Vet

Vet is een dikke, olieachtige boterige substantie die vaak als smeermiddel wordt gebruikt. Dat soort vetten noemen ze vaak minerale vetten. Denk aan kogellagervet.
Je hebt ook dierlijk vet dat voor allerlei doeleinden wordt gebruikt. Met vet kan ook zeep gemaakt worden. Ook in de keuken worden dierlijke en plantaardige vetten gebruikt, zoals reuzel, boter, braadvet, enzovoort.
Soorten
Eetbare en industriële vetten
Eetbare vetten zijn vetten die eetbaar zijn. Ze komen voor in verschillende voedingsmiddelen. Eetbare vetten kunnen verdeeld worden in:
- Verzadigde vetten: Die vetten komen vooral voor in vlees, (volle) melk(producten), koek, snacks en sommige plantaardige producten, zoals palmolie en kokosvet. Verzadigde vetten worden doorgaans als ongezond gezien.
- Onverzadigde vetten: Die vetten komen vooral voor in vis, noten en peulvruchten, plantaardige oliën en avocado. Onverzadigde vetten worden doorgaans als gezonder gezien.
Voedingsmiddelen met vetten hebben altijd zowel verzadigde als onverzadigde vetten. Zo bevat vis voornamelijk onverzadigde vetten, maar ook een kleine hoeveelheid verzadigde vetten. Magere melk(producten) bevatten minder verzadigde vetten.
In de industrie worden zogeheten industriële vetten gebruikt. Dat zijn speciale vetten die als smeermiddel gebruikt worden. Industriële vetten zorgen dat er minder wrijving en slijtage is. Een voorbeeld hiervan is kogellagervet. Dat vet wordt gebruikt om (fiets)kettingen, kogellagers, tandwielen en scharnieren te smeren. Het vet vormt een beschermlaagje, waardoor die onderdelen langer meegaan. Ook werken ze erdoor een stuk soepeler.
Naast smeervetten bestaan ook smeeroliën. Die oliën zijn vloeibaar.
Dierlijke en plantaardige vetten
Daarnaast kunnen vetten nog verdeeld worden in:
- Dierlijke vetten: Die vetten hebben een dierlijke oorsprong. Zij komen voor in dierlijke producten, zoals vlees, vis, ei en melk(producten).
- Plantaardige vetten: Die vetten hebben een plantaardige oorsprong. Zij komen in plantaardige producten, zoals plantaardige olie, noten en peulvruchten en avocado.
In het menselijk lichaam
Waarom heeft het lichaam vet nodig?

Het menselijk lichaam gebruikt vetten als:
- Energiebron: Het lichaam verbrandt vetten als brandstof. Toch zal het lichaam eerst koolhydraten verbranden. Hierna zal het lichaam vetten en eiwitten verbranden om aan energie te komen.
- Reservestof: Het lichaam slaat vetten op als lichaamsvet als reservebrandstof. In periodes waarin het lichaam te weinig energie uit voedsel krijgt, gaat het lichaam die reservestoffen verbranden. Vetten kunnen het makkelijkst door het lichaam in lichaamsvet worden omgezet. Ook helpt lichaamsvet voor de bescherming van bepaalde (kwetsbare) organen en als bescherming tegen de kou.
- Sommige organen (zoals de hersenen, ogen en spieren) hebben vetten nodig om goed te werken.
- In vetten zitten ook allerlei vitamines zoals vitamine A, D en E.
Het menselijk lichaam heeft dus een kleine, dagelijkse hoeveelheid vetten nodig. In de Schijf van Vijf en de voedingsdriehoek staan daarom een klein vakje met (onverzadigde) vetten.
Vetten en cholesterol
Vetten hebben een invloed op het cholesterol. Maar wat is cholesterol precies? Cholesterol is een vettig stofje dat in het bloed voorkomt. Het grootste deel van het cholesterol wordt door de lever gemaakt. Vervolgens wordt cholesterol via de bloedvaten door het lichaam vervoert. Cholesterol is nodig voor de bouw van cellen en hormonen.
In het lichaam bestaan er verschillende soorten cholesterol. De twee belangrijkste soorten zijn:
- LDL-cholesterol: Dat cholesterol gaat van de lever naar de andere weefsels in het lichaam. Verzadigde vetten verhogen de hoeveelheid LDL-cholesterol in het bloed. LDL-cholesterol kan ophopen in het bloed, waardoor bloedvaten vernauwen. Dat is vooral gevaarlijk bij de slagaders, omdat er slagaderverkalking kan ontstaan. Het hart moet dan harder werken om het bloed rond te pompen. Ook verhoogt een te hoog LDL-cholesterolgehalte de kans op hart- en vaatziekten.
- HDL-cholesterol: Dat cholesterol brengt overtollig LDL-cholesterol terug naar de lever. Onverzadigde vetten verhogen de hoeveelheid HDL-cholesterol in het bloed. HDL-cholesterol kan niet ophopen in het bloed. Hierdoor staan zij bekend als het "gezonde" cholesterol. Ze kunnen de kans op hart- en vaatziekten niet verhogen.
Om die reden zijn onverzadigde vetten ook gezonder dan verzadigde vetten. Het lichaam kan onverzadigde vetten (en koolhydraten) omzetten in verzadigde vetten als het lichaam die nodig heeft. Hierdoor hoef je geen verzadigde vetten uit voeding te halen. Onverzadigde vetten kan het lichaam niet aanmaken, waardoor je die via voeding moet innemen.
Binnen de categorie onverzadigde vetten is toch een uitzondering: de transvetten. Transvetten verhogen juist het LDL-cholesterol en verlagen bovendien het HDL-cholesterol. Daarom zijn transvetten ongezonder dan verzadigde vetten. Transvetten komen voornamelijk voor in kaas en roomboter.
Vetten en overgewicht

Het lichaam heeft een kleine, dagelijkse hoeveelheid vetten nodig. De vetten die het lichaam niet nodig heeft, worden opgeslagen als reservestof (lichaamsvet). Iedereen heeft een bepaalde hoeveelheid lichaamsvet. Het lichaam heeft ook lichaamsvet nodig om niet te verhongeren, kou te vatten en om organen te beschermen.
Toch kan een persoon ook te veel lichaamsvet hebben. In dat geval spreekt men van overgewicht (dik zijn). Extreem overgewicht noemen we obesitas. Als mensen vet eten, betekent het niet dat zij meteen overgewicht krijgen. Wanneer het lichaam voldoende vetten verbrandt, zal dat namelijk niet gebeuren. Toch verhoogt vet eten de kans op overgewicht. Overgewicht brengt weer allerlei risico's met zich mee zoals een hogere kans op hart- en vaatziekten, diabetes, ademhalingsproblemen en kanker.
Als iemand probeert af te vallen, probeert hij/zij gewicht te verliezen. In dat geval gaat hij/zij minder (en gezonder) eten. Ook probeert hij/zij vaak meer te bewegen. Enerzijds eet die persoon dus minder calorieën en anderzijds verbrandt die persoon dus meer calorieën. Het idee is om lichaamsvet (de reservebrandstof) te verbranden. Zodra het lichaam geen energie meer haalt uit voeding, gaat het lichaamsvet verbranden. Daardoor worden de hoeveelheid lichaamsvet minder en valt een persoon af.
In de jongerentaal
In de jongerentaal wordt het woord "vet" gebruikt met een andere betekenis. Het is een versterker en heeft een positieve betekenis. Zo kun je "vet coole schoenen" of "vette schoenen" hebben. In beide gevallen betekent dat dat iemand jouw schoenen erg cool of mooi vindt.
Bronnen
- "Onverzadigd vet". Voedingscentrum.
- "Verzadigd vet". Voedingscentrum.
- "Transvet". Voedingscentrum.
- "Welke vetten zijn ongezond?". Voedingscentrum.
- "Cholesterol". Hartstichting.
- "Vet". Straatwoordenboek.