Gebruiker:Wiki7/Kladblok1
Staat Israël מדינת ישראל دولة اسرائيل | |
---|---|
Hoofdstad | Jeruzalem (door de meeste landen en de VN wordt Jeruzalem niet erkend als hoofdstad, maar Tel Aviv) |
Aantal inwoners | 9.484.220 (2022) |
Oppervlakte | 22.072 km² |
Regeringsvorm | Parlementaire republiek |
President | Yitzhak Herzog (sinds 2021) |
Premier | Yair Lapid (sinds 2022) |
Godsdienst | Jodendom (74,2%) Islam (17,8%) Christendom (2,0%) Druzen (1,6%) Overig/geen (4,4%) |
Taal | Hebreeuws (עברית) Arabisch (العَرَبِية) |
Munteenheid | Israëlische sjekel |
Volkslied | Hatikwa |
Nationale feestdag | Onafhankelijkheidsdag (14 mei) |
Landcode | ISR |
Portaal Israël |
Israël (officieel de Staat Israël) is een land dat ligt in Azië, het Midden-Oosten en, nog specifieker, in de Levant. De buurlanden van Israël zijn Egypte, Jordanië, Libanon, Syrië en de Palestijnse Gebieden. Delen van deze Palestijnse gebieden zijn sinds 1967 militair bezet en soms ook bestuurd door Israël. Israël heeft 2 kusten, een aan de Middellandse Zee en een aan de Rode Zee. Aan de Rode Zee heeft Israël ook een haven. David Ben-Gurion richtte de Staat Israël op. Dit gebeurde 14 mei 1948. Bijna een jaar later, 11 mei 1949, werd Israël lid van de Verenigde Naties. Het is een democratie met een parlement, verkiezingen en algemeen kiesrecht. Jeruzalem wordt door vrijwel niemand (behalve Israël zelf, de VS en enkele kleine landen) erkend als de hoofdstad van Israël. Dit komt door het Arabisch-Israëlisch conflict. Het land heeft de hoogste levensstandaard van het Midden-Oosten en behoort tot de top van de wereld qua levensverwachting.
Naam
Israël betekent Strijder met God en komt voor in de Hebreeuwse bijbel. In hoofdstuk 32 van de Genesis krijgt Jacob de naam Israël na een worsteling bij de rivier Jabbok. Vanaf hoofdstuk 34 werden de nakomelingen van Jacob Israëlieten genoemd
In de dagen voor de oprichting van Israël werd er overlegd of Palestina, Zion of Israël de nieuwe naam moest worden. Uiteindelijk werd er voor Israël gekozen.
Geschiedenis
Nadat de centralen de Eerste Wereldoorlog verloren, werd het Ottomaanse Rijk in 1920 verdeeld in verschillende landen. Palestina werd vanaf toen bestuurd door het Verenigd Koninkrijk. In 1922 besloten de Britten Palestina in twee gebieden te splitsen, het Mandaatgebied Palestina bevatte alles ten westen van de Jordaan, Transjordanië bevatte alles ten oosten van de Jordaan. Door de Tweede Wereldoorlog waren de Britten erg verzwakt en in het Mandaatgebied Palestina was er veel geweld tussen de oorspronkelijke bewoners van Palestina en de vele Joodse immigranten. Om die redenen besloten de Britten dat ze niet langer meer het gebied wilde besturen, en spraken af dat ze zich op 15 mei 1948 zouden terugtrekken uit het gebied. Een jaar van te voren liet de Verenigde Naties onderzoeken wat de beste invulling voor het probleem was.
Uit het onderzoek kwam de oplossing om het Mandaatgebied Palestina te verdelen in een Arabische staat, dat 42,9% van het gebied kreeg en een Joodse staat, dat 56,4% van het gebied kreeg. Jeruzalem (0,7% van het gebied) kwam onder internationaal bestuur. Vrijwel alle Joden gingen akkoord met deze tweestatenoplossing, maar de Arabische inwoners van het gebied niet. Zij vonden dat het hele gebied tot hun toebehoorde en daarnaast vonden ze het oneerlijk dat ze met een grotere bevolking dan de Joden een kleiner gebied kregen. 29 november 1947 werd het plan geaccepteerd door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties als resolutie 181. Doordat de Arabische inwoners van het gebied er niet mee akkoord gingen, brak er een burgeroorlog uit tussen de Arabische- en Joodse inwoners van het gebied.
Een paar uur voordat de Britten officieel de macht weggaven, stichtte de Joden, met David Ben-Gurion als hun leider, de onafhankelijke staat Israël. Hierop vielen verschillende Arabische landen Israël binnen, wat de Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948 werd. Na ongeveer 10 maanden lukte het Israël de Arabische landen te verslaan. De Arabische troepen werden weggedreven en Israël bezette ongeveer 78% van Palestina, inclusief West-Jeruzalem, en dreef hierbij ongeveer 750.000 Palestijnen weg uit hun thuisgebied. Dit gebied werd zich toen ook meteen toe-geëigend door Israël, waardoor de Israëlieten veel meer grondgebied hadden dan oorspronkelijk afgesproken in resolutie 181 (van de VN).
1956-1980
Na een korte periode van militaire rust, brak in 1956 de Suezcrisis uit. Hierbij vochten Israël, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk tegen Egypte. Hierbij veroverde Israël het schiereiland Sinaï van Egypte. Zo maakte de Israëlieten het weer mogelijk dat er schepen naar hun havenstad Eilat kwamen, door het Suezkanaal. Na meer dan een jaar oorlog legde de Verenigde Naties een staakt-het-vuren op. Israël trok zicht deels terug uit de Gazastrook en de Sinaï en kreeg vrije doorgang door het Suezkanaal. Interventiemacht van de Verenigde Naties I, een vredesmacht van de VN, vestigde zich in de Sinaï, om zo een buffer te maken tussen Israël en Egypte.
In 1964 werd een organisatie, genaamd de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO), opgericht en het wilde heel Palestina terugkrijgen voor de oorspronkelijke bewoners, die er waren weggejaagd en vaak niet terug naar hun huizen mochten.
Een grensconflict tussen Syrië en Israël liep uit de hand nadat Egypte olie op het vuur gooide door een belangrijke zeestraat (Straat van Tiran) voor Israëlische schepen te blokkeren. Dit leidde tot angst van de Israëlieten voor een aanval en ze besloten zelf tot verrassingsaanvallen over te gaan. Dit leidde tot een groot militair conflict, de Zesdaagse Oorlog. Tijdens deze oorlog veroverde de Israëlieten de Westelijke Jordaanoever op Jordanië, de Golanhoogten op Syrië en de Gazastrook en de Sinaï op Egypte. Hiermee was het grondgebied van Israël vier keer zo groot na de oorlog. Veel Palestijnen vluchtte uit de bezette gebieden, maar alsnog kwamen bijna een miljoen Palestijnen onder Joods regime. De situatie was na de oorlog nog veel moeilijker op te lossen dan ervoor. Israël begon Joodse nederzettingen (illegale plekken waar Israëlieten buiten Israël zelf samenwonen, beschermd en bestuurd door Israël) te bouwen in de gebieden die ze hadden veroverd. Hierop begonnen Palestijnen Israëlische doelen, binnen en buiten Israël, aanvielen. Deze spanningen zorgde regelmatig voor gevechten en oorlog tussen Israël en de Arabische landen. In 1973 vroeg Egypte aan Israël of ze zich voor een deel uit de Sinaï wilde trekken in ruil voor vredesonderhandelingen. Israël weigerde, waarop Egypte en Syrië (gesteund door een aantal Arabische landen) op Grote Verzoendag (ook wel Jom Kipoer genoemd), een heel belangrijke feestdag voor de Joden, Israël aanvielen. De Israëlieten waarin in het begin verrast, maar wisten na een aantal verliespartijen toch de zogeheten Jom Kipoeroorlog te winnen.