Duitse Rijksdagverkiezingen 1933

De zetelverdeling na de Rijksdagverkiezingen van 1933. De NSDAP is aan de rechterkant weergeven in donkerrood. Ze behaalde 288 zetels.

De Duitse Rijksdagverkiezingen van 1933 waren een cruciaal keerpunt in de geschiedenis van Weimarrepubliek (1918-1933); de democratische regering van Duitsland na de Eerste Wereldoorlog. Deze verkiezingen vonden plaats onder de toenemende politieke en sociale onrust, en de resultaten hadden grote gevolgen voor de toekomst van Duitsland en de opkomst van het naziregime onder leiding van Adolf Hitler. De NSDAP behaalde bij deze verkiezingen een enorme overwinning. Ze kregen 43,9 procent van de stemmen. Dat waren 288 zetels in de Rijksdag, waardoor ze de grootste partij werden.

De Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP) maakte gebruik van de ontevredenheid van de bevolking en de economische moeilijkheden om campagne te voeren voor hun extremistische ideologie. Adolf Hitler beloofde herstel, een einde aan werkloosheid en het beëindigen van het Verdrag van Versailles. Daarbij droeg de wereldwijde economische crisis na de Beurskrach van 1929 bij aan de groeiende ontevredenheid onder de bevolking en verhoogde de steun voor extremistische partijen. In de aanloop naar de verkiezingen gebruikte de NSDAP agressieve propagandacampagnes en intimidatie om hun boodschap te verspreiden en politieke tegenstanders het zwijgen op te leggen.

De verkiezingsresultaten leidden tot de benoeming van Adolf Hitler tot rijkskanselier op 30 januari 1933.