Meno (Plato)
De dialogen van Plato | |
| |
Meno is een filosofische dialoog geschreven door Plato, een oude Griekse filosoof. In deze dialoog onderzoeken de personages, voornamelijk Socrates en Meno, de aard van deugdzaamheid en de vraag of deugdzaamheid kan worden onderwezen.
De dialoog begint met Meno die Socrates vraagt of deugdzaamheid kan worden onderwezen en wat deugdzaamheid precies is. In plaats van direct te antwoorden, gebruikt Socrates zijn kenmerkende ironische methode en begint hij Meno vragen te stellen om hem te dwingen na te denken over de aard van deugdzaamheid. Een belangrijk punt in de dialoog is Meno's paradox, waarin Meno beweert dat als men niet weet wat deugdzaamheid is, men het niet kan herkennen of ernaar kan zoeken. Socrates en Meno proberen deze paradox op te lossen door te discussiëren over hoe deugdzaamheid kan worden begrepen en verworven. Socrates introduceert ook het concept van zielenherinnering, waarin hij beweert dat kennis niet wordt geleerd, maar eerder wordt herinnerd door de ziel. Om zijn punt te bewijzen, daagt Socrates een slaaf uit om een meetkundig probleem op te lossen met behulp van geleide vragen, wat suggereert dat deugdzaamheid en kennis kunnen worden bereikt door de juiste vragen te stellen en redenering toe te passen.