Propyleeën
De propyleeën (Grieks: Προπύλαια) waren in de Griekse oudheid de toegangspoorten tot de tempels van de Akropolis van Athene. De propyleeën vormen een van de vier overgebleven bouwwerken van de Akropolis. De andere zijn het Parthenon, het Erechtheion en de tempel van Nikè. De propyleeën liggen aan de westkant van de Akropolis.
De ingang van de Akropolis is altijd aan de westkant geweest. Toen er steeds meer tempels op de Akropolis kwamen en de plek steeds belangrijker werd, vonden de Atheners het belangrijk dat de Akropolis ook mooie toegangspoorten kreeg. Daarom werd in 437 v. Chr. begonnen met de bouw van de Propyleeën onder leiding van de architect Mnesikles. De bouw was onderdeel van de herbouw van de Akropolis op bevel van Perikles. In 431 v. Chr. werd de bouw gestopt vanwege het uitbreken van de Peloponnesische Oorlog. De bouw is hierna nooit meer verdergegaan, maar gelukkig waren de poorten al zo goed als af.
De propyleeën zien er als je aankomt uit als een tempel in de Dorische stijl met zes pilaren. Als je door de poort ging stonden aan beide kanten drie pilaren in de Ionische stijl en als je de poort verliet stonden er weer zes pilaren in Dorische stijl. Aan beide kanten van de poort stond een gebouw. Een van die gebouwen was het Pinakotheke, waar bezoekers konden uitrusten van de klim naar de top en konden genieten van kunst die daar was opgehangen. Het andere gebouw is nooit afgebouwd. In totaal waren er vijf ingangen in de propyleeën. Vier hiervan waren bedoeld voor voetgangers, de vijfde (de middelste) werd gebruikt voor wagens en om offerdieren naar binnen te leiden.