West-Fries
Het West-Fries (in het West-Fries zelf: Westfriesch of Westfries, en in het Fries: Westfrysk) is een verzamelnaam voor een aantal Nederlandse dialecten die gesproken worden in de kop van de provincie Noord-Holland. Die regio heet West-Friesland.
Ook de polders ten noorden het oude West-Friesland (Wieringermeer, Anna Paulowna), de kuststrook van Den Helder tot Castricum (onder andere Egmond, Zijpe), het voormalige eiland Wieringen en het eiland Texel worden tot het gebied waar West-Fries gesproken gerekend.
De West-Friese dialecten bevatten zogeheten Ingveoonse (= Noordzee-germaanse talen) invloeden en ze behoren tot de Friso-Frankische dialecten, net als het Bildts en het Stadsfries. Het zit zeg maar tussen het Fries en het Nederfrankisch in.
In de tijd van de Romeinen werd er al een soort Fries (Oud-Fries) gesproken vanaf wat nu Zeeland, Zuid-Holland, Noord-Holland en Friesland is.
Het West-Fries is sterk verwant aan het Zaans en het Waterlands (en daarmee ook met het Volendams). Het kan zoals gezegd in verband worden gebracht met de West-Germaanse kusttalen; dus met het Zeeuws, West-Vlaams en zelfs het Engels.
Hoewel het in de genoemde gebieden als één dialect genoemd wordt, zijn er tussen de gebieden onderling toch allerlei verschillen. Ze hebben bijvoorbeeld eigen woorden en uitdrukkingen. Er zijn ook enkele verwantschappen met het Noord-Duits en het Deens. Met enige moeite kan een Nederlands sprekend iemand het West-Fries verstaan. Het zijn vooral klankverschillen. Waar je in het Nederlands 'sch' hebt, gebruikt de West-Fries 'sk'. 'School' wordt dan 'skool'. Dit doet inderdaad sterk aan het Engels denken. De oo-klank, wordt een eu-klank. 'Zoon' wordt 'zeun' en 'zomer' wordt 'zeumer'. De ij-klank wordt een ai- of ie-klank. 'Tijd' wordt 'taid' of 'tied'