Vrijzinnig-Democratische Bond
Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) | |
Oprichting | 17 maart 1901 |
Opheffing | 9 februari 1946 |
Actief in | Nederland |
Richting | Centrumlinks |
Stroming | Sociaalliberalisme Kathedersocialisme |
Oprichter(s) | Willem Treub |
Overig | |
Voorgaande partij(en) | Radicale Bond |
Opvolgende partij(en) | Partij van de Arbeid |
Afsplitsing van | Liberale Unie |
Portaal Politiek |
De Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) was een Nederlandse politieke partij die tussen 1901 en 1946 bestond. De VDB was een centrumlinkse, sociaalliberale partij. De partij werd gerekend tot de liberale zuil tijdens de verzuiling. De VDB was voorstander van de vrije markt, maar vond dat de overheid zich moest inzetten om de situatie van arbeiders te verbeteren. Daardoor had de VDB ook enkele overeenkomsten met de socialisten, zoals de introductie van de verzorgingsstaat.
De VDB ontstond in 1901 uit de Radicale Bond. Dit was een afscheiding van de Liberale Unie. Toen de Vrijzinnig-Democratische Bond werd opgericht, stapten ook veel progressieve liberalen uit de Liberale Unie over naar de partij. De partij speelde een vrij grote rol in de Nederlandse politiek en zat enkele keren in de regering. Tussen 1945 en 1946 leverde de Vrijzinnig-Democratische Bond haar enige minister; Wim Schermerhorn. In 1946 ging de Vrijzinnig-Democratische Bond samen met de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en de Christen-Democratische Unie (CDU) op in de Partij van de Arbeid (PvdA).
Het gedachtegoed van de Vrijzinnig-Democratische Bond had zowel invloed op de PvdA als op de VVD. D66 wordt soms als de opvolger van de VDB gezien.
Geschiedenis
Ontstaan
De Vrijzinnig-Democratische Bond kwam voort uit twee partijen; de Radicale Bond en de progressieve vleugel van de Liberale Unie. Oorspronkelijk was er één partij voor alle liberalen; de Liberale Unie. In de Liberale Unie zaten zowel progressieve als conservatieve liberalen. Dit leverde allerlei conflicten binnen de partij op, zoals over de rol van de overheid en het algemeen kiesrecht. Eerder had de Radicale Bond zich al afgesplitst van de partij, later splitsten nog meer progressieve leden zich af.
Deze twee groepen vormden onder Willem Treub samen de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB). Tijdens de verkiezingen van 1901 wonnen zij 9 zetels in de Tweede Kamer.
Verloop
In 1905 won de partij opnieuw 2 zetels. Tussen 1905 en 1908 zat de VDB in de regering van Theo de Meester. De partij verloor weer twee zetels tijdens de verkiezingen van 1909. De VDB werd echter wel onderdeel van de regering van Pieter Cort van der Linden. Tijdens deze regering werd het algemeen kiesrecht ingevoerd. De VDB was een van de eerste voorstanders van het algemeen kiesrecht. In deze periode ontstond er ook breuk binnen de partij. Willem Treub stapte uit de partij en richtte de Economische Bond op.
Na het invoeren van het algemeen kiesrecht ging het slecht met de liberale partijen. Alle liberale partijen gingen samen in de Liberale Staatspartij, maar de VDB bleef zelfstandig. In 1925 deed de VDB een poging om een regering te stichtten met de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en de Roomsch-Katholieke Staatspartij (RKSP). Deze poging mislukte echter. De partij werd uiteindelijk onderdeel van de regering van Hendrikus Colijn in 1933. Henri Marchant stopte toen als partijleider en werd opgevolgd door Pieter Oud.
Einde
De VDB werd verboden in 1941 door de Duitse bezetter. Toch zat de VDB wel in de Nederlandse regering in ballingschap in Londen tot 1945. Na de oorlog werd VDB-politicus Wim Schermerhorn tijdelijk aangewezen als minister-president tot een nieuw kabinet na de verkiezingen van 1946 was gevormd. Dit is de enige keer dat een VDB-politicus minister-president is geweest.
De VDB ging in 1946 samen met de Christen-Democratische Unie (CDU) en de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) op in de Partij van de Arbeid (PvdA). Uit protest splitsten enkele leden onder Pieter Oud zich af. Zij stichtten vervolgens samen met de Partij van de Vrijheid in 1948 de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD).