Placentadieren
Placentadieren Placentalia | |||
---|---|---|---|
Leefgebied | Wereldwijd | ||
Leefomgeving | divers | ||
Behoort tot de | Zoogdieren | ||
|
Placentadieren (Placentalia of Euteria) zijn een van de drie bestaande onderverdelingen van de klasse Zoogdieren (mammalia). De andere twee orden zijn de Eierleggende zoogdieren (Monotremata) en buideldieren (Marsupialia). De overgrote meerderheid van bestaande zoogdieren zijn Placentadieren, die zich gedeeltelijk onderscheiden van eierleggende zoogdieren en buideldieren doordat de foetus (de zich nog ontwikelde baby) in de baarmoeder wordt gedragen van zijn moeder tot een relatief laat ontwikkelingsstadium. De naam placentadieren is niet helemaal juist, omdat ook buideldieren hun foetussen in het begin voeden via een placenta, maar voor een relatief kortere periode, waarbij de dan nog slechts een beetje ontwikkelde jongen (joey's) worden geboren die vervolgens gedurende een periode in de buidel van de moeder verder groeien en niet in de baarmoeder zoals bij de placentadieren.
Verdere aanpassingen
Placentazoogdieren onderscheiden zich anatomisch (lichamelijk) van de andere hiervoor genoemde zoogdieren door:
- een voldoende brede opening aan de onderkant van het bekken om de geboorte van een grote baby (jong) mogelijk te maken in verhouding tot de grootte van de moeder. Het bekken is het onderste deel van de romp, tussen de buik en de dijen (soms ook bekkengebied genoemd).
- Bij de buideldieren zijn er juist extra verstevigende botten bij het bekken die de groei van placenta's en dus ook de groei van de foetussen remmen en er ook geen uitzetting van de buik tijdens de zwangerschap mogelijk is.
- de stand van het heupgewricht is anders en daardoor ook die van het enkelgewricht, ook weer bedoeld om meer ruimte te krijgen bij de geboorte van de baby (jong).
Onderverdeling placentadieren
Placentazoogdieren zijn er in twee groepen:
- Slurfdieren (Atlantogenata) die weer onderverdeeld zijn in de:
- Xenarthra ("vreemd gewricht dieren")
- miereneters (Vermilingua),
- Luiaards (Bradypius) en
- gordeldieren (Armadillen)
- Afrotheria (Afro- "van Afrika" + theria "wild beest"), waaronder de Aardvarken (Orycteropus afer)
- Olifantspitsmuizen of Springspitsmuizen (Macrosceliden)
- Goudmollen (Chrysochloris)
- Otterspitsmuizen (Potamogaal)
- Tenreks (Tenrecidae)
- Klipdassen of Hyraxen (Hyracoidea)
- Olifanten (Elephantidae)
- Sirenië (Sirenia), zoals doejongs en zeekoeien
- Xenarthra ("vreemd gewricht dieren")
En de:
- Boreoeutheria ("noordelijke ware beesten"). Dit zijn alle andere zoogdieren zoals knaagdieren, kat-, hond, en paardachtigen tot en met de primaten (zie verder orde-verdeling zoogdieren).