Elektriciteit
Elektriciteit is de stroom die wij gebruiken. Het woord is afgeleid van het woord elektron, dit betekent barnsteen in het Grieks. Als je daar met een wollen doek over wrijft, ontstaat "elektriciteit", zichtbaar aan vonkjes en hoorbaar aan geknetter. Wij gebruiken het woord elektron nu voor een heel klein deeltje dat elektriciteit overbrengt.
Wat is electriciteit
Elektriciteit is een vorm van energie van bewegende elektronen. Dat zijn kleine deeltjes die deel uitmaken van een atoom.
Elk elektron heeft een kleine elektrische lading. Als elektronen zich verplaatsen, komt er energie vrij. Dat is elektriciteit.
Bijvoorbeeld als je het licht aandoet of als je je computer aanzet. Stroom wordt opgewekt in elektriciteitscentrales. Hoogspanningskabels vervoeren die elektriciteit door de lucht of onder de grond. Elektrische energie kun je opslaan in bijvoorbeeld batterijen. Energie kan ook opgewekt worden met krachten uit de natuur: wind, water en zon. Deze energiebronnen zullen er altijd zijn en ze zijn niet slecht voor het milieu. Wind-, water- en zonne-energie noemen we daarom duurzame energie.
Geschiedenis
Elektriciteit heeft, toen men ontdekte hoe je het kunt gebruiken, grote veranderingen gebracht in het dagelijks leven van de mens. In een eeuw is er meer veranderd dan in alle eeuwen daarvoor.
Edison slaagde er in 1879 als eerst in om een bruikbare gloeilamp te maken. In de jaren daarna volgde de ene uitvinding op de andere met betrekking tot energie. Overal in de wereld hielden geleerden en uitvinders zich bezig met elektriciteit. Ze deden proeven, ontdekten nieuwe dingen en vonden allerlei mogelijkheden uit om elektriciteit te gebruiken.
De batterij
Een batterij is een voorwerp dat elektriciteit kan leveren aan draadloze apparaten. Het bestaat uit materialen die zorgen voor een chemische reactie zodat daaruit elektrische energie kan ontstaan. Een batterij heeft twee zijden. Een pluspool (+) en een minpool (-). Dit geeft de richting aan waarin de elektriciteit gaat stromen. Wanneer we een batterij aan een apparaat koppelen, dan stroomt de elektriciteit van de minpool door een netwerk van draadjes om bij de pluspool te komen.
We kunnen batterijen in twee types verdelen:
Niet oplaadbare batterijen: na lang gebruik raken deze batterijen op. De chemische reacties die plaatsvinden kunnen niet teruggedraaid worden, dus zijn ze niet meer op te laden.
Oplaadbare batterijen: deze batterijen kunnen we wel weer opladen. Hun chemische reactie kan wel teruggedraaid worden door een elektrische stroom op aan te sluiten. Na een heel lang gebruik, verliezen oplaadbare batterijen ook hun kracht.
stroomkring
Aan een stroomkring zitten altijd twee aansluitpunten. Kijk maar naar het stopcontact en naar een batterij. Ze dienen voor de aanvoer en de afvoer van de stroom. De aan - en afvoer moeten met elkaar verbonden worden als we iets willen merken van de stroom. Dat noemen we een stroomkring. In een stroomkring kan een lamp zitten. De stroomkring moet altijd gesloten zijn, anders brandt de lamp niet. Het kan ook misgaan en dan komt er kortsluiting dat gebeurt als de twee kabels in de kabel elkaar raken dan kiest de elektriciteit de snelste weg maar raakt de energie niet kwijt. Dan komt er kortsluiting. Je kan de elektriciteit dan uitzetten in de stoppenkast. Omdat je niet altijd een stroomkring wilt maken waarbij alle aangesloten apparaten tegelijk aan of uit staan, zijn er twee verschillende soorten stroomkringen. Deze worden serieschakeling en parallelschakeling genoemd.
Serieschakeling Een serieschakeling is de meest eenvoudige stroomkring. De elektriciteit stroomt door één lijn waarop alle apparaten aangesloten zitten. Neem nu lampjes voor in een kerstboom.
Parallelschakeling
Het is niet handig om een serieschakeling te gebruiken voor een stroomkring waar je televisie en je radio allebei op zijn aangesloten. Dat zou betekenen dat elke keer als jij televisie wilt kijken, de radio ook aan moet om de stroomkring te sluiten. Gelukkig bestaat er voor deze situatie een ander soort stroomkring, namelijk de parallelschakeling. In een parallelschakeling zitten een soort omwegen in de kabels waardoor de stroomkring via een andere weg alsnog rond kan stromen zelfs als er een apparaat wordt uitgeschakeld of losgekoppeld wordt. Foto 8 PARALLELSCHAKELING
Waar kun je elektriciteit maken?
Je kunt elektriciteit op verschillende manieren maken. Dit gebeurt in elektriciteitscentrales. Je hebt verschillende soorten elektriciteitscentrales: die elektriciteit maken uit stoom en anders. Centrales die elektriciteit maken van stoom zijn:
- Kolencentrales;
- Gascentrales;
- Combi-centrales;
- Stoom- en gascentrales;
- Oliecentrales;
- Kerncentrales;
- Biomassacentrales;
- Vuilverbrandingscentrales.
Centrales die elektriciteit op een andere manier maken zijn:
- Windturbines;
- Waterkrachtcentrales;
- Zonne-energiecentrales;
- Getijdencentrales;
- Geothermische centrales;
- Spaarbekkencentrales;
- Golfslagcentrales;
- Virtuele energiecentrales.
Hoe kan je gebruik maken van elektrische energie?
Elektriciteit gebruik je voor alle apparaten waar een stekker aanzit (of een batterij). De stekker gaat in het stopcontact en zorgt ervoor dat het apparaat stroom (elektriciteit) krijgt. De huiskamer, slaapkamer en keuken staan vol met elektrische apparaten, bijvoorbeeld:
- televisie
- radio
- telefoon
- koffiezetapparaat
- elektrisch fornuis
- afwasmachine
- wasmachine
- droger
De elektriciteit wordt omgezet in licht, beweging of warmte.
Geschiedenis
Thomas Edison heeft stromende elektriciteit praktisch makkelijk bruikbaar gemaakt. Als kind woonde hij in Port Huron in Michigan in de Verenigde Staten, daar was hij begonnen als krantenjongen die kranten in de trein verkocht.