IJstijd: verschil tussen versies
(Nieuw stukje: Hoe komt het dat er ijstijden zijn?) |
k |
||
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 52: | Regel 52: | ||
Belangrijk voor het ontstaan van ijstijden zijn o.a.: | Belangrijk voor het ontstaan van ijstijden zijn o.a.: | ||
− | * de ligging van de continenten, | + | * de ligging van de [[Continent|continenten]], |
− | * de samenstelling van de atmosfeer en | + | * de samenstelling van de [[Aardatmosfeer|atmosfeer]] (meer of minder [[Methaangas|Methaan]], CO2 enz.) en |
− | * variaties in de baan van de Aarde rond Zon: de zogenaamde [[Milankovitch-variabelen]]. | + | * variaties in de baan van de Aarde rond de Zon: de zogenaamde [[Milankovitch-variabelen]]. |
== Het tussen-ijstijdperk waarin wij nu leven == | == Het tussen-ijstijdperk waarin wij nu leven == |
Huidige versie van 28 apr 2025 om 22:52
Een ijstijd of Glaciaal is een periode waarin de gemiddelde temperatuur lager is dan de tijd ervoor en erna. Het is een heel lange periode van ijzige kou. Een periode die wel 100.000 jaar kon duren! In de winter was het steenkoud, het vroor hard. Maar ook in de zomer kon het vriezen.
Een deel van Europa lag dan onder een ijskap. Dit ijs was opgebouwd uit lagen bevroren sneeuw. De sneeuw smolt niet of bijna niet en de sneeuwlaag werd steeds dikker. De sneeuw die er lag werd samengeperst tot gletsjers. Die gletsjers lagen niet alleen op de bergen, maar ook op het land. Op sommige plekken was de ijslaag wel een kilometer dik. Deze ijskappen ontstonden op de Noordpool en schoven langzaam over Scandinavië (Noord-Europa) naar Nederland en Duitsland.
Dit had tevens een bulldozer-effect, waarbij voor de ijskap uit, de grond werd opgestuwd. Zo zijn in Nederland bijvoorbeeld de stuwwallen van de Utrechtse heuvelrug en die van het Gooi en de Posbank bij Arnhem ontstaan.
België kende ook een ijstijd maar dat is nooit bedekt geweest met een ijslaag. Wel had het hetzelfde klimaat met dezelfde temperaturen als de landen die wel bedekt waren met een ijslaag. Dit fenomeen dat België kende noemt men: periglaciaal. In België was wel de bodem vaak constant bevroren, wat men permafrost noemt. Het landschap was daar toen een soort toendra.
Geschiedenis
De bekendste ijstijden zijn:
- De voorlaatste grote ijstijd: (de Saale-IJstijd of Saalien), zo'n 200.000 jaar geleden.
- De laatste ijstijd: (Weichselien), zo'n 10.000 jaar geleden.
Die twee ijstijden waren in het Geologische tijdperk het Pleistoceen. In dit tijdperk zijn ook de eerste homo sapiens-mensen verschenen. Dit zijn de bekendste en intelligentste primaten waarvan wij afstammen. De Neanderthalers waren er toen al.
Zo heb je veel verschillende geologische perioden benamingen: zo leefden de meeste dinosauriërs bijvoorbeeld in het Jura en Krijt tijdperk.
Het jongste tijdperk, dat is waarin wij nu leven, noemt men het Holoceen. Dit tijdperk begon zo'n 11.700 jaar geleden. Men noemt het ook wel de moderne warme tijd, omdat dit tijdperk nog geen ijstijden heeft gekend.
Dit verklaart meteen waarom men het tijdperk van het Pleistoceen ook wel de IJstijd noemt: het kende namelijk zelfs 6 ijstijden en eindigde ook nog met een ijstijd. Toch was het er niet aan één stuk door koud. In het verdere verloop van dit tijdvak wisselden ijstijden (glacialen) en tussen-ijstijden (interglacialen) elkaar af.
In de tussen-ijstijden ging de temperatuur omhoog: er was dan een gematigd warm klimaat. De winters hadden temperaturen rond tot net onder het vriespunt. De ijskappen trokken zich dan terug naar het noorden, om even later - als het weer koud werd - terug te keren. De winters kenden dan opnieuw extreme koude met vriestemperaturen tot wel -21 graden. Tijdens de ijstijden (glacialen) breidden de landijskappen zich dan ook buiten de poolgebieden uit.
De 6 bekende ijstijden van jong naar oud

- Weichselien of Weichseliaan
- Saalien of Saaliaan
- Elsterien of Elsteriaan
Nog ouder:
- Menapien of Menapiaan
- Eburonien of Eburoniaan
- Pretiglien of Pretigliaan
Tussen-ijstijdperken
Daar tussen in waren er kortere en warmere tussen-ijstijdperken.
De voorlaatste tussen-ijstijd noemt men het Eemien. Het Eemien is zo'n 116.000 jaar geleden geëindigd en duurde 10.000 jaar. Dat was tussen de voorlaatste ijstijd (het Saalien) en de laatste (het Weichselien).
Andere tussen-ijstijdperken die men kent van jong naar oud:
Tussen het Oostermeer en Belvedere hebben zich ook ijstijden afgespeeld, maar die hebben nog geen naam gekregen.
Vanzelfsprekend zijn er in de geschiedenis van onze aarde méér dan zes ijstijden en tussen-ijstijden geweest, verspreid over verschillende geologische tijdperken. Maar aangezien dit zo lang geleden is, is het voor wetenschappers bijna onmogelijk om hierover specifieke data (gegevens) te verzamelen.
IJstijden duren het langst ruwweg tussen 80.000 en 100.000 jaar en worden afgewisseld met kortere warme perioden. De warme perioden tussen de ijstijden in duren korter: ongeveer 10.000 jaar.
Hoe komt het dat er ijstijden zijn?
Belangrijk voor het ontstaan van ijstijden zijn o.a.:
- de ligging van de continenten,
- de samenstelling van de atmosfeer (meer of minder Methaan, CO2 enz.) en
- variaties in de baan van de Aarde rond de Zon: de zogenaamde Milankovitch-variabelen.
Het tussen-ijstijdperk waarin wij nu leven
Op dit moment leven wij in een tussen-ijstijdperk, een Interglaciaal. Al 11,5 duizend jaar heeft de mens het geluk in een interglaciaal te leven.
Dat deze tussen-ijstijd waarin wij nu leven al langer dan gemiddeld duurt, heeft sterk te maken met hoe het leven op aarde er nu uit ziet. Mensen van nu hebben, vergeleken met de eerste homo sapiens van vroeger, een heel grote evolutie doorgemaakt. Dit zorgde voor een andere en comfortabeler (gemakkelijker leefbare) leefstijl. Maar we zijn in de loop der jaren hierdoor wel veel meer CO2 gaan uitstoten dan vele jaren geleden: vooral sinds de Industriële revolutie. Die grote hoeveelheid aan CO2-uitstoot brengt de aarde in verwarring: daardoor warmt de aarde sterk op en breekt er voorlopig nog geen nieuwe ijstijd aan op aarde.
Kan er toch nog een nieuwe ijstijd komen?
Klimatologen verwachten dat er een volgende ijstijd / een volgend Glaciaal kan komen binnen 10.000 jaar. Een nieuwe ijstijd komt er volgens hun dus zeker, al denken ze dat deze niet meer zo ernstig zal zijn als dat we dat kennen in de geschiedenis.
Ook is er niet overal op de wereld tegelijk ijstijd. In Groenland is het nu nog steeds ijstijd (2020), maar het had volgens wetenschappers toch ook al een tussen-ijstijd: zo'n 400.000 jaar geleden.
Dieren uit de ijstijd
Er leefden ook veel dieren in de ijstijd.
Dit zijn uitgestorven dieren die we prehistorisch noemen:
- mammoet
- wolharige neushoorn
- sabeltandtijger.
- Reuzenhert
- Steppewisent
- Holenbeer
- kortsnuitbeer
- Grottenhyena
- Grottenleeuw
- Reuzenwolf
Deze dieren mogen dan wel uitgestorven zijn, toch zijn er nu dieren die er erg herkenbaar uitzien, vergeleken met de dieren die toen op aarde leefden. Deze dieren zijn dan latere verwanten.
Dit zijn dieren die nog vandaag leven maar ook te zien waren in het vorig tijdperk met de laatste en voorlaatste ijstijden:
Weetje
Ook tijdens warmere perioden kan er een reeks van (wat) koudere jaren optreden, met meer strengere winters. Dat was bijvoorbeeld het geval tijdens wat in Nederland "de Kleine IJstijd" wordt genoemd, ruwweg van de vijftiende tot in de negentiende eeuw.