Secundaire sector

Een staalfabriek

De secundaire sector is een van de vier economische sectoren. In de secundaire sector zitten alle bedrijven die grondstoffen verwerken tot producten. Die grondstoffen worden aangeleverd door de primaire sector. Na afloop worden ze verkocht aan de tertiaire sector die het weer aan de consument verkoopt.

Soms wordt de secundaire sector ook wel de industriële sector genoemd. Dat komt omdat er de secundaire sector voornamelijk uit industrie (fabrieken) bestaat. Toch is de naam niet helemaal juist. Naast de industrie vallen er andere dingen onder de secundaire sector, zoals:

• Ambachten: Voor de Industriële revolutie bestond de secundaire sector uit ambachtslieden zoals pottenbakkers, bezembinders, timmermannen, bakkers, slagers, smeden, etc. Zij waren heel erg goed in het uitvoeren van een bepaalde taak. Ook zij zetten ruwe grondstoffen om in producten. Tegenwoordig is een groot deel van hen vervangen door fabrieken, maar er bestaan nog steeds ambachtslieden.
• Bouwnijverheid: Dat zijn mensen die in de bouw werken. Zij zorgen voor het bouwen van gebouwen en het onderhoud aan gebouwen. Voorbeelden zijn stukadoors, loodgieters, installateurs, tegelzetters en bouwvakkers. Zij zetten ook ruwe grondstoffen om in producten.
• Energieleveranciers: Zij zetten ruwe grondstoffen (zoals aardgas, steenkool, uranium, zonlicht of windkracht) om in energie. Die energie wordt weer verkocht aan bedrijven en consumenten.

	Economische sectoren
primaire sector (leveren van grondstoffen en voedsel) · secundaire sector (grondstoffen verwerken tot producten) · tertiaire sector (verkopen van goederen en leveren van diensten) · quartaire sector (diensten niet gericht op winst)