Voorzetsel: verschil tussen versies
(opgeschoond) |
|||
(2 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | Een '''voorzetsel''' is een woord dat samen met een ander woord (meestal) plaats en richting bepaalt, zoals< |
+ | Een '''voorzetsel''' is een woord dat samen met een ander woord (meestal) plaats en richting bepaalt, zoals<br /> |
− | Het haantje ''op'' de toren.< |
+ | Het haantje ''op'' de toren.<br /> |
− | De Slag ''bij'' Waterloo.< |
+ | De Slag ''bij'' Waterloo.<br /> |
− | Ga ''naar'' buiten.< |
+ | Ga ''naar'' buiten.<br /> |
Kom ''op'' tijd. |
Kom ''op'' tijd. |
||
Regel 13: | Regel 13: | ||
Zoals 'het vogelkooitje': |
Zoals 'het vogelkooitje': |
||
− | De vogel zit ''in'' het kooitje.< |
+ | De vogel zit ''in'' het kooitje.<br /> |
− | De vogel zit ''naast'' het kooitje.< |
+ | De vogel zit ''naast'' het kooitje.<br /> |
De vogel zit ''achter'' het kooitje. |
De vogel zit ''achter'' het kooitje. |
||
Of 'het feest': |
Of 'het feest': |
||
− | ''Tijdens'' het feest.< |
+ | ''Tijdens'' het feest.<br /> |
− | ''na'' het feest.< |
+ | ''na'' het feest.<br /> |
− | ''Voor'' het feest.< |
+ | ''Voor'' het feest.<br /> |
Vroeger "regeerden" voorzetsels de 3de [[naamval]], wat nog blijkt uit oude uitdrukkingen als binnensmonds, tussentijds, bij monde van, ter stede, met dien verstande. |
Vroeger "regeerden" voorzetsels de 3de [[naamval]], wat nog blijkt uit oude uitdrukkingen als binnensmonds, tussentijds, bij monde van, ter stede, met dien verstande. |
||
+ | |||
{{Navigatie woordsoorten}} |
{{Navigatie woordsoorten}} |
||
+ | |||
+ | |||
[[Categorie:Grammatica]] |
[[Categorie:Grammatica]] |
Huidige versie van 23 jul 2021 om 14:34
Een voorzetsel is een woord dat samen met een ander woord (meestal) plaats en richting bepaalt, zoals
Het haantje op de toren.
De Slag bij Waterloo.
Ga naar buiten.
Kom op tijd.
Een voorzetsel wordt niet verbogen (verandert niet van vorm).
De meeste voorzetsels doelen op een plaats, zoals bij, door, in, uit, aan, achter, tegen, voor, onder. Minder gemakkelijk is dit te zien bij voorzetsels als zonder, met, van.
Er zijn verschillende ezelsbruggetjes om voorzetsels te leren.
Zoals 'het vogelkooitje':
De vogel zit in het kooitje.
De vogel zit naast het kooitje.
De vogel zit achter het kooitje.
Of 'het feest':
Tijdens het feest.
na het feest.
Voor het feest.
Vroeger "regeerden" voorzetsels de 3de naamval, wat nog blijkt uit oude uitdrukkingen als binnensmonds, tussentijds, bij monde van, ter stede, met dien verstande.
Woordsoorten | |||
---|---|---|---|
achterzetsel · bijvoeglijk naamwoord · bijwoord · eigennaam · ideofoon · lidwoord · telwoord (hoofdtelwoord · rangtelwoord · telbijwoord) · tussenwerpsel · voegwoord · voornaamwoord (aanwijzend · betrekkelijk · bezittelijk · onbepaald · persoonlijk · temporeel · uitroepend · vragend · wederkerend · wederkerig) · voorzetsel · werkwoord · zelfstandig naamwoord |