Karel II van Engeland
Karel (Engels: Charles) (St. James Palace, Londen, Engeland, 29 mei 1630 – Palace of Whitehall, Londen, 6 februari 1685) was tussen 1660 en 1685 koning van Engeland, Schotland en Ierland. Hij was de opvolger van koning Karel I, die in de Engelse Burgeroorlog werd onthoofd in 1649. Hierna was er in Engeland een periode waarin er geen monarchie was (de Engelse Gemenebest). In 1660 werd de monarchie hersteld, toen Karel II zich tot koning kroonde. Onder Karel II herstelde Engeland van de burgeroorlog.
Levensloop
Jeugd
Hij was de oudste zoon van koning Karel I van Engeland en zijn vrouw Prinses Henriëtta Maria van Frankrijk. Hij werd samen met zijn broer Jacobus opgevoed. Tijdens zijn jeugd bleek dat hij zeker geen domme leerling was, maar hij was erg lui. Hij kon naast Engels ook Frans en de klassieke talen. Later probeerde hij zichzelf ook wat Spaans bij te brengen. Zijn vader, Karel I, werd onthoofd tijdens de Engelse Burgeroorlog in 1649. Zijn moeder was met haar kinderen al weggetrokken naar het eiland Jersey, waar men erg voor het koningshuis was. Karel II ontwikkelde hier zijn liefde voor navigeren en bestudeerde schepen. Ook had verschillende relaties met verschillende vrouwen, iets wat hij zijn gehele leven bleef volhouden. Zijn moeder probeerde hem te laten trouwen met vrouwen uit de Franse adel. Op 6 februari 1649 riep het Schotse parlement hem uit tot koning van heel Groot-Brittannië en Ierland. Het Engelse parlement nam echter een wet aan die dit verbood. De macht lag in die tijd bij het parlement en de zogeheten Lord Protector, de plaatsvervanger van de koning.
Ballingschap
Inmiddels was Karel II al gevlucht naar Frankrijk. Onder druk van kardinaal Jules Mazarin werd hij echter het land uitgezet. Hij verbleef in verschillende delen van Europa, waaronder Spa, Keulen en Aken. Een spion van de Lord Protector keek telkens wat Karel II tijdens deze rondreizen deed. Ook verbleef hij enige tijd in Den Haag bij stadhouder Willem II van Oranje. Hier liet hij zijn oog vallen op de Nederlandse Henriëtte Catharina van Nassau, maar zij wees hem af. Ondertussen kreeg een Schotse groepering de macht in Schotland in handen. Zij erkenden Karel II als hun koning, onder voorwaarde dat hij hun kerk zou erkennen en deze in Engeland zou verdedigen. Karel II stemde hiermee in en de Schotten haalde hem via de boot van Den Haag naar Edinburgh. Karel II vond Schotland vreselijk, aangezien de groepering hem te weinig rechten gaf. Toen hij een veldslag verloor tegen de Engelse Gemenebest kreeg hij tevens de schuld.
In 1651 probeerde hij Engeland binnen te vallen, maar het leger van de Lord Protector was nog altijd te sterk. Nadat hij zes weken had gevlucht, ontsnapte hij naar Frankrijk. Hij verbleef hierna in Brugge, waar hij schilder werd. Ondertussen had hij te maken met geldgebrek en verveling. Ook was hij niet belangrijk in de politiek. De Lord Protector werd door steeds meer Europese landen erkend als het echte staatshoofd van Engeland. Toen de Lord Protector datzelfde jaar nog stierf, bereikte dit nieuws hem tijdens een potje tennis in Hoogstraten. Later zou hij zijn avonturen op de vlucht uitgeven in de vorm van een boek.
Koning van Engeland en Schotland
Na de dood van de twee Lord Protector in 1660 riep generaal George Monck het parlement bijeen. In deze vergadering werd besloten dat Karel II het staatshoofd van Engeland (, Schotland en Ierland) werd en kreeg ook ruime bevoegdheden. Vanuit Scheveningen ging hij via Dover naar Londen. Hierna begon hij direct met het besturen van zijn land. Het gehele parlement werd niet vervolgd voor hun daden. Slechts 50 mannen werden uit hun ambt gezet of moesten de gevangenis in. Negen van deze mannen werden wel onthoofd, aangezien ze zijn vader vermoord hadden. De Nederlanders wilden de koning paaien om zo te zorgen dat de scheepswetten werden afgeschaft of verruimd. Ze gaven de koning een groot aantal schilderijen, beelden, sieraden en meubels.
Onder Karel II werden de rechten van de burger verruimd. Zo werden veel theaters weer geopend en mochten vrouwen weer toneelspelen. Ook kreeg men meer vrijheid van meningsuiting, dat toen heel bijzonder was. Men wilde het land weer cultureel laten opbloeien, zoals het voor de Engelse Gemenebest was. Ook moest er meer vrolijkheid komen in Engeland. Dee periode wordt daarom de restauratie genoemd. Er was echter ook een keerzijde. Zo voerde de koning terreur uit op de parlementsleden die tegen hem waren. Ook gaf de koning veel geld uit en voerde twee zeeoorlogen met Nederland. In 1665 brak tevens een grote epidemie van de pest uit en in 1666 brandde een groot deel van Londen af. Later dat jaar werd ook een groot deel van de Britse vloot door de Nederlanders vernietigd, de zogeheten tocht naar Chatham onder Michiel de Ruyter. Dit werd gezien als invasie. De koning sloot een verdrag met de Franse koning in 1670 en in 1672 verklaarden de twee landen Nederland de oorlog tijdens het Rampjaar.
Kort voor zijn dood bekeerde de koning zich tot het rooms-katholicisme. Al erg lang wilde hij katholiek zijn, wat onder andere in het verdrag met de Franse koning te lezen valt. In 1685 stierf hij na een lang ziek bed met pijnlijke behandelingen en niet bekwame artsen. Het is niet helemaal duidelijk waar hij aan stierf. Vermoedelijk is het een beroerte of hartinfarct geweest, maar hij kon ook de artsen vergiftigd zijn geweest waarna nierfalen ontstonden. Overigens zou de koning zich aan zijn artsen hebben verontschuldigt, dat hij zolang nodig had om te sterven. Hij ligt begraven in Westminster Abbey en werd opgevolgd door zijn broer Jacobus II.
Huwelijk
Op 21 mei 1662 trouwde hij in Portsmouth met de Portugese Catharina van Bragança. Catarina kreeg drie miskramen en geen troonopvolgers voor Karel, waardoor zijn broer Jacobus de troonopvolger werd. Karel II had vele minnaressen, met wie hij ook kinderen had. Dit waren de buitenechtelijke kinderen en hadden geen recht op de troon. Karel II erkende 14 van deze kinderen als zijn zoon of dochter. Dit was vrij bijzonder voor die tijd. Onder de minnaressen van Karel II vielen actrices, kunstenaressen en adellijke vrouwen. Via een achterpoortje liet hij ze naar zijn kamer toekomen. Sommige vrouwen probeerden Karel II te beïnvloeden met bepaalde staatszaken. Een voorbeeld was Barbara Palmer, de hertogin van Cleveland. Karel II liet haar ook vallen nadat ze dit begon te doen.
Toen duidelijk werd dat Catharina geen kinderen kon krijgen, wilden veel edelen dat Karel II van haar scheidde. Karel II weigerde dit. Zijn adviseurs probeerden echter een document te vervalsen, zodat Lucy Walter zijn vrouw werd. Op deze manier wilde men de troon veiligstellen. Karel II kwam hier echter achter en zwoer dat Catharina zijn vrouw was. Hoewel hij niet trouw was aan zijn vrouw, mocht hij haar graag.
Koningen van Engeland, Schotland en het Verenigd Koninkrijk | |||
---|---|---|---|
Engeland (tot 1603 · lijst) Alfred de Grote (871-899) · Eduard de Oudere (899-924) · Æthelstan (924-939) · Edmund I de Geweldige (939-946) · Edred (946-955) · Edwy (955-959) · Edgar de Vreedzame (959-975) · Eduard de Martelaar (975-978) · Ethelred II (978-1016) · Sven Gaffelbaard (1013-1014) · Edmund II (1016) · Knoet de Grote (1016-1035) · Harold I (1035-1040) · Hardeknoet (1040-1042) · Eduard de Belijder (1042-1066) · Harold II (1066) · Edgar II (1066) · Willem I de Veroveraar (1066-1087) · Willem II (1087-1100) · Hendrik I (1100-1135) · Stefanus (1135-1154) · Hendrik II (1154-1189) · Richard I (1189-1199) · Jan (1199-1216) · Hendrik III (1216-1272) · Eduard I (1239-1307) · Eduard II (1307-1327) · Eduard III (1327-1377) · Richard II (1377-1399) · Hendrik IV (1399-1413) · Hendrik V (1413-1422) · Hendrik VI (1422-1461) · Eduard IV (1461-1470; eerste keer) · Hendrik VI (1470-1471) · Eduard IV (1471-1483) · Eduard V (1483) · Richard III (1483-1485) · Hendrik VII (1485-1509) · Hendrik VIII (1509-1547) · Eduard VI (1547-1553) · Jane (1553) · Maria I (1553-1558) · Elizabeth I (1558-1603) Schotland (tot 1603) Engeland, Schotland en Ierland (1603-1707 · lijst) Verenigd Koninkrijk (en Ierland) (1707-heden · lijst) |