Buitenaards leven

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Voorstelling van hoe een buitenaards wezen eruit zou kunnen zien

Buitenaards leven is leven dat niet op aarde voorkomt. Deze buitenaardse wezens worden ook wel aliens genoemd. Al jaren lang wordt en gefantaseerd over hoe ze eruit zien. Toen de sciencefiction opkwam, werden ze afgebeeld als groene mannetjes met grote ogen. Maar nu het buitenaards leven steeds dichterbij komt, krijgen wetenschappers een beter beeld van de aliens. Je het zou het misschien niet verwachten, maar het lijkt er niet op dat de buitenaardse wezens groene marsmannetjes zijn. Ruimtevaartorganisaties zoals NASA hebben een paar mogelijk bewoonbare planeten ontdekt buiten ons zonnestelsel. Deze planeten liggen in de bewoonbare zone en daar zou dus misschien leven kunnen zijn (maar we weten het niet zeker). Tot nu toe is er nog geen buitenaards leven ontdekt. De Nederlandse astronaut André Kuipers heeft in 2019 gezegd dat hij denkt dat we binnen 10 jaar buitenaards leven zullen vinden.

Wat is er nodig om te kunnen leven?

Vloeibaar water is belangrijk.

Om te kunnen leven heb je net zoals hier op aarde water, energie (uit eten) en zuurstof nodig. De wetenschappers zijn er al achter gekomen dat er in het heelal geen zuurstof is en daarom kijken de wetenschappers naar water, energie en chemie. Alle cellen van levende wezens (mens, dier en plant) op aarde bevatten vloeibaar water (waaronder bloed) en het leven is in zee ontstaan. Daarom denken de wetenschappers dat een stabiele hoeveelheid vloeibaar water een voorwaarde is voor leven zoals wij dat hier op aarde kennen. Alle levende dieren en planten hebben een stofwisseling die energie vereist. Dat kan van de zon afkomen of uit voedsel worden gehaald. Wetenschappers hebben ontdekt dat de aarde is opgebouwd uit stoffen: waterstof, koolstof en stikstof. Deze stoffen moeten ook elders te vinden zijn (Grubbe, 2017). Met vooral schotelantennes speuren de astronomen naar verre planeten waar deze stoffen voor kunnen komen, want misschien is daar dan ook leven.

Als we het aan professor John Heise vragen, is het belangrijk om eerst te onderzoeken hoe het leven hier op aarde is ontstaan en daarna pas de ruimte in te gaan om daar te zoeken. Veel wetenschappers gaan ervan uit dat er eerst niet-levende materie is ontstaan als basis voor levende materie. Waarschijnlijk begon het met een RNA-fase, een heel klein klein deeltje dat DNA kopieert en erop lijkt. "Als je eenmaal RNA hebt, dan heb je een begin, omdat het zichzelf kan maken", zei John Heise.

Om in te schatten hoe groot de kans is dat er op een bewoonbare planeet leven ontstaat, dan is het belangrijk om te weten hoe lang het duurde voordat er hier op aarde leven ontstond. We vergelijken zo het ontstaan van de aarde met de tijd van 1 jaar: als je bedenkt dat op 1 januari de aarde ontstaat en op 31 december 23:50 uur lopen de mensen rond, dan ontstaat begin maart de eerste blauwalg. Op 31 juli krijgt de aarde daardoor een zuurstof-rijk water. Dat houdt in dat er vanaf 1 januari tot 1 maart niet erg veel gebeurde. Toen er eindelijk iets gebeurde moesten we nog 4 maanden wachten voordat er zuurstof in de lucht komt. Op 15 november ontstaan de eerste water-diertjes en op 15 december de eerste zoogdieren. Dus vanaf juli tot november heeft de aarde tijd nodig gehad om de eerste waterdiertjes te ontwikkelen. Daarna duurt het nog een maand voordat de eerste zoogdieren ontstaan. Op 31 december om 22:00 loopt de allereerste mens rond en om 23:50 lopen de mensen (Homo sapiens) rond zoals die we van nu kennen (uit: Dekennisvannu, 2012).

Een astronoom Marco Spaans zegt dat het heelal een hele goede omgeving is voor het ontstaan van leven, omdat de drie basisvoorwaarden in overvloed aanwezig is. De drie basisvoorwaarden waren zoals gezegd water, energie en chemie. Marco Spaans stelt niet de vraag: wat is er nodig om te kunnen leven, maar de vraag: "Krijgt het leven de kans om te overleven?" De eerste stap is de vorming van een cel, wat op aarde een miljard jaar (1.000.000.000) duurde. De omstandigheden moeten al die tijd gelijk blijven. Op aarde was dat goed geregeld. We zitten in een rustige baan, we hebben een grote maan die de aarde op zijn plek houdt en een magnetisch veld dat gevaarlijke straling tegenhoudt. Ook worden we beschermd door Jupiter die puin uit de ruimte opzuigt.

Marco Spaans zegt dat ze weten dat het leven in één op de duizend gevallen ontstaat. Dus als er een miljard planeten in een leefbare zone zitten, dan zijn er een miljoen planeten waar bacteriën zouden kunnen leven. Even in wat gemakkelijkere cijfers: Marco Spaans zegt als er 1000 planeten in een leefbare zone zitten, dat er 1 planeet is waar bacteriën kunnen leven. Maar er zijn geen 1.000 planeten, maar heel veel meer! Dus dat zijn heel veel planeten waar bacteriën kunnen ontstaan! Als we dat weten, willen we weten op hoeveel van die planeten iets intelligents zoals een mens (of een vergelijkbaar wezen) kan groeien. Het is belangrijk dat je bedenkt dat 99,99% van het leven op aarde uit bacteriën bestaat. 0,01% bestaat uit plantjes en kwallen en wij mensen zijn het topje. Ook moet je bedenken dat de aarde 4,5 miljard jaar oud is en dat de mens pas een paar miljoen jaar op deze aarde mee gaat. Ons technologisch vermogen is zelfs nog jonger en we zenden pas 50 jaar krachtige radiosignalen uit. Een paar eeuwen op vier miljard jaar is niet meer dan een flits, als je het ontstaan van de aarde weer even vergelijkt met een jaar. Dat betekent dat wij voor een andere beschaving heel moeilijk te vinden zijn (Engels, 2013).

Leven in ons zonnestelsel

Ons zonnestelsel

Mercurius

De temperatuur ligt tussen 465 °C overdag en -185 °C’s nachts. Door de ontbrekende atmosfeer wordt er geen ultraviolet straling tegen gehouden. De planeet is te klein om een dampkring vast te houden, waardoor er geen vloeibaar water is. Wetenschappers denken dat het onwaarschijnlijk is dat de planeet leven heeft gekend.

Venus

De atmosfeer houdt de warmte goed vast door de grote hoeveelheid koolstofdioxide. De temperatuur loopt op tot 475 °C. Hoog in de atmosfeer is het 25 °C. Wolken bestaan voor 75% uit zwavelzuur en 25% uit waterdamp. Het is mogelijk dat daar leven bestaat, maar de kans is klein. Wetenschappers vermoeden dat het verleden van Venus zachter was, omdat hij even groot is als de aarde en het uit hetzelfde soort gesteente bestaat. Als de modellen kloppen, bestaat er kans dat er leven is geweest (Vium, 2016).

Mars

De atmosfeer is te ijl om warmte vast te houden. In de zomer komt de temperatuur rond de evenaar net boven de nul uit. Er is geen vloeibaar water, wel ijs en permafrost. Door de atmosfeer wordt er geen ultraviolet straling tegengehouden. Toch denken wetenschappers dat er primitief leven is geweest.

Jupiter

De atmosfeer bestaat uit waterstof en helium. Door de waterdruppeltjes in de wolken, zou het geschikt kunnen zijn voor primitief leven. Echter hebben we op aarde nog geen dieren of planten gevonden die zich aan de omstandigheden in de wolken hebben aangepast. Daarom denken wetenschappers dat de kans op leven daar klein is.

Saturnus

De atmosfeer bestaat uit 95% waterstof en 5% helium. Kans dat daar leven voorkomt, lijkt nihil.

Uranus en Neptunes

De temperatuur ligt lager dan -200 °C en daarom kan er met zekerheid worden gezegd dat daar geen leven heeft kunnen ontstaan (Volkssterrenwacht Urania, z.d.).

Aarde

De gemiddelde temperatuur is gemiddeld 15 °C. De atmosfeer bestaat uit zuurstof, stikstof, koolstofdioxide en waterdamp (Weeronline, z.d.).

Maan

De temperatuur ligt tussen de 116 °C en -170 °C. De maan heeft geen dampkring, geen oppervlakte water en er is geen (fossiel) leven gevonden. Mogelijk is er waterijs bij de polen. Toch weten wetenschappers het zeker dat de maan een dode wereld is geweest.

Waar is er leven nu?

De beste kandidaten voor het leven in de ruimte zijn de manen en planeten die ijskoud zijn. De grootste kans op leven verwachten ze te vinden op de Jupitermaan Europa, Mars, Jupitermaan Enceladus en de Saturnusmaan Titan.

Saturnusmaan Titan

Jupitermaan Europa

De gemiddelde temperatuur is -170 °C. Hij is bedenkt met een ijskap vol scheuren met breukvlakken, waarin zich nieuw ijs vormt. Omdat de planeet niet groter wordt, vragen astronomen zich af waar het oude ijs blijft. Ze hebben ontdekt dat het oude ijs in de bodem wordt gedrukt en het met de warmere onderliggende ijslaag versmelt. Onder het ijs gaat een grote zee schuil. In 2020 gaat NASA daar een onderzoek doen.

Mars

Op Mars is het -63 °C. In het ijs van de polen liggen misschien resten van leven. Uit gegevens van vroeger blijkt dat de planeet op de aarde leek. Er stroomde water over het oppervlak en via vulkanische activiteit konden de chemische bouwstenen van het oppervlak, het binnenste van de planeet bereiken. Nu is het oppervlak  droog en kaal, maar micro-organismen kunnen zich verborgen hebben in het ijs en vlak onder het oppervlak (Grubbe, 2017).

Saturnusmaan Eceladus

Op de maan is het -222 °C. Onlangs is er waterstof gevonden en met deze vondst beschikt de maan over alle drie de basisvoorwaarden voor leven: water, energiebron en chemische bouwstenen. Met waterstof en kooldioxide kan methaan worden gemaakt. Dat is een basis voor leven, zoals we dat op aarde kennen (Priess, 2017). De maan heeft een vloeibare oceaan onder de dikke ijskap (Grubbe, 2017).

Saturnusmaan Titan

De atmosfeer bestaat uit zuurstof, kooldioxide en water. Er zijn meren en rivieren die bestaan uit vloeibaar methaan en ethaan. De temperatuur ligt op de -172 °C. Onlangs is er in de atmosfeer een stof gevonden dat celmembramen kan ontwikkelen. Deze stof wordt niet op aarde gevonden en dat zou betekenen dat de cellen die daar ontwikkelen niet lijken op de cellen op aarde en daarom een anderen vorm van leven zou kunnen zijn (Viuf, 2017).

De zoektocht naar buitenaards leven

De witte sterren zijn de exoplaneten
Witte sterren zijn de exoplaneten

De zoektocht naar leven en water in de ruimte is op dit moment een zoektocht naar bewoonbaarheid. Astronoom Rami Rekola schrijft over de traditionele bewoonbare zone rond een ster. De druk en temperaturen waarbij er vloeibaar water ontstaan, worden gevonden in gebieden met voldoende niet te warme en te dichte atmosfeer. Gaswolken zijn namelijk te ijl en te koud. Sterren zijn te heet. Hemellichamen dicht bij de ster zijn te heet en lichamen die ver van de ster staan, zijn te koud - tenzij ze een warmtebron hebben. Lichamen die te klein zijn, kunnen geen atmosfeer vasthouden.

Het idee van Rekola heeft de richting van onze zoektocht bepaald. Toch zijn de ideeën iets anders geworden, doordat er water is ontdekt op Europa en Enceladus. Het vloeibare water op deze manen ontstaat dankzij de getijdenkrachten. Deze krachten zijn zo zwaar, waardoor de manen vervormen en daardoor opwarmen.

Vroeger dachten astronomen dat planeten met een grotere zon dan die van ons, geen intelligent leven zou kunnen ontwikkelen. Omdat ze hun voorraad waterstof te snel opbranden. Het leven zoals we dat op aarde kennen, zou dan niet kunnen ontstaan. Kleine sterren branden juist langzaam en ze dachten dat de energie van de zon te zwak is, waardoor een planeet heel dicht om de ster moet draaien om vloeibaar water te kunnen hebben. In zo'n kleine baan zou de planeet zich aan de ster hechten en aan de ene kant bevriezen en aan de andere kant verkoken.

Er zijn veel planeten gevonden, maar daarvan hebben we weinig informatie. Dat komt doordat vele planeten niet groter zijn dan 1 pixel op een grote foto. Daarom is de taak om deze exoplaneten van dichtbij te onderzoeken en hiervoor zijn twee ruimtesondes ontwikkeld (Jha & Vries, 2016).

Welke stappen moeten er in de toekomst gezet worden?

De mensheid is dus bijna zover om leven buiten ons eigen zonnestelsel te zoeken. Als we een exoplaneet vinden waarop intelligent leven is, dan hebben we een ruimtesonde waarin een boodschap te vinden is. Dat zijn beelden en geluidsfragmenten die over positieve zaken gaan. Stel dat buitenaardse wezens ons eerst vinden, dan worden ze ontvangen door de Verenigde Naties. Toch vinden wetenschappers de eerste ontmoeting een taak voor een onderzoeker, omdat hij heeft geleerd om goed verslag te doen en omdat hij geen militaire of politieke belangen heeft. Het eerste contact moet heel voorzichtig uitgevoerd worden, omdat wij of zij misschien bedreigende bacteriën bij zich dragen. Daarom zal het ruimtevaartuig in quarantaine moeten en de persoon dat het eerste contact legt, een speciaal pak dragen (Kraaijvanger, 2015).

Sthephen Hawking vindt het niet verstandig om signalen naar buitenaards leven te sturen. Hij vindt dat heel gevaarlijk en misschien vinden buitenaardse wezens ons net zo waardevol als dat wij bacteriën vinden. Het is riskant om contact op te nemen, omdat zij misschien duizenden, miljoenen of miljarden jaren verder is dan de mensheid. Hij vindt het dus gevaarlijk en onverstandig, maar toch gaat hij samen met Yuri Milner een ruimtevaartuig naar een buurster sturen (Het zonnestelsel naast die van ons). Om daar onderzoek te doen naar leven (Kraaijvanger, 2016). Hawking zei: "De mens voelt een diepe behoefte om te ontdekken, te leren, te weten. Maar we zijn ook sociale wezens. Het is belangrijk voor ons om te weten of we alleen zijn in het donker". Ook zei hij dat we moeten niet schreeuwen in de kosmos, omdat die hogere levensvormen weleens net zulk agressieve, gewelddadige karaktereigenschappen zouden kunnen hebben als wij (mensen).

Bronnen

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Buitenaards_leven&oldid=845025"