Productiefactor

De productiefactoren zijn alle dingen die nodig zijn om een goed te maken. In de economie bestaan er vier productiefactoren:

Natuur: De grondstoffen die uit de natuur komen.
Arbeid: Het personeel dat de grondstoffen tot producten verwerkt.
Kapitaal: De spullen die nodig zijn om een bedrijf te hebben, zoals voertuigen, machines, etc.
Ondernemerschap: Degene die het bedrijf leidt en de productiefactoren samenvoegt.

Voor de productiefactoren bestaat het ezelsbruggetje KANO: Kapitaal, Arbeid, Natuur en Ondernemerschap.

Voorbeeld: Een kopje koffie

Voor dit kopje koffie zijn heleboel productiefactoren nodig.

Voor het produceren van een kopje koffie zijn verschillende productiefactoren nodig:

Natuur: De koffiebonen moeten op een stuk grond geteeld worden. Een koffieproducent heeft dus stukken grond nodig met koffieplantages (of moet de koffie inkopen). Daarnaast moet de koffiefabriek ook op een stuk grond staan.
Arbeid: Voor het plukken van de koffiebonen zijn werknemers nodig. Ook zijn er werknemers nodig voor het verwerken van de koffiebonen in de fabriek. Daarnaast moeten de koffiebonen ook vervoerd worden met vrachtwagens van de plantages naar de fabriek en later van de fabriek naar de winkels en distributiecentra.
Kapitaal: De werknemers maken gebruik van spullen, machines en voertuigen om de koffiebonen te plukken en te verwerken tot koffie. Op de plantage worden machines gebruikt om de koffieplanten te irrigeren en te verbouwen. In de fabriek staan machines om de koffie te branden en te malen tot poeder. Al die spullen worden kapitaalgoederen genoemd.
Ondernemerschap: Om de bovenstaande drie productiefactoren te combineren is ondernemerschap nodig. Ondernemers nemen besluiten over de koffieproductie. Zo bepalen zij waar de koffie verbouwt wordt, hoeveel verbouwt wordt, waar de fabriek staat, etc. Ook zijn zij verantwoordelijk voor de uitkering van loon aan de werknemers, de reparatie of vervanging van kapitaalgoederen, etc.

Iedere productie factor heeft ook zijn eigen beloning:

Natuur: Als je een stuk grond verhuurt, krijg je pacht. Dat is een soort van huur voor het gebruik van een stuk grond. De pacht is afhankelijk van de waarde van de grond. Als de grond erg vruchtbaar is of veel grondstoffen bevat, krijgt de eigenaar meer pacht. Het verhuren van een stuk grond wordt ook wel verpachten genoemd.
Arbeid: De werknemers (arbeiders) krijgen loon of salaris. Loon is een vergoeding of beloning voor het werk wat zij verricht hebben. De hoogte van het loon hangt af van verschillende factoren. Zo wordt er gekeken naar het type werk, de benodigde kennis en vaardigheden, het aantal mensen dat jouw baan kan uitvoeren, etc.
Kapitaal: Als je kapitaal investeert in een bedrijf, ontvang je rente (of dividend). Ook de verhuur van gebouwen en kapitaalgoederen valt onder kapitaal. Hiervoor krijg je huur.
Ondernemerschap: Ondernemers krijgen als beloning winst, maar dat krijgen zij alleen als het bedrijf meer oplevert dan de kosten. Wanneer het bedrijf meer kosten dan opbrengsten heeft ontstaat een verlies. Ondernemers zijn dus niet zeker van inkomsten. Zij hebben het meeste risico van alle productiefactoren.