Belgische Socialistische Partij
Belgische Socialistische Partij (BSP) Parti socialiste belge (PSB) | |
Oprichting | mei 1945 |
Opheffing | oktober 1978 |
Actief in | ![]() |
Richting | Centrumlinks |
Stroming | Sociaaldemocratie |
Overig | |
Voorgaande partij(en) | Belgische Werkliedenpartij |
Opvolgende partij(en) | Socialistische Partij Parti Socialiste |
Portaal ![]() |
De Belgische Socialistische Partij (BSP), of in het Frans Parti socialiste belge (PSB), was een sociaaldemocratische partij die tussen 1945 en 1978 bestond. De partij was de opvolger van de vooroorlogse Belgische Werkliedenpartij (BWP). De BSP-PSB had een grote invloed op België na de Tweede Wereldoorlog. Zo heeft de partij bijgedragen aan het ontstaan van de verzorgingsstaat.
Tijdens haar bestaan is de partij vrijwel altijd onderdeel van de regering geweest, behalve tussen 1949 en 1954 en tussen 1958 en 1961. In deze periode heeft de BSP-PSB viermaal een premier geleverd: Achille Van Acker, Camille Huysmans, Paul-Henri Spaak en Edmond Leburton. In 1978 splitste de partij in een Franstalige en Nederlandstalige afdeling. In Vlaanderen heet de Belgische Socialistische Partij tegenwoordig Vooruit. In Franstalig België staat deze bekend als de Parti Socialiste (PS).
Geschiedenis
Voorgeschiedenis
De Belgische Socialistische Partij kwam voort uit de Belgische Werkliedenpartij (BWP). De Belgische Werkliedenpartij werd opgericht in 1885 en vertegenwoordigde de socialistische zuil tijdens de verzuiling. In 1938 werd Hendrik de Man voorzitter van de BWP. De Man was voorstander van het corporatisme. In plaats van klassenstrijd geloofde hij dat klassen samen moesten werken. In 1940 werd België binnengevallen door de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog. De BWP werd toen officieel ontbonden en veel socialistische politici werden gevangengenomen of moesten onderduiken of vluchten.
De Man werd niet vervolgd. Sterker nog, hij koos de kant van de Duitse bezetter. Hij werd een belangrijke raadgever van de Belgische koning Leopold III. Dat duurde tot 1941, toen de Duitse bezetter wantrouwen in hem kreeg. Ook de Vlaamse collaborateurs hadden niets met De Man, omdat De Man juist voorstander was van een verenigd België. Vlak voor de Belgische bevrijding in 1944 vluchtte hij naar Zwitserland, waar hij tot zijn dood bleef wonen.
Vanwege de collaboratie van De Man besloten veel partijleden een nieuwe partij op te richten: de Belgische Socialistische Partij (BSP). De oprichting van de BSP begon tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar de partij was officieel verboden. Pas in 1945 werd de Belgische Socialistische Partij officieel opgericht.
Wederopbouw en Koningskwestie
De BSP was een stuk gematigder dan de BWP. Waar de BWP nog uitgesproken antikapitalistisch was, geloofde BSP meer in hervormingen op democratische wijze. De partij wilde via sociale zekerheid de levens van burgers verbeteren. Tussen 1945 en 1949 zat de BSP in enkele regeringen met (afwisselend) de Christelijke Volkspartij (CVP), de Liberale Partij, de Kommunistische Partij van België (KPB) en de Union Démocratique Belge (UDB). In deze periode werd de regering steeds door een premier van de BSP geleidt. Dat waren Achille Van Acker, Paul-Henri Spaak en Camille Huysmans. Van Acker staat bekend als de vader van de Belgische verzorgingsstaat, terwijl Spaak een belangrijke rol speelde bij de oprichting van de Europese Unie (EU).
De partij was tegenstander van de terugkeer van koning Leopold III naar België tijdens de Koningskwestie. De CVP was als enige voorstander van de terugkeer van de koning. Voorstanders van de koning stemden hierdoor massaal op de CVP, waardoor de BSP tussen 1949 en 1954 niet in de regering vertegenwoordigd was. Tussen 1954 en 1958 zat de partij opnieuw in de regering samen met de Liberale Partij onder premier Van Acker, maar verdween tussen 1958 en 1961 weer in de oppositie.
Jaren 1960 en 1970
Tijdens de jaren 1960 en 1970 zat de BSP vrijwel altijd in de regering, behalve tussen 1966 en 1968 en tussen 1974 en 1977. In de jaren 1970 vormde de partij vrijwel altijd een regering met de CVP, waarbij de CVP de premier leverde. De BSP leverde tussen 1973 en 1974 Edmond Leburton als premier in een regering bestaande uit de BSP, de CVP en de Partij voor Vrijheid en Vooruitgang (PVV). Tussen 1977 en 1979 zat de partij opnieuw in een regering bestaande uit BSP, CVP, de Volksunie (VU) en Front démocratique des francophones (FDF).
De BSP was de laatste van de drie traditionele grote partijen die in een Franstalige en Nederlandstalige afdeling splitste. Binnen de partij was er dan ook een strijdt tussen Vlaamse en Waalse socialisten. Vlaamse socialisten waren voor een groot deel voorstander van Vlaams zelfbestuur, terwijl de Waalse socialisten juist tegenstander waren. De BSP was traditioneel sterker in Wallonië dan in Vlaanderen, omdat Wallonië historisch linkser is dan Vlaanderen. Vlaamse socialisten in het arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde deden daarom mee onder een eigen lijst: Rode Leeuwen.
Splitsing
In 1978 werd de Belgische Socialistische Partij in twee partijen gesplitst. Het Franstalige gedeelte van de ging verder als de Parti Socialiste (PS). Vandaag de dag is de PS nog altijd een van de grote Franstalige partijen. De partij gebruikt nog altijd dezelfde naam.
Het Vlaamse gedeelte ging verder als de Socialistische Partij (SP). Na de dioxinecrisis in 1999 besloot de partij in 2001 van naam te wisselen. De SP ging verder als de Socialistische Partij Anders (sp.a). In 2021 werd de partij opnieuw veranderd; ditmaal in Vooruit. In tegenstelling tot de Parti Socialiste is Vooruit gematigder op economisch vlak en strenger op het gebied van migratie.
Verkiezingsuitslagen
Jaar | Partijvoorzitter | Kamer | Senaat | ||
---|---|---|---|---|---|
Zetels | -/+ | Zetels | -/+ | ||
1946 | Paul-Henri Spaak | 69/202 |
+5 | 34/101 |
|
1949 | Paul-Henri Spaak | 66/212 |
-3 | 33/106 |
-1 |
1950 | Max Buset | 73/212 |
+7 | 37/106 |
+4 |
1954 | Achille Van Acker | 82/212 |
+9 | 42/106 |
+5 |
1958 | Achille Van Acker | 80/212 |
-2 | 40/106 |
-2 |
1961 | Léo Collard | 84/212 |
+4 | 45/106 |
+5 |
1965 | Léo Collard | 64/212 |
-20 | 31/106 |
-14 |
1968 | Léo Collard | 59/212 |
-5 | 33/106 |
+2 |
1971 | Jos Van Eynde | 57/212 |
-2 | 24/106 |
-9 |
1974 | Edmond Leburton | 59/212 |
+2 | 27/106 |
+3 |
1977 | André Cools Karel Van Miert |
61/212 |
+2 | 31/106 |
+4 |
Bronnen
- Het artikel op Wikipedia
- Het artikel in de Encyclopedie voor de Vlaamse Beweging
- Witte, Els, Craeybeckx, Jan en Meynen, Alain (1997). Politieke Geschiedenis van België: Van 1830 tot heden. Zesde herziende uitgave, Standaard Uitgeverij NV, Antwerpen.