Brug

Uit Wikikids
Versie door JufSoof (overleg | bijdragen) op 7 nov 2019 om 16:30 (plaatjes toegevoegd)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een brug zorgt voor een verbinding tussen twee oevers. Meestal ligt een brug over het water: een sloot, een kanaal, gracht, rivier, meer of zee, maar er kunnen ook bruggen zijn die lopen over ravijnen, steden of wegen. Er zijn veel verschillende soorten bruggen. Je kunt bruggen indelen door te kijken naar de manier waarop ze open gaan.

Een brug die open kan wordt door een brugwachter bediend. Er zijn bruggen die je handmatig kunt openen. Andere bruggen zijn zo groot dat ze je ze niet handmatig kunt openen. Er wordt dan een motor gebruikt. Grote bruggen hebben een aparte ruimte van waaruit de brug bediend wordt. De lichten gaan branden om het verkeer te waarschuwen en spoorbomen gaan dicht zodat niemand meer over de brug kan.

Stukje geschiedenis

De eerste bruggen zijn gemaakt van boomstammen. Men wilde vroeger over een grote sloot heen, maar de andere oever was te ver om te springen. Ze bedachten iets slims. Ze zaagden een boomstam om en legde deze over de rivier tot de top de andere oever had bereikt. Zo liep men voorzichtig naar de overkant en hadden ze zonder het zelf te weten een brug gebouwd.

De Romeinen wisten later hoe je een soort cement kon maken. Omdat ze dit cement hadden waren ze in staat om stenen aan elkaar vast te maken. Hierdoor konden ze bruggen bouwen van steen. Later ontdekten ze ook de kracht van een boogbrug. Deze bruggen waren heel stevig en werden vervolgens veel gebouwd. Ze dienden niet alleen als brug voor het verkeer, maar werden ook veel gebruikt om water mee te vervoeren. Je noemt dit aquaducten. Omdat deze bruggen zo stevig waren, kan je ze nog steeds op veel plekken zien staan.

Liggerbrug

De bekendste brug in Nederland zijn de liggerbruggen. Deze zijn te vergelijken met een plank van de ene oever naar de andere. Vaak worden deze bruggen ondersteund door pijlers, grote pilaren onder de brug om het draagvlak te vergroten. Om kleine afstanden te overbruggen, zijn deze bruggen uitermate geschikt.

Liggerbrug met een pijler


Draaibrug

Een draaibrug draait open. De draaibrug klapt dus niet omhoog.

In de meeste bruggen zitten mechanische trillingsdempers die dempen de trillingen.

Boogbrug

De bogen onder de brug zien er niet alleen mooi uit, maar zorgen ervoor dat de draagkracht niet in het midden rust, maar verplaatst wordt naar de zijkanten.

Er zijn verschillende soorten boogbruggen. De "zuivere boogbrug" en de boogbug met een trekband.

"Zuivere" boogbrug: hierbij gaat al het verkeer over de boog heen. Het gewicht wat op de brug komt wordt verdeeld over de gehele brug en naar beneden naar de fundering (grond) gebracht.

Boogbrug met een trekband: hierbij gaat al het verkeer over de band (weg) die onder de boog doorloopt. De weg is eigenlijk de trekband. De band zit met stalen kabels aan de boog vast waardoor de boog het gewicht van de band tilt en, net zoals bij de zuivere boogbrug, het gewicht verdeelt over de hele boog.

Een boogbrug bij Culemborg
Een boogbrug bij Nijmegen
Een boogbrug bij Sleeuwijk
Een boogbrug bij Arnhem


Hangbrug

Een hangbrug is een brug die bestaat uit twee of meer hoge pylonen. Dit zijn een soort hoge stalen of betonnen toren. Aan die hoge pylonen worden twee dikke kabels opgehangen en die worden weer vastgemaakt aan het land. De kabels hebben een beetje de vorm van een ketting. Omdat die kabels zo strak vastgemaakt zijn kunnen ze veel gewicht tillen. Aan deze kabels worden daarom dunnere kabels gehangen die "hangers" worden genoemd. Aan die hangers worden vervolgens stukken weg opgehangen. De weg hangt dus aan de grote dikke kabels met behulp van de hangers. Dat is ook de rede dat deze brug een hangbrug wordt genoemd.

Om zo'n brug te kunnen bouwen moet de grond waar de kabels aan worden vastgemaakt wel sterk genoeg zijn om de kabels te kunnen houden. Om deze rede kan niet overal dit type brug worden gebouwd.

Met deze brug kunnen de grootste overspanningen overbrugt worden. Een overspanning is het gedeelte wat een brug kan tillen tussen de pylonen in of tussen het land en de pylonen in.

Brooklyn bridge. Dit is een hangbrug.

Tuibrug

De mensen wilden nog verder gaan en grote afstanden overbruggen dan ze ooit van te voren hadden gedaan. Er was echter één probleem: de zee werd te diep voor pijlers voor de rondbogen van de boogbruggen. Er werd eerst bedacht om de bogen bovenop de bruggen te zetten, zodat ze geen pijlers hoefden te gebruiken. Dit bleek niet zo stevig te zijn als de mensen gehoopt hadden. Hierna kwam iemand met het idee om kabels tussen het wegdek en de bogen boven de brug te spannen. Dit bleek uiteindelijk uitermate effectief. De bruggen worden tuibruggen genoemd. Later zijn de bogen boven de bruggen vervangen door een enkele pyloon. Deze mast-achtige paal staat onder water op een ondiep stuk, vlakbij de oever. Aan deze pyloon zitten de tuien, de kabels, vast. Aan de andere kant zijn deze kabels verbonden met het wegdek. In het begin dreigde deze pyloon om te vallen, omdat het wegdek te zwaar werd en alle draagkracht te ver naar voren lag. Daarom zijn er kabels aan de achterkant van de pyloon gebonden. Deze kabels lopen door tot onder het wateroppervlak en zitten stevig vast met een groot betonnen blok. Zo is het evenwicht op de grote brug verspreid.

De Erasmusbrug in Rotterdam is een voorbeeld van een tuibrug


Vakwerkbrug

Een vakwerkbrug is een brug die zijn kracht haalt uit de stalen constructie (bouwwerk) aan beide kanten van de weg. Deze stalen constructie bestaat uit allemaal driehoekige delen. Een driehoek is de sterkste vorm omdat hij 'vormvast' is. Dat betekent dat de vorm niet beweegbaar is. Als je erop drukt zal de driehoek heel blijven en ook als je eraan trekt. Dit geldt niet voor bijvoorbeeld een vierkant. Een vierkant kan naar links of naar rechts zakken en is daarom een minder sterke vorm. Wat ze daarom doen om deze vorm sterker te maken is een diagonaal of een kruis erin zetten. Hierdoor krijg je vanzelf weer driehoeken in de vorm.

Onder de vakwerkbrug zitten brugpijlers. Brugpijlers zijn de delen die onder een brug zitten en die de brug als het ware tillen. Het gewicht wat op deze brug komt, wordt via die brugpijlers naar de fundering/grond geleidt.

Vakwerkbrug

Ophaalbrug

Een ophaalbrug klapt open. Het wegdek wordt opgetild. Deze brug maakt gebruik van een groot gewicht aan de andere kant om het wegdek op te tillen.

een ophaalbrug
scharnier om de brug te openen
het gewicht om de brug te openen


Kleine bruggetjes

Over sloten, vijvers vind je vaak kleine bruggetjes die niet open kunnen. Dit zijn vaste bruggen.

bruggetje over een sloot
een duiker die twee sloten met elkaar verbindt
houten bruggetje over een drooggevallen sloot


Stevig, stabiel en een beetje flexibel

Hoe maak je een brug eigenlijk stevig? Een paar voorbeelden zijn pijlers of kabels, zoals bij liggerbruggen of tuibruggen. Maar een brug kan ook anders stevig en stabiel gemaakt worden. Het gaat hier om een ander soort brug: de vakwerkbrug. Men moest vroeger eerst uitvinden welke verbinding het sterkst was om te gebruiken. Ze maakten verbindingen als vierkant- en driehoekconstructies. Zoals je ziet, is de vierhoekconstructie beweegbaar. De driehoekconstructie echter niet. Deze is juist vormvast, wat betekent dat de vorm van de driehoek niet kan veranderen. Daarom wordt de driehoeksconstructie dus vaak gebruikt bij het bouwen van onder andere bruggen.

Vakwerkbrug met driehoekconstructie
Vakwerkbrug met driehoekconstructie


Bekende bijzondere bruggen

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Brug&oldid=581668"