Skelet: verschil tussen versies

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
k
Regel 1: Regel 1:
Het '''skelet''' is een sterk en flexibel geraamte waardoor we rechtop staan en ons kunnen bewegen. Ook biedt het skelet bescherming aan belangrijke [[orgaan|organen]] zoals de [[long]]en, het [[hart]] en de [[hersenen]]. Het skelet is opgebouwd uit botten van verschillende formaten. Elk [[bot]] heeft een eigen taak. Waar botten elkaar raken in het lichaam heb je gewrichten.
+
Het '''skelet''' is een sterk en flexibel geraamte waardoor we rechtop staan en ons kunnen bewegen. Een volwassenskelet bestaat uit 206 botten. Een [[baby]] heeft meer botten, omdat niet alle botten volledig vergroeid zijn. Botten worden ook wel beenderen genoemd. Daarom noemen we onze skelet ook wel het beenderstelsel. [[Mensen]] en [[dieren]] hebben een inwendig skelet. Dit betekent dat het binnen ons lichaam zit. Onze beenderstelsel bestaat uit verschillende soorten beenderen ([[botten]]). Elk bot heeft zijn eigen taak en voeren dit in samenwerking met andere botten en [[spieren]] uit. Aan veel botten zitten uitsteeksels. Deze zijn geschikt om spieren eraan vast te zetten.
 +
 
 +
[[Bestand:Human skeleton diagram.png|200px|thumb|right|Het skelet]]
 +
 
 +
 
 +
Op de afbeelding hiernaast zie je het skelet. Van boven naar beneden kom je verschillende beenderen (botten) tegen. Je begint bij de schedel. Deze bestaat uit meerdere beenderen. Daarom noemen we deze de schedelbeenderen (nr. 1 t/m 4). De schedel zit vast aan de wervelkolom (zie nr. 14 die achterlangs nog doorloopt tot aan je schedel). De borstwervels, de ribben (nr. 18) en borstbeen (nr. 10) vormen samen de borstkas. De heupbeenderen vormen samen de bekken (nr. 15). De ledenmaten, ook wel bekend als de armen en benen, bestaan uit 3 lange botten. De arm bestaat uit een opperarmbeen (nr. 11), een spaakbeen (nr. 12) en een ellepijp (nr. 19). De been bestaat uit een dijbeen (nr. 18), een kuitbeen (nr. 21) en een scheenbeen (nr. 20).
 +
 
 +
 
 +
== Functies van het skelet ==
 +
 
 +
==== '''Vorm en stevigheid''' ====
 +
Het skelet zorgt ervoor dat je lichaam niet in elkaar zakt. Hierdoor kun je rechtop staan. Ook zorgt het ervoor dat het menselijke lichaam vorm aanneemt. Hierdoor kan bijv. aan de hand van de informatie van een skelet een reconstructie gemaakt worden van hoe iemand eruit heeft gezien.
 +
 
 +
==== '''Bescherming''' ====
 +
Het skelet zorgt ook voor bescherming. Denk maar aan je hart, je longen en aorta. Die liggen allemaal veilig in je [[ribbenkast]]. Je ribben zorgen ervoor dat als je een klap op je borst krijgt, dat je [[hart]] en [[longen]] niet meteen worden geraakt. Denk ook aan je [[hersenen]]. Die liggen in je schedelbeenderen. Je schedelbeenderen zijn gemaakt van hard materiaal (kalkzouten), waardoor die je hersenen kan beschermen als je een klap op je hoofd krijgt.
 +
 
 +
==== '''Beweging''' ====
 +
Ook zorgt het skelet ervoor dat je kunt bewegen. Bijna alle botten van het skelet zijn zo aan elkaar verbonden dat ze in bepaalde richtingen bewogen kunnen worden. Het bewegen wordt veroorzaakt door de spieren die aan je botten vastzitten. Met hulp van gewrichten kunnen de botten een bepaalde richting op bewegen. Het bot waar de [[spier]] aan vastzit, biedt stevigheid en hulp bij het bewegen.
 +
 +
== Opbouw botten ==
 +
De botten bestaan uit de volgende materialen: kalk(zouten) en lijmstof. De kalkzouten zorgen voor de stevigheid (hardheid) van de botten en de lijmstof zorgt ervoor dat je bot een beetje buigzaam blijft. De hoeveelheid kalk en lijmstof bepalen de stevigheid en buigzaamheid van de bot. Dit merk je vooral bij kleine kinderen. De botten van baby's zijn nog zeer buigzaam, omdat er veel lijmstof en minder [[kalk]] in zit. Hoe ouder je wordt, des te steviger je botten worden. Dus dan bestaan je botten meer uit kalk en minder uit lijmstof, waardoor ze minder buigzaam zijn. Om je botten harder te krijgen moet je voldoende kalk binnenkrijgen. Kalk zit voornamelijk in melk, bonen en granen. Binnen midden in het harde bot zit een holte. Die holte is gevuld met beenmerg. In  het beenmerg worden nieuwe [[bloedcellen]] gemaakt voor het lichaam.
 +
 
 +
 
 +
== Verschillende soorten botten ==
 +
Het skelet bestaan uit verschillende beenderen, oftewel botten. Je hebt pijpbeenderen en platte beenderen. Lange pijpvormige (denk aan een buis) botten noem je pijpbeenderen. De binnenkant van deze botten zijn dus hol. Bij mensen en zoogdieren zijn deze pijpbeenderen gevuld met beenmerg. Voorbeelden van pijpbeenderen zijn: je dijbeen en opperarmbeen.
 +
 
 +
Platte beenderen zijn plat en een licht gebogen botten. Hierbij kun je denken aan je schouderblad, schedelbeenderen en heupbeenderen.  
 +
 
 +
 
  
 
== Gewrichten ==
 
== Gewrichten ==
* Zadelgewricht: dit gewricht laat botten glad naast elkaar lopen ([[voet]]).
+
* Zadelgewricht: dit gewricht laat botten glad naast elkaar lopen ([[voet]]).
* Scharniergewricht: dit gewricht kan alleen maar heen en weer bewegen ([[knie]]).
+
 
 +
* Scharniergewricht: dit gewricht kan alleen maar heen en weer bewegen ([[knie]]).
 +
 
 
* Kogelgewricht: dit gewricht kan in alle richtingen bewegen ([[schouder]]).
 
* Kogelgewricht: dit gewricht kan in alle richtingen bewegen ([[schouder]]).
  
Je hebt verschillende gewrichten die op andere manieren werken: zadel-, scharnier- en kogelgewrichten (hierboven beschreven).

 De meeste van onze skeletspieren zitten vast aan ons skelet, aan onze botten. Wanneer een [[spier]] beweegt, biedt het bot ondersteuning en stevigheid bij de kracht van de spier. Het skelet, met gewrichten en onze spieren zorgen er samen voor dat het menselijk lichaam heel soepel kan bewegen.
 
 
== Botten ==
 
De meeste botten hebben een harde buitenlaag, dat wordt hard botweefsel genoemd. Het hard botweefsel bestaat uit mineralen en uit strengvormige vezels van collageen. De mineralen zorgen ervoor dat het bot heel hard is, en door het collageen kunnen botten een beetje buigen zonder dat ze breken. Onder dat harde botweefsel zit een zacht en licht beenweefsel. Daarbinnen zit weer het geleiachtig beenmerg, daar worden nieuwe [[bloedcel]]len gemaakt.
 
  
 
== Wist je dat … ==
 
== Wist je dat … ==

Versie van 31 jan 2017 17:01

Het skelet is een sterk en flexibel geraamte waardoor we rechtop staan en ons kunnen bewegen. Een volwassenskelet bestaat uit 206 botten. Een baby heeft meer botten, omdat niet alle botten volledig vergroeid zijn. Botten worden ook wel beenderen genoemd. Daarom noemen we onze skelet ook wel het beenderstelsel. Mensen en dieren hebben een inwendig skelet. Dit betekent dat het binnen ons lichaam zit. Onze beenderstelsel bestaat uit verschillende soorten beenderen (botten). Elk bot heeft zijn eigen taak en voeren dit in samenwerking met andere botten en spieren uit. Aan veel botten zitten uitsteeksels. Deze zijn geschikt om spieren eraan vast te zetten.

Het skelet


Op de afbeelding hiernaast zie je het skelet. Van boven naar beneden kom je verschillende beenderen (botten) tegen. Je begint bij de schedel. Deze bestaat uit meerdere beenderen. Daarom noemen we deze de schedelbeenderen (nr. 1 t/m 4). De schedel zit vast aan de wervelkolom (zie nr. 14 die achterlangs nog doorloopt tot aan je schedel). De borstwervels, de ribben (nr. 18) en borstbeen (nr. 10) vormen samen de borstkas. De heupbeenderen vormen samen de bekken (nr. 15). De ledenmaten, ook wel bekend als de armen en benen, bestaan uit 3 lange botten. De arm bestaat uit een opperarmbeen (nr. 11), een spaakbeen (nr. 12) en een ellepijp (nr. 19). De been bestaat uit een dijbeen (nr. 18), een kuitbeen (nr. 21) en een scheenbeen (nr. 20).


Functies van het skelet

Vorm en stevigheid

Het skelet zorgt ervoor dat je lichaam niet in elkaar zakt. Hierdoor kun je rechtop staan. Ook zorgt het ervoor dat het menselijke lichaam vorm aanneemt. Hierdoor kan bijv. aan de hand van de informatie van een skelet een reconstructie gemaakt worden van hoe iemand eruit heeft gezien.

Bescherming

Het skelet zorgt ook voor bescherming. Denk maar aan je hart, je longen en aorta. Die liggen allemaal veilig in je ribbenkast. Je ribben zorgen ervoor dat als je een klap op je borst krijgt, dat je hart en longen niet meteen worden geraakt. Denk ook aan je hersenen. Die liggen in je schedelbeenderen. Je schedelbeenderen zijn gemaakt van hard materiaal (kalkzouten), waardoor die je hersenen kan beschermen als je een klap op je hoofd krijgt.

Beweging

Ook zorgt het skelet ervoor dat je kunt bewegen. Bijna alle botten van het skelet zijn zo aan elkaar verbonden dat ze in bepaalde richtingen bewogen kunnen worden. Het bewegen wordt veroorzaakt door de spieren die aan je botten vastzitten. Met hulp van gewrichten kunnen de botten een bepaalde richting op bewegen. Het bot waar de spier aan vastzit, biedt stevigheid en hulp bij het bewegen. 


Opbouw botten

De botten bestaan uit de volgende materialen: kalk(zouten) en lijmstof. De kalkzouten zorgen voor de stevigheid (hardheid) van de botten en de lijmstof zorgt ervoor dat je bot een beetje buigzaam blijft. De hoeveelheid kalk en lijmstof bepalen de stevigheid en buigzaamheid van de bot. Dit merk je vooral bij kleine kinderen. De botten van baby's zijn nog zeer buigzaam, omdat er veel lijmstof en minder kalk in zit. Hoe ouder je wordt, des te steviger je botten worden. Dus dan bestaan je botten meer uit kalk en minder uit lijmstof, waardoor ze minder buigzaam zijn. Om je botten harder te krijgen moet je voldoende kalk binnenkrijgen. Kalk zit voornamelijk in melk, bonen en granen. Binnen midden in het harde bot zit een holte. Die holte is gevuld met beenmerg. In het beenmerg worden nieuwe bloedcellen gemaakt voor het lichaam.


Verschillende soorten botten

Het skelet bestaan uit verschillende beenderen, oftewel botten. Je hebt pijpbeenderen en platte beenderen. Lange pijpvormige (denk aan een buis) botten noem je pijpbeenderen. De binnenkant van deze botten zijn dus hol. Bij mensen en zoogdieren zijn deze pijpbeenderen gevuld met beenmerg. Voorbeelden van pijpbeenderen zijn: je dijbeen en opperarmbeen.

Platte beenderen zijn plat en een licht gebogen botten. Hierbij kun je denken aan je schouderblad, schedelbeenderen en heupbeenderen.


Gewrichten

  • Zadelgewricht: dit gewricht laat botten glad naast elkaar lopen (voet).
  • Scharniergewricht: dit gewricht kan alleen maar heen en weer bewegen (knie).
  • Kogelgewricht: dit gewricht kan in alle richtingen bewegen (schouder).


Wist je dat …

  • De helft van alle botten zich in de polsen, handen, vingers, enkels, voeten en tenen bevinden?
  • Het breedste bot de bekken is?
  • De onderkaak het sterkste bot van ons lichaam is?

Spelletje

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Skelet&oldid=473067"