de rand van de grens tussen Wit-Rusland en leeft wel een erg bijzondere diersoort; de wisent. De wisent is een soort bizon en het grootste Europese zoogdier. In Polen leven ook nog lynxen, bruine beren, wolven, everzwijnen en wilde katten. Bij de Mazoerische meren leven knobbelzwanen, kraanvogels, zwarte ooievaars, raven, grijze reigers, visarenden en aalscholvers. Ook komen in de meren palingen, karpers, zalmen en snoeken voor. Ook de alpenmarmot komt hier voor. Minder zeldzame dieren als hamsters, eekhoorns, herten en reeën zijn ook in Polen te vinden. Er zijn een paar duizend natuurreservaten en 12 nationale parken in Polen.
Grote steden
10 grootste steden van Polen | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Nummer | Stad | Inwoners | ||||||||
1 | Warschau | 1.794.166 | ||||||||
2 | Krakau | 779.966 | ||||||||
3 | Łódź | 672.185 | ||||||||
4 | Wrocław | 641.928 | ||||||||
5 | Poznań | 532.048 | ||||||||
6 | Gdańsk | 471.525 | ||||||||
7 | Szczecin | 400.990 | ||||||||
8 | Bydgoszcz | 346.739 | ||||||||
9 | Lublin | 339.547 | ||||||||
10 | Białystok | 297.585 |
Klimaat
Polen heeft veel bergen maar Polen heeft ook een overgangsklimaat, waardoor het 2 klimaatsoorten heeft; een gematigd zeeklimaat en een droog landklimaat. De neerslag varieert enorm; In de Karpaten en Sudeten ongeveer 850 mm per jaar, op de plateaus en meervlakten 600–800 mm per jaar en in Midden-Polen 450 mm per jaar. In de maanden september en oktober is de grootste kans op regen. Deze tijd wordt de Gouden Herfst genoemd. De winters duren van half december tot april. De laagste temperatuur ooit gemeten in Polen is -42 °C, de hoogste 40,2 °C.
Samenleving
Bevolkingsgroepen
In 2022 had Polen 37,9 miljoen inwoners, waardoor het een van de meest bevolkte landen in Europa is. De bevolking van Polen is momenteel aan het krimpen. Dit komt doordat veel Polen naar West-Europa verhuizen, aangezien hier de lonen hoger liggen. Voornamelijk jonge Polen en gastarbeiders verlaten het land, terwijl oudere Polen achterblijven. De meeste jonge Polen besluiten om te werken of te verhuizen naar Duitsland, Nederland, België, Scandinavië of Frankrijk. Hierdoor wordt verwacht dat de bevolking in de komende jaren gaat afnemen.
98,6% van de Poolse bestaat uit etnische Polen, die vaak het Pools als moedertaal hebben. 1,4% van de bevolking bestaat uit kleinere minderheden. Een deel van deze minderheden zijn erkend als minderheidsgroepen en hebben speciale rechten. De grootste minderheid zijn Sileziërs, waarvan er 585.000 in Polen wonen. Andere minderheden zijn de Kasjoeben (15.700), de Lemken (9.200), de Romani (9.000), de etnische Joden (8.000), de Tataren (4.000) en Karaïm (3.400). Daarnaast is er nog een Duitse minderheid die uit zo'n 400.000 mensen bestaat.
Op het gebied van immigratie voert Polen een vrij strikt beleid. Zo weigerde Polen tijdens de Europese vluchtelingencrisis van 2015 om vluchtelingen op te nemen. Dit betekent niet dat er helemaal geen immigranten in Polen zijn. De grootste groep immigranten komt uit buurland Oekraïne. Ook tijdens de Russische invasie van Oekraïne in 2022 ving Polen ruimhartig Oekraïners op. Andere groepen komen uit Wit-Rusland, Rusland, Georgië, Moldavië en Armenië.
Religie
In Polen is er een scheiding tussen kerk en staat en godsdienstvrijheid. De meeste Polen zijn Rooms-katholiek. Tijdens de communistische periode waren religies verboden, maar sinds 1989 zijn religies weer toegestaan. Sindsdien is er in Polen een religieuze herleving bezig, al neemt het aantal religieuze Polen sinds 2011 af. In 2011 hing 95% van de bevolking nog de katholieke kerk aan, maar in 2021 was dit gedaald naar 71%. Toch heeft de katholieke kerk nog een belangrijke rol in de Poolse samenleving. Paus Johannes Paulus II kwam ook uit Polen.
20% van de bevolking weigerde tijdens de telling in 2021 hun religie aan te geven. Bijna 7% van de bevolking heeft geen religie of is niet-gelovig. De rest van de bevolking hangt kleinere religies aan (zoals het boeddhisme of de islam) of een andere vorm van het christendom (zoals de orthodoxe of protestantse kerk).
Voor de Tweede Wereldoorlog had Polen ook een grote Joodse bevolking, aangezien het land van oorsprong vrij tolerant was qua religie. De meeste van hen overleefden de oorlog niet of verhuisden na de oorlog naar o.a. de Verenigde Staten en Israël.
Taal
De officiële taal van Polen is het Pools. Het Pools is een West-Slavische taal. Dit betekent dat het familie is van het Tsjechisch en het Slowaaks. Deze taalfamilie maakt deel uit van de Slavische talen, waar ook het Russisch, Bulgaars en Servo-Kroatisch onder vallen. Het Pools wordt gesproken door bijna alle inwoners van het land en is de enige landelijke officiële taal. Wel zijn er een aantal kleinere talen erkend. De grootste minderheidstaal van Polen is het Silezisch, wat door meer dan 500.000 wordt gesproken. De taal wordt gesproken in de regio Opper-Silezië, maar sommige mensen zien het als een dialect van het Pools. Hierdoor is het Silezisch niet erkend. Ook de bedreigde taal Wymysöryś (circa 60 sprekers) wordt niet door de Poolse overheid erkend.
Minderheidstalen die wel erkend zijn, zijn het Armeens, het Wit-Russisch, het Tsjechisch, het Duits, het Jiddisch, het Hebreeuws, het Litouws, het Russisch, het Slowaaks en het Oekraïens. In veel gevallen worden deze talen gesproken in gebieden aan de grenzen met de buurlanden. Zo wonen de meeste sprekers van het Litouws aan de Litouwse grens. In het geval van het Duits wordt het ook gesproken in de regio Silezië, wat vroeger onderdeel was van Duitsland. Het Jiddisch en Hebreeuws zijn beide talen die veel door Joodse Polen gebruikt worden. Polen heeft van oudsher een grote Joodse bevolking. Daarnaast worden Roma, Tataars, Kasjoebisch, Roetheens en Karaim erkend door de Poolse overheid als minderheidstalen. Zij worden gesproken door een bepaalde groep inwoners, die hun kinderen mag onderwijzen in deze talen.
Daarnaast zijn er nog immigrantentalen in Polen. De belangrijkste immigrantentalen zijn het Grieks, het Engels en het Vietnamees. De meest gesproken tweede taal in Polen is het Engels. Veel Polen, voornamelijk jongere Polen, spreken Engels als tweede taal. Tijdens de communistische periode werd Russisch geleerd, wat vooral door oudere Polen gesproken wordt. Ook Duits wordt gezien als een belangrijke tweede taal, vanwege de handel met en kansen op een baan in Duitsland. De kunsttaal Esperanto is gedacht door de Pool L.L. Zamenhof.
Onderwijs
In Polen is er een leerplicht van je 6e tot aan je 18e jaar. Kinderen beginnen normaal gesproken met een soort van voorschool (przedszkole). Dit duurt één jaar, waarna de leerlingen naar de basisschool gaan. De basisschool in Polen duurt in totaal 8 jaar. In de eerste drie jaar worden alle vakken door één leraar gegeven. De laatste vijf jaar worden de vakken echter door aparte leraren gegeven. Op de basisschool leren de kinderen Pools, wiskunde en een vreemde taal (vaak Engels). In de laatste vijf jaar komen hier nog andere vakken bij, zoals biologie, aardrijkskunde en een tweede vreemde taal. Aan het einde van de 8e klas maken de leerling een eindexamen.
Wanneer de leerlingen 14 jaar zijn, gaan zij naar de middelbare school (szkoła średnia). Dit duurt zo'n 4 tot 5 jaar. Er zijn verschillende soorten middelbare scholen, zoals technische en algemene scholen. Op deze scholen kunnen de leerlingen ervoor kiezen om een specifiek beroep te leren, maar ze kunnen zich ook voorbereiden op de universiteit. De middelbare school wordt opnieuw afgesloten met een eindexamen. Hierna kunnen de leerlingen doorstromen naar de universiteit (hoewel hier soms een voorbereidingsprogramma voor nodig is). De meeste studies aan de universiteit duren zo'n 5 jaar.
In 2017 besloot de Poolse regering om het onderwijssysteem aan te passen. Hierdoor zag het Poolse onderwijs vóór 2017 er heel anders uit.
Kunst en cultuur
Werelderfgoed
Beeldende kunst
De Poolse schilderkunst heeft vaak kunstenaars uit andere landen nageaapt. De nationale schilder van Polen is Jan Matejko. Hij verwerkte vaak Poolse tradities en klederdracht in zijn schilderijen. Andere belangrijke kunstschilders zijn Stanisław Witkiewicz en Jozef Chełmoński. Later ontstond de modernistische jonge Poolse school, waartoe o.a. Jacek Malczewski en Stanisław Wyspiański behoorden.
Poolse klederdracht kan verdeeld worden in verschillende regio's met elk hun eigen traditie. Vrouwen dragen meestal een lange jurk en hebben ingevlochten haar of een speciale hoed of krans op hun hoofd. Hun kleding is versierd met verschillende kleuren en borduurwerk, waarvan de kleuren de regio afspiegelen. Het mannelijke kostuum is een stuk simpeler met lange broek, hemd en overjas. Vaak hebben zij ook een hoed op.
Muziek en dans
Polen heeft een lange muzikale traditie. Frédéric Chopin is bekendste klassieke Poolse componist, hoewel hij een groot deel van zijn leven in Frankrijk woonde. Ook Karol Szymanowski, Witold Lutosławski en Henryk Górecki zijn klassieke componisten uit Polen. Tegenwoordig zijn ook andere muziekgenres populair in Polen, zoals popmuziek, jazz en rock. Enkele bekende Poolse artiesten zijn Margaret, Maria Peszek, Myslovitz en Edyta Bartosiewicz. Hoewel Polen verschilde keren aan het Eurovisiesongfestival heeft meegedaan, heeft het land nog nooit gewonnen.
Daarnaast heeft Polen verschillende traditionele volksdansen, zoals de mazurka (een soort van polka), de krakowiak, de kujawiak en de polonaise.
Eten en drinken
De Poolse keuken is een mengelmoes van Duitse, Joodse en Slavische gerechten. In het buitenland wordt vaak de naam à la polonaise gebruikt voor Poolse gerechten. De Poolse keuken heeft verschillende vlees- en visgerechten, noedels en maakt veel gebruik van boter, ei en kruiden. Een van de bekendste gerechten uit Polen is pierogi. Dit deeg met een vulling (vergelijkbaar met ravioli). Er zijn verschillende vullingen, zoals kip, kaas en aardappel. Pierogi is het nationale gerecht van Polen. Andere bekende gerechten zijn bigos (stoofpot met zuurkool, vlees en andere groenten), gołąbki (gekookte koolbladeren gevuld met vlees en groente), rosół (soep met vlees) en zrazy (soort van rolade). Vaak worden aardappels en rijst als bijgerecht gemaakt. Daarnaast worden vaak salades gegeten van zuurkool en wortel. Peterselie is een veel gebruikt kruid in de Poolse keuken.
Daarnaast zijn er verschillende soorten nagerechten, zoals makowiec, napoleonka-ijs en cheesecake. Qua dranken worden vooral thee en koffie gedronken. In de thee worden suiker en citroen gedaan. Ook zijn er verschillende alcoholische dranken.
Politiek
Polen is een parlementaire republiek en democratie. Dit betekent dat Polen een president als staatshoofd heeft, maar dat het parlement meer macht heeft. De huidige grondwet van Polen komt uit 1997.
Polen wordt gezien als een van de meest democratische landen in Oost-Europa. Toch gaat de democratie sinds 2017 achteruit. Dit heeft vooral te maken met de onafhankelijkheid van de rechtspraak. Over de jaren zijn er wetten aangenomen, waardoor de regering steeds meer invloed krijgt in de rechtspraak. De regering richtte een "tuchtkamer" op. Hiermee wilde de regering rechters uit het communistische tijdperk ontslaan. De Europese Unie vind dit niet kunnen. Ook het Europese Hof van de Rechten voor de Mens zei dat de Poolse rechtspraak niet onafhankelijk is. De EU heeft daarom verschillende keren gedreigd met de artikel 7-procedure in gang te zetten tegen Polen. Hiermee zou Polen zijn stemrecht verliezen in de EU-ministerraden. Om dit te doen moet iedere EU-lidstaat voor stemmen. Hongarije ligt echter vaak dwars, aangezien de EU ook zo'n procedure wil starten tegen dat land. Sinds 2022 krijgen beide landen minder geld van de Europese Unie.
Staatsinrichting
Het staatshoofd van Polen is een president. De president wordt gekozen voor een periode van vijf jaar en mag slechts één keer herkozen worden. De president is de opperbevelhebber van het leger, benoemt de premier en rechters en kan een veto uitroepen voor een wet. Dit laatste betekent dat de president weigert een wet te tekenen, die door het parlement is aangenomen. Het parlement kan dit veto ongedaan maken door de wet opnieuw aan te nemen met 3/5-meerderheid. Een president moet Pools staatsburger en minstens 35 jaar oud zijn. Ook moet een kandidaat 100.000 handtekeningen verzamelen. De president wordt verkozen door rechtstreekse verkiezingen. Hierin kan het volk direct op een kandidaat stemmen. De huidige president van Polen is Andrzej Duda, die president is sinds 2015.
Daarnaast is er nog een premier. De premier wordt gekozen door de president, maar hiervoor moet het parlement toestemming geven. De huidige premier van Polen is Mateusz Morawiecki, die sinds 2017 aan de macht is. De premier is het hoofd van de Poolse regering. De premier kiest verkozen zijn of haar ministers. De premier en de ministers vormen samen de regering. De regering is verantwoordelijk voor het uitvoeren van wetten en het dagelijks bestuur van het land.
Het parlement van Polen bestaat uit twee kamers. Dit zijn:
- De Sejm met 460 zetels. De Sjem is de belangrijkste kamer van de twee. Het is vergelijkbaar met de Nederlandse Tweede Kamer of de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. De Sjem wordt iedere vier jaar gekozen door middel van rechtstreekse verkiezingen. Tijdens deze verkiezingen moet een partij minstens 5% van de stemmen halen om zetels te krijgen in de Sjem. Partijen die minder dan 5% halen komen niet in de kamer, maar er is een uitzondering voor partijen die minderheden vertegenwoordigen. Een voorbeeld is de Duitstalige minderheid in Polen die altijd minder 5% haalt, maar alsnog zetels krijgt.
- De Senaat met 100 zetels. Nadat een wet is goedgekeurd door de Sejm, moet deze door de Senaat heen. De Senaat wordt iedere vier jaar gekozen. Iedere senator vertegenwoordigd een bepaald kiesdistrict.
Beide kamers vergaderen normaal gesproken apart, maar het komt soms voor dat zij samen vergaderen. Dit wordt een nationaal assemblee genoemd. Het gebeurd wanneer een president wordt beëdigd, een toespraak houd of afgezet wordt. Daarnaast vinden er van tijd tot tijd referenda plaats in Polen. Poolse stemmers kunnen dan direct stemmen over een belangrijke wet. Dit gebeurde in 2003 voor het toetreden tot de EU en in 2015 voor de verandering van het kiesstelsel.
Politieke partijen
Polen heeft meerdere politieke partijen. Veel van deze partijen vormen coalities. Dit zijn partijen met ongeveer dezelfde ideeën. Zij werken samen, maar worden nog steeds gezien als aparte partijen. Hieronder een klein overzicht van de partijen die in het parlement worden vertegenwoordigd:
Bestuurlijke indeling
Polen is verdeeld in 16 woiwodschappen. Een woiwodschap is een soort van provincie of regio. Zij hebben elk een eigen regering en parlement. Vroeger waren er meer woiwodschappen, maar tegenwoordig zijn er nog maar 16. Deze zijn:
Woiwodschap | Hoofdstad | Woiwodschap | Hoofdstad | Kaart | ||
---|---|---|---|---|---|---|
Neder-Silezië | Wrocław | Koejavië-Pommeren | Bydgoszcz en Toruń | |||
Lublin | Lublin | Lubusz | Zielona Góra en Gorzów Wielkopolski | |||
Łódź | Łódź | Klein-Polen | Krakau | |||
Mazovië | Warschau | Opole | Opole | |||
Subkarpaten | Rzeszów | Podlachië | Białystok | |||
Pommeren | Gdańsk | Silezië | Katowice | |||
Święty Krzyż | Kielce | Ermland-Mazurië | Olsztyn | |||
Groot-Polen | Poznań | West-Pommeren | Szczecin |
Buitenlandse politiek
Polen is lid van verschillende internationale organisaties, zoals de Verenigde Naties (VN), de NAVO en de Europese Unie. Daarnaast vormt Polen samen met Hongarije, Tsjechië en Slowakije de Visegrádgroep. Deze landen helpen elkaar op economisch gebied. Tijdens de vluchtelingencrisis in 2015 werd de Visegrádgroep bekend, aangezien de landen weigerden vluchtelingen op te nemen. Polen heeft goede banden met Tsjechië, Slowakije en vooral Hongarije. Hongarije kan ook wel worden gezien als de beste vriend van Polen. Beide landen hebben regelmatig conflicten met de Europese Unie en steunen elkaar. Daarnaast heeft Polen goede banden met andere buurlanden, zoals Litouwen en Oekraïne. In 2022 ving Polen de meeste Oekraïense vluchtelingen op. Polen heeft slechte banden met Wit-Rusland en Rusland. Dit heeft deels te maken met het verleden, maar ook deels met de politiek van Vladimir Poetin. De banden met Duitsland zijn erg wisselvallig. Van tijd tot tijd ligt Polen in conflict met Duitsland over democratie en de onafhankelijkheid van de rechtsstaat. Ook claimt Polen van tijd tot tijd dat Duitsland nog herstelbetalingen moet betalen aan Polen, vanwege de schade van de wereldoorlogen.
De band tussen Polen en de Europese Unie ook wisselvallig. Aan de ene kant wil Polen dat de lidstaten zelf kunnen beslissen op het gebied van lhbt-rechten en het opnemen van vluchtelingen. Aan de andere kant is Polen voorstander van een Europees leger en ontvangt veel geld van de EU. Polen heeft over het algemeen goede banden met de meeste westerse landen, waaronder de Verenigde Staten. Lang was Polen een van de weinige landen die 2% van het bnp uitgaf aan het leger, zoals de NAVO heeft afgesproken.
Economie
In Polen wordt niet met de euro, maar met de Poolse złoty betaald. Polen is na Duitsland, Frankrijk, Italië en Spanje de grootste economie van de Europese Unie. Ook is het de snelst groeiende economie in Europa. Sinds de val van het communisme heeft Polen de overstap naar een vrije markteconomie gemaakt. Polen is hierdoor een van de rijkste landen in Oost-Europa geworden. Naar verwachting zet deze economie de komende jaren door, waardoor Polen een steeds grotere rol in de Europese Unie gaat spelen.
Zo'n 8% van de Poolse bevolking werkt in de landbouw. In Polen zijn de boerderijen vaak klein en de grond is opgedeeld in meerdere stukken grond. De belangrijkste Poolse landbouwproducten zijn graan, aardappels, suikerbiet en vlees. Daarnaast zijn er ook een hoop mijnen in Polen te vinden, waar o.a. koper, rhenium en zilver gedolven wordt. De meeste energie in Polen wordt nog steeds opgewekt door middel van steenkool en bruinkool. Slechts een klein gedeelte wordt opgewekt door middel van aardgas en groene energie. De komende jaren wil Polen meer investeren in groene energie en kernenergie.
Ook is er een hoop industrie in Polen te vinden. Zo worden er veel auto's en andere voertuigen, elektronica, staal en productie voor het leger gemaakt. Daarnaast worden er de laatste jaren steeds meer medicijnen en cosmetica in Polen gefabriceerd.
Vlag
Media
Video's
- Van wie is de Poolse held Witold Pilecki? (VPRO/In Europa)
- Paus Johannes Paulus II en zijn reizen naar Polen tijdens het communistische regime (Levensbeschouwing.net)
- Modernisering van hoogovens in Polen (NTR/Europa in Delen)
Bronnen en informatie
- Poland (CIA World Factbook)
- Onafhankelijke rechtspraak aangetast op amnesty.nl
- Artikel-7-procedures tegen Polen en Hongarije stokken (19 februari 2019) op www.europa-nu.nl
- Primeur voor Polen: EU gaat korten op subsidies omdat Warschau uitspraken Europees Hof negeert (18 januari 2022) op www.volkskrant.nl
- Geschiedenis van Polen (Historiek)
Europese Unie | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Landen, afhankelijke gebieden en niet-erkende staten in Europa | |||
---|---|---|---|
Albanië · Andorra · Armenië · Azerbeidzjan · België · Bosnië en Herzegovina · Bulgarije · Cyprus · Denemarken · Duitsland · Estland · Finland · Frankrijk · Georgië · Griekenland · Hongarije · IJsland · Ierland · Italië · Kazachstan · Kroatië · Letland · Liechtenstein · Litouwen · Luxemburg · Malta · Moldavië · Monaco · Montenegro · Nederland · Noord-Macedonië · Noorwegen · Oekraïne · Oostenrijk · Polen · Portugal · Roemenië · Rusland · San Marino · Servië · Slovenië · Slowakije · Spanje · Tsjechië · Turkije · Vaticaanstad · Verenigd Koninkrijk · Wit-Rusland · Zweden · Zwitserland Alle schuine landen liggen ook in een ander werelddeel. Afhankelijke gebieden: Ålandseilanden · Faeröer · Gibraltar · Guernsey · Jan Mayen · Jersey · Man · Spitsbergen |