Spaanse Nederlanden: verschil tussen versies
Regel 11: | Regel 11: | ||
===Tachtigjarige Oorlog=== |
===Tachtigjarige Oorlog=== |
||
+ | {{Zie hoofdartikel|Tachtigjarige Oorlog}} |
||
+ | In 1568 was de Nederlandse bevolking het zat en begon in opstand te komen. Met hulp van [[Willem van Oranje]] begon er een oorlog tegen Spanje. De Noordelijke Nederlanden vochten hierin mee, de Zuidelijke Nederlanden wilde bij Spanje blijven. De oorlog zou in totaal tachtig jaar duren. Toch werd er niet elk dag gevochten. De Spanjaarden hadden meer geld dan de Nederlanden. De Spanjaarden namen ook vaak belangrijke Nederlandse steden in. Zo waren [[Naarden]], [[Vlissingen]], [[Den Brielle]], [[Alkmaar]] en [[Leiden]] erg belangrijk in die tijd. Het eerste beleg was dat van [[Alkmaar]], hierbij gaf de bevolking zich over. In Leiden bleven de poorten meer dan een jaar gesloten en werd dus niet ingenomen. De bevolking had hele erge honger en erg waren vele ziekten. In Naarden werd circa de helft van de bevolking vermoord. Vlissingen had een belangrijke haven en werd in de [[Slag bij Vlissingen]] bevrijd. Den Brielle werd ook ingenomen door de Spanjaarden en werd later bevrijd door de watergeuzen. Op 10 juli 1584 werd [[Willem van Oranje]] vermoord in [[Delft]]. Zijn zoon [[Maurits van Oranje]] werd de nieuwe leider van de opstand. Uiteindelijk hadden de Nederlanden en Spanje geen geld meer om oorlog te voeren. Daarom hadden ze afgesproken om twaalf jaar lang niet te vechten. Dit heet het [[Twaalfjarig Bestand]]. In 1621 ging de oorlog weer door. In 1648 was de oorlog afgelopen. Bij het [[Plakkaat van Verlatinghe]] was Filips II niet meer de heerser over de Nederlanden en in de [[Vrede van Münster]] kwam er vrede met Spanje. |
||
===Na de oorlog=== |
===Na de oorlog=== |
Versie van 8 jul 2014 08:41
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
De Spaanse Nederlanden is de naam voor Nederland en België tussen 1556 en 1713. De landen hoorde toen bij Spanje. In 1581 werd Nederland onafhankelijk en werd een zelfstandig land. België bleef tot aan 1713 bij Spanje horen en werd daarna van Oostenrijk.
Geschiedenis
Het begin
In 1384 ontstonden de Bourgondische Nederlanden. Dit was de voorloper van de Spaanse Nederlanden. Toen de laatste Bourgondische hertogin stierf, werden de Nederlanden de Habsburgse Nederlanden genoemd. Het koningshuis Habsburg regeerde toen over de Nederlanden. Uiteindelijk werden de Nederlanden gegeven aan Keizer Karel V. Hij zou later de koning van Spanje worden. In 1555 kreeg Filips II de Habsburgse Nederlanden van zijn vader Karel V. Een jaar later zou hij koning worden van Spanje. Aangezien Filips II koning was van Spanje werden de Habsburgse Nederlanden ook omgedoopt naar Spaanse Nederlanden. Toch waren de Nederlanden niet een soort kolonie van Spanje. De Nederlanden en Spanje hadden alleen één vorst. Tussen 1556 en 1566 was het vrij rustig in de Spaanse Nederlanden. Aangezien dat Filips II katholiek was, liet hij alle protestanten oppakken en veroordelen. Filips II woonde in Spanje en wilde dat alles goed ging in de Nederlanden. Daarom kwam er een landvoogd, Margaretha van Parma. Nederland werd toen bestuurd door een aantal edelen. De edelen vertegenwoordigden elk een gewest. Een van die edelen was Willem van Oranje. De edelen zagen dat het niet goed in Nederland ging, omdat Filips II een land wilde waar alleen katholieken in woonde. Dit was vooral een probleem in het noorden van de Nederlanden, waar veel mensen protestants waren. Margaretha van Parma en alle edelen zonden een brief naar Filips II, dit heette het Smeekschrift der Edelen. Filips II ging niet akkoord.
De bevolking van de Nederlanden was het zat en begon een opstand. Op 10 augustus 1566 was de Beeldenstorm. Bij de Beeldenstorm werden veel schilderen, beelden, boeken en ramen in kerken en kathedralen verwoest. De Beelden storm begon in Steenvoorde in Vlaanderen, maar breidde zich snel uit naar andere delen van de Nederlanden. Zoals Holland, Zeeland, Friesland, Brussel en nog veel meer gebieden. Filips II liet de mensen die betrokken waren bij de Beeldenstorm hard aanpakken. De Beeldenstorm en een aantal gebeurtenissen daarna zorgde ervoor dat er een grote opstand kwam.
Tachtigjarige Oorlog
In 1568 was de Nederlandse bevolking het zat en begon in opstand te komen. Met hulp van Willem van Oranje begon er een oorlog tegen Spanje. De Noordelijke Nederlanden vochten hierin mee, de Zuidelijke Nederlanden wilde bij Spanje blijven. De oorlog zou in totaal tachtig jaar duren. Toch werd er niet elk dag gevochten. De Spanjaarden hadden meer geld dan de Nederlanden. De Spanjaarden namen ook vaak belangrijke Nederlandse steden in. Zo waren Naarden, Vlissingen, Den Brielle, Alkmaar en Leiden erg belangrijk in die tijd. Het eerste beleg was dat van Alkmaar, hierbij gaf de bevolking zich over. In Leiden bleven de poorten meer dan een jaar gesloten en werd dus niet ingenomen. De bevolking had hele erge honger en erg waren vele ziekten. In Naarden werd circa de helft van de bevolking vermoord. Vlissingen had een belangrijke haven en werd in de Slag bij Vlissingen bevrijd. Den Brielle werd ook ingenomen door de Spanjaarden en werd later bevrijd door de watergeuzen. Op 10 juli 1584 werd Willem van Oranje vermoord in Delft. Zijn zoon Maurits van Oranje werd de nieuwe leider van de opstand. Uiteindelijk hadden de Nederlanden en Spanje geen geld meer om oorlog te voeren. Daarom hadden ze afgesproken om twaalf jaar lang niet te vechten. Dit heet het Twaalfjarig Bestand. In 1621 ging de oorlog weer door. In 1648 was de oorlog afgelopen. Bij het Plakkaat van Verlatinghe was Filips II niet meer de heerser over de Nederlanden en in de Vrede van Münster kwam er vrede met Spanje.