Lijst van Nederlandse spreekwoorden V-Z
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
|
|
vat
- Wat in een goed vat zit verzuurt niet.
- (ook: Wat in het vat zit verzuurt niet. )
- Een belofte uit betrouwbare bron wordt zeker waargemaakt.
- Holle vaten klinken het hardst.
- Mensen die de minste kennis ergens over hebben, verkondigen vaak het meest nadrukkelijk hun mening.
veen
- In het veen kijkt men niet op een turfje.
- Waar iets in grote hoeveelheden voorhanden is, vindt men het niet zo erg als iemand er wat van meeneemt.
ver
- Wat van ver komt is lekker.
- Iets wat van ver komt, is bijzonder. Daarom denkt men dat het ook beter zal zijn.
verkeren
- Het kan verkeren.
- Het kan veranderen, de dingen blijven niet zoals ze zijn.
- (afkomstig van Bredero, oorspronkelijk was het t Can verkeeren)
vis
- De vis wordt duur betaald.
- De visserij vergt veel opoffering (ook: kost mensenlevens).
- (afkomstig uit het toneelstuk Op Hoop van Zegen (1900) van Herman Heijermans)
- De vis wordt duur betaald.
- Een spiering is vis als er anders niet is.
- Als je honger hebt, ben je niet kieskeurig.
vlieg
vogel
- Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht.
- Men moet datgene wat men heeft niet op het spel zetten voor een kleine kans om nog meer te krijgen.
- Elk vogeltje zingt zoals het gebekt is.
- Ieder laat zich uit op een wijze die door zijn eigen aard en opvattingen bepaald worden.
voornemen
- De weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens.
- Een goed voornemen is van weinig waarde als men het niet in praktijk brengt.
voorzichtigheid
- Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast.
vorst
- Als de dagen gaan lengen, gaat de vorst strengen.
- Ook: Als de dagen lengen, gaan de nachten strengen.
- Het koudste deel van de winter valt na de kortste dag.
vos
- Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken.
- Mettertijd verandert het aanzien, maar niet de aard van het dier.
vriend
- In nood leert men zijn vrienden kennen.
- Wanneer men in de problemen zit wordt duidelijk welke vrienden daadwerkelijk iets voor je willen betekenen.
vuur
- Wie het dichtst bij het vuur zit, warmt zich het meest.
- Als je ergens nauw bij betrokken bent, geniet je het meeste voordeel ervan.
waard
- Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten.
- Iemand die zelf niet betrouwbaar is, heeft vaak geen vertrouwen in anderen (of ook: iemand die anderen niet vertrouwt, zal zelf ook wel niet betrouwbaar zijn).
wagen (risico nemen)
- Wie niet waagt, die niet wint.
- Ook al is de kans klein dat het lukt, het is toch de moeite waard om het te proberen.
wagen (transport)
- Krakende wagens lopen het langst.
- Nieuw hoeft niet altijd beter te zijn.
water
- Als het water zakt, dan kraakt het ijs.
- Elke oorzaak heeft gevolgen.
- Geen water is hem te diep.
- Hij durft alles te ondernemen.
- Water bij de wijn doen.
- Compromissen zien te sluiten.
wil
- Waar een wil is, is een weg.
- Als je iets beslist wilt, kun je ook een manier vinden om het te bereiken.
- Voor elk wat wils
- Er zit voor iedereen wel wat bij.
- (afkomstig van Roemer Visscher, oorspronkelijk was het Elck wat wils)
wind
- Wie wind zaait, zal storm oogsten.
- Als iemand onenigheid veroorzaakt, kunnen heftige reacties het gevolg zijn.
- Elke bos stro waait voor de wind.
- Onder makkelijke omstandigheden kan iedereen welvaren of iets uitvoeren.
- Het is een kwade wind die niemand voordeel brengt.
- Er is altijd wel iemand die van de omstandigheden weet te profiteren.
- Zoals de wind waait waait z'n jasje.
- Hij veranderd zijn mening elke keer weer.
winnen
- Zo gewonnen, zo geronnen.
- Wat je snel hebt gewonnen, kun je ook snel weer kwijt zijn.
woord
- Een goed verstaander heeft aan een half woord genoeg.
- Een opmerkzame luisteraar kan een onduidelijke of onvolledige mededeling toch wel begrijpen.
- Een man een man, een woord een woord.
- Als je iets hebt beloofd, dan moet je je daar ook aan houden.
wijn
- Als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan.
- Door alcoholgebruik verliest men zijn beoordelingsvermogen.
ijzer
- Men moet het ijzer smeden als het heet is.
- Handelen op het moment dat de omstandigheden gunstig zijn.
- Men kan geen ijzer met handen breken.
- Je kan het onmogelijke niet mogelijk maken.
zon
- Na regen komt zonneschijn.
- Na een periode van tegenslag, komt er een betere tijd.
- Als de zon een mestvaalt beschijnt, dan verspreidt deze een onaangename geur.
- Als je met goede wil ergens te veel aandacht aan besteedt kan het verkeerd opgevat worden.
- Met alle goede wil van de wereld kun je sommige zaken nog niet verbeteren.
zout
- Hij zal er geen zak zout eten.
- Hij zal er niet lang blijven of het niet lang uithouden.
zuinig
- Zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen.
- Door zuinig en ijverig te zijn, kan men veel bereiken.
zuivel
- Zuivel op zuivel is werk van de duivel.
- Als je boter op je brood hebt is ook kaas erop overdaad.