Westlander
Een westlander is een verzamelnaam voor een aantal Westlandse schuiten. Ze kwamen veel voor in wat nu het kassengebied van Westland is en vond zijn oorsprong in Delft waar in 1632 een trekschuit werd gebouwd. De romp van de westlander komt nog steeds overeen met deze trekschuit. Zowel de boeg als de achtersteven lopen schuin op vanaf het water en ze hebben weinig diepgang om door de ondiepe westlandse sloten en vaarten te kunnen varen. De breedte was aangepast op de te passeren sluizen.
Tot de komst van de stoomtrein en stoomtram, was de westlander het vervoersmiddel voor mensen en goederen. Toen in 1927 door de Rijksoverheid de verbetering van lokale wegen ter hand werd genomen, was het gedaan met het transport over het water.
Er zijn drie typen:
- Westlander; dit type heeft een draagvermogen van dertien ton of meer. De westlander is uitgerust met een grootzeil met gebogen gaffel en een fok voor de mast. De westlander heeft twee zijzwaarden en een gesloten luikendek. Er werd groenten en fruit mee vervoert en droge goederen als turf, zand, hout en ontelbaar veel bakstenen voor de fruitmuren en huizen in het Westland.
- Westlandse praam; dit is de lokale werkschuit met een draagvermogen van dertien ton of minder. Ze lijken sterk op een vlet.
- Het Westlandse praampje; de keinere versie met een laadvermogen tot 8 ton. Ze vervoerden veel groente en fruit naar de veiling. Na 1900 werden deze vervangen door het groenten schuitje.
Aanvankelijk waren de westlanders van hout, maar later ook van staal. Vanaf 1914 mochten ze ook op een motor door het Delftland varen en verdwijnen de masten en zeilen. Velen werden ook vervangen door een scherpsteven.
Uiteindelijk werden veel westlanders omgebouwd tot woonboot. Tegenwoordig zijn er een aantal gerestaureerd, ook om wedstrijden mee te varen. Ook worden ze jaarlijks versierd voor een groente corso.