Bevruchting

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Pas in de puberteit komen de voortplantingsorganen in werking. De bevruchting gaat zo: de voortplantingsorganen van de vrouw maken een eicel per maand, meer zijn er ook niet nodig. De eicel gaat via de eileider naar de baarmoeder. Zelf kan hij niet vooruit komen, daarom zitten in de eileider een soort haartjes die golfbewegingen maken. daardoor komt hij vooruit en gaat de goede kant op naar de baarmoeder.

De voortplantingsorganen van de man maken ongeveer 1 miljoen zaadcellen per dag. Dat is nodig want maar honderd overleven de reis naar de baarmoeder. Door het vrijen komen de zaadcellen in de baarmoeder. Ze gaan vooruit met een snelheid van vier millimeter per uur. Ze komen vooruit door met hun staart te bewegen. In de kop zit het erfelijk materiaal van de man. Als ze de bij de zaadcel komen gaan ze met honderden tegelijk op de eicel af. De eicel is 50 keer groter dan de zaadcel. Slechts één zaadcel lukt het om de vrouw te bevruchten door bij de eicel te komen.

De eicel lijkt op een ei het is een schil met daar in het erfelijk materiaal van de vrouw. Het erfelijk materiaal smelt in elkaar en licht klaar om op te groeien tot een nieuw mensje. De groei van de baby vind plaats in de baarmoeder.

Videoclip

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Bevruchting&oldid=885783"