Zevenjarige Oorlog
Zevenjarige Oorlog | ||
Datum | 17 mei 1756 - 15 februari 1763 | |
Locatie | Europa, Noord-Amerika, Caribisch gebied, Zuid-Amerika, Afrika, India en de Filipijnen | |
Overwinning voor | Engeland en Pruisen | |
Strijdende partijen | ||
Groot-Brittannië Pruisen Hannover Portugal Hessen-Kassel Brunswijk-Wolfebüttel Schaumberg-Lippe Rusland (vanaf 1762) |
Frankrijk Habsburgse Rijk Saksen Rusland (tot 1762) Spanje Zweden Mogolrijk De Ojibwe De Shawnee Verschillende inheemse volkeren |
|
Leiders | ||
Jeffery Amherst Edward Hawke John Manners Edward Braddock James Wolfe John Byng George Washington Frederik II |
Charles de Rohan Louis-Joseph de Montcalm Prins Josef Leopold Joseph Frederick Augustus Rutowsky Pyotr Saltykov |
|
Troepensterkte | ||
300.000 soldaten 210.000 soldaten |
1.000.000 soldaten 250.000 soldaten |
|
Portaal Geschiedenis |
De Zevenjarige Oorlog was een groot conflict dat duurde van 1756 tot 1763. De Zevenjarige Oorlog was het eerste wereldwijde conflict, die op verschillende continenten wordt gevochten. Het conflict vond plaats tussen Groot-Brittannië aan de ene kant (gesteund door o.a. Pruisen) en Frankrijk aan de andere kant (gesteund door o.a. Oostenrijk). Het conflict ging enerzijds over de wereldheerschappij. Zowel Frankrijk als Groot-Brittannië wilde de wereldmacht zijn. Het conflict ging over de streek Silezië, die zowel Oostenrijk als Pruisen wilden hebben. De Zevenjarige Oorlog was de eerste wereldwijde oorlog en sommige historici noemen het daarom ook wel de "echte eerste wereldoorlog".
De oorlog vond plaats in verschillende delen van de wereld, maar voornamelijk in Europa. Vaak wordt alleen het Europese strijdtoneel gezien als de Zevenjarige Oorlog. Hoewel er gevechten waren in andere delen van de wereld, waren dit meer conflicten als grote oorlogen als Europa. De uitzondering hierop is Noord-Amerika, waar de zogeheten Franse en Indiaanse Oorlog gevoerd werd. De Franse en Indiaanse Oorlog was ook onderdeel van de Zevenjarige Oorlog. Overigens was Zevenjarige Oorlog zelf weer onderdeel van een hele reeks oorlogen tussen Engeland en Frankrijk. De uiteindelijk winnaar van de oorlog was Groot-Brittannië, dat de definitieve wereldmacht zou zijn. Hoewel Frankrijk een belangrijk land bleef, haalde Groot-Brittannië in het in. De Britten werden ook een grote koloniale macht met de beste marine. Dit zou blijven zo blijven tot de opkomst van Napoleon Bonaparte eind-18e eeuw. Pruisen bevestigde ook zijn status als militaire en politieke macht in Europa, waar Oostenrijk dit voorheen was. Na de oorlog was zowel de wereldorde als de orde in Europa.
Achtergrond
Situatie in Europa
Na de Oostenrijkse Successieoorlog (1740-1748) veroverde de Pruisische koning Frederik de Grote het gebied Silezië van Oostenrijk. De Oostenrijkers hadden dit gebied overgegeven nadat keizerin Maria Theresa een verdrag ondertekende. Dit deed ze om hun troepen op te kunnen bouwen en nieuwe bondgenootschappen te stichten. Tijdens de Oostenrijkse Successieoorlog vochten de Pruisen samen met de Fransen en de Oostenrijkers met de Engelsen. Niemand was echter blij met de partners die hij had. De Britten hadden veel geld aan Oostenrijk gegeven, maar dit leverden de Britten zelf niets op. De Pruisen sloten een vredesverdrag met Oostenrijk, terwijl de Fransen hadden willen doorvechten. Na de oorlog koos Frankrijk de kant van Oostenrijk en sloot de Britten een bondgenootschap met Pruisen. Deze wissel van bondgenootschappen heet de Diplomatische Revolutie.
Oostenrijk bereidde in 1756 voor op een oorlog met Pruisen, aangezien de Pruisen een bondgenootschap met Rusland stichtten. Daarentegen sloten de Oostenrijkers zelf een bondgenootschap met de Russen. De Russen zouden de Oostenrijkers helpen in het geval van een oorlog met Pruisen, terwijl de Oostenrijkers de Russen zouden beschermen tegen het Ottomaanse Rijk. Pruisen zag dit als een bedreiging van het grondgebied, maar ook de Britse koning George II zag dit zo. De Britse koning was namelijk ook keurvorst van Hannover, een buurland van Pruisen. Ook was hij bang dat Hannover zou worden aangevallen door Frankrijk. Het Frans-Oostenrijkse bondgenootschap was erg verdeeld. Frankrijk wilde bondgenoten blijven met Zweden en het Ottomaanse Rijk, terwijl Oostenrijk en Rusland dit niet wilden. Pruisen wilde zijn gebied uitbreiden naar het zuiden en oosten, wat ook tot spanningen met Oostenrijk leidden. De Britse koning probeerde een oorlog te voorkomen, maar faalde. Hierna sloten de Britten en de Pruisen een officieel bondgenootschap. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden weigerde mee te doen aan de oorlog en bleef neutraal. Als reactie op de Britten sloten de Fransen en Oostenrijkers een gelijk bondgenootschap.
Situatie in Noord-Amerika
In Noord-Amerika hadden de Fransen, de Britten en de Spanjaarden kolonies. De Fransen hadden een groot gebied van New Orleans langs de Mississippi naar de Grote Meren en vervolgens via de Saint Lawrence naar West-Canada. De oostkust van was in de handen van de Britten. Bepaalde gebieden in Canada, zoals Newfoundland, werden zowel door de Fransen als de Britten geclaimd. De Spanjaarden waren voornamelijk in Mexico en Florida actief. Tussen de kolonies waren geen vaste grenzen en daardoor waren er ook conflicten tussen de landen. De Spanjaarden en Fransen zagen de Britse kolonies als een bedreiging. Ook speelden de conflicten over de Britse claims in Canada een rol. De Britten vonden dat de Fransen landinwaarts te dicht bij de Britse koloniën waren.
Daarnaast wilden de Britten de vruchtbare vallei van de Ohio hebben. De Britten probeerden eerst vreedzaam met de Fransen te onderhandelen. De inheemse volkeren in de regio, die de Fransen steunden, wilden de Britten echter uitdrijven. Vervolgens ging de Britse kolonel George Washington (de laatste Amerikaanse president) naar de regio en bracht 10 man om. De Fransen zagen dit als een aanval op hun fort en wilden dat Washington zich overgaf. Dit conflict werd vervolgens opgepakt door de Britse en de Franse regering. Deze probeerden beide te onderhandelen, maar dit ging mis. Hierdoor liepen de spanningen op en beide landen stuurden troepen naar Noord-Amerika. De Britten probeerden het Britse fort in te nemen, maar dit faalde. Wel namen het Franse schip de Alcide in en de twee landen vochten tijdens de slag op Lake George. Doordat de Britten Franse schepen aanvielen wilden de Fransen het keurvorstendom Hannover (waarvan de Britse koning ook vorst was). Hierdoor kozen de Britten de kant van buurland Pruisen, waarvan de Fransen zich aansloten bij Oostenrijk.