Gevechtstank
Een gevechtstank of oorlogstank, vaak simpelweg tank genoemd, is een gepantserde militaire gevechtswagen op rupsbanden. Je denkt vast: wie heeft de tank bedacht? Dat was namelijk Leonardo da Vinci: hij bedacht een houten wagen met kanonnen aan de zijkant. Alleen werd deze tank nooit gebruikt omdat hij te zwaar was en dus niet kon rijden. Eigenlijk niet zo slim van meneer Da Vinci, die toch geldt als een genie. Maar misschien is het wel helemaal niet waar, zoals met zoveel dingen uit de geschiedenis. Het doet een beetje denken aan de schitterende slagschepen, die de Duitse keizer Wilhelm achterop menukaarten tekende. Die leden aan een ander euvel: ze bleven niet drijven.
Eerste Wereldoorlog
De eerste tanks werden door de Britten ingezet tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar konden daar nog niet veel klaarmaken. Ze waren bedoeld om door de Duitse stellingen (loopgraven) heen te breken maar bleven vaak in de modder steken en konden door de Duitsers (die de tank als wapen niet serieus namen) makkelijk worden uitgeschakeld. De tank heette 'tank' omdat de Britten bij de ontwikkeling ervan de Duitsers in de waan wilden laten dat het om iets anders, iets onschuldigs ging. De allereerste tank was de Mark I, gemaakt in Engeland in 1916.
Tweede Wereldoorlog
In de Tweede Wereldoorlog daarentegen werden tanks erg belangrijk. De tanks werden vooral door de Duitsers aanvankelijk met groot succes ingezet. In hun zogenaamde Blitzkrieg (bliksemoorlog) in 1939 tegen Polen, in 1940 in het westen en in 1941 tegen de Sovjet-Unie zetten ze complete tanklegers (meestal pantserlegers genoemd) in. Een enorme tankslag in 1943 bij Koersk in de Sovjet-Unie waarbij duizenden tanks waren betrokken besliste volgens vele historici de strijd aan het oostfront. Volgens Russische bronnen waren aan beide kanten zo'n 300 tanks vernietigd op de eerste dag, dit is waarschijnlijk door het opperbevel bedacht om Joseph Stalin tevreden te stellen. De Duitse archieven van de garages waar een tank tot total-loss verklaard kon worden zeiden echter dat het maar 4 Duitse tanks waren en dat de rest gewoon beschadigd was en gerepareerd werd. De laatste is pas kort geleden ontdekt door onderzoekers en is het meest betrouwbaar.
Duitsland
Toen Hitler in 1933 aan de macht kwam, werden de ontwikkeling en productie van tanks opgevoerd. Dat was tegen de regels van het Verdrag van Versailles in, maar Hitler trok zich daar niets van aan. De eerste Duitse tank ná de Eerste Wereldoorlog, was de Panzerkampfwagen I. Al snel volgden de Panzerkampfwagen II, Panzerkampfwagen III, enzovoort... Eén van de, zo niet de succesvolste Duitse tank in de oorlog was de Tiger I. Russische en Amerikaanse tanks moesten veel moeite doen om de Tiger I uit te schakelen. Vaak lukte het pas als ze in een grote meerderheid waren.
Duitsland was volop bezig met de ontwikkeling van steeds grotere en betere tanks, zoals de Maus. Of zelfs de Landkreuzer P. 1000 Ratte en Landkreuzer P. 1500 Monster. Deze tanks moesten een kanon krijgen van het formaat van een scheepskanon. Ze werden daarom ook wel 'landslagschepen' genoemd. Van dit soort superzware tanks werden vaak alleen prototypes gebouwd. Ze werden nooit in productie genomen. Dat kwam omdat ze niet praktisch waren: te groot en te zwaar. Er bestonden nauwelijks motoren om zulke enorme tanks vooruit te krijgen en bovendien had Duitsland een tekort aan materialen en brandstof. De grootste en zwaarste tank die de Duitsers hebben gebouwd, was de Tiger II. Er waren echter ook ontwerpen voor de Maus, een nog zwaardere en sterkere tank.
En nu
Door de verdere ontwikkeling van het luchtwapen (vliegtuigen, raketten) is de rol van traditionele strijdmiddelen zoals de tank en het slagschip minder belangrijk geworden. Toch heeft de tank nog een voorname rol gespeeld in recentere oorlogen, zoals de strijd tussen Israël en de Arabieren en de zogeheten Golfoorlog.
Weet je trouwens, hoe een tank stuurt? Want als de wielen naar links of rechts zouden bewegen, zouden de rupsbanden eraf lopen. Toch kan een tank zelfs om zijn as draaien. Dat kan, door de ene rupsband te laten lopen en de andere af te remmen.
Nederland
Nederland had ooit ruim 1000 tanks. Dat was rond de jaren '70, toen de Koude Oorlog in Europa woedde. In die tijd moest Nederland goed voorbereid zijn op een mogelijke aanval vanuit het oosten (de Sovjet-Unie). Tanks vormden toen de ruggengraat van de krijgsmacht. Maar toen de Koude Oorlog voorbij was, was de grootste dreiging verdwenen. Het aantal tanks nam sterk af. In 2010 had Nederland nog 116 Leopard 2-tanks, maar er werd nog meer bezuinigd op defensie. Daarom werden alle tanks verkocht / uit gebruik genomen. Nederland had dus geen tanks meer.
Tanks zijn echter nog steeds heel belangrijk. Ze zorgen voor evenwicht en overwicht op de grond. In 2015 werd daarom bekend gemaakt dat de tank weer terug zou komen. Nederland werkt hierbij samen met Duitsland. Duitsland moderniseert een aantal Leopard 2-tanks, die Nederland dan mag gebruiken. Dit is nog maar een enkel voorbeeld van de nauwe samenwerking tussen de Nederlandse landmacht en de Duitse landmacht.