Boreoeutheria
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
"noordelijke ware beesten" Boreoeutheria | |||
---|---|---|---|
Leefgebied | Wereldwijd | ||
Leefomgeving | divers | ||
Behoort tot de | Placentadieren | ||
|
Boreoeutheria, ("noordelijke ware beesten") is een zogeheten magnorder van placentadieren die de superorders Euarchontoglires en Laurasiatheria bevat. Op enkele uitzonderingen na hebben alle mannelijke dieren in deze groep een balzak (scrotum). De subgroep Scrotifera is vernoemd naar dit kenmerk.
Hiermee onderscheid deze groep zoogdieren zich van de slurfdieren die geen uitwendige balzak hebben.
Verklaring van de naam
De naam van deze magnorder Boreoeutheria komt van Oudgriekse woorden:
- Βορέας ( Boreas ) betekent 'noordenwind' of 'het noorden',
- εὐ- (eu-) betekent 'goed', 'juist' of 'waar',
- en θηρίον (thēríon) wat 'beest' betekent.
Voorouder
De gemeenschappelijke voorouder van Boreoeutheria leefde tussen 107 en 90 miljoen jaar geleden. De boreo-eutheriaanse voorouder gaf aanleiding tot soorten die zo divers waren als giraffen, honden, muizen, vleermuizen, walvissen en mensen.