Toetsweek
Een toetsweek is een week op de middelbare school waarin (bijna) alle schoolvakken hun proefwerken houden. Vaak zijn dit toetsen die zwaarder meetellen dan tussentijdse toetsen. Een toetsweek vindt altijd plaats als afsluiting van een "periode". Eén schooljaar bestaat normaal gesproken uit vier periodes.
Toetsing
Iedere school heeft zijn eigen "programma van toetsing en overhoring" vastgesteld. Hierin staan alle toetsen van het jaar vermeldt met hun inhoud (bijvoorbeeld de specifieke hoofdstukken) en het wegingspercentage. Een wegingspercentage is hoeveel keer een toets meetelt voor het eindcijfer. Dit eindcijfer is belangrijk om over te gaan na het volgende jaar (of te slagen in de bovenbouw).
De schoolvakken hebben iedere periode meestal meerdere toetsen gepland staan. Deze toetsen kunnen tijdens de periode plaatsvinden (zoals een schriftelijke overhoring, SO). Dit wordt een tussentijdse toets genoemd. Deze tussentijdse toetsen tellen vaak voor een klein percentage mee en zijn een voorbereiding op het proefwerk. De proefwerken vinden meestal tijdens de toetsweek plaats. (Bijna) alle schoolvakken geven dan een proefwerk. Soms kan een vak een vervangende toets geven. Zo plannen de taalvakken een luistertoets of mondeling tijdens de toetsweek.
Tussentijdse toetsen worden meestal gepland tijdens de lesweek met hun normale lesrooster. Dit wordt doorgaans in overleg tussen de klas en leraar gedaan. Tijdens de toetsweek is er echter een speciaal rooster, wat door de school wordt gemaakt. Iedere dag heb je dan één of twee toetsen. Buiten deze toetsen zijn er geen lessen ingepland. Je bent dus de rest van de dag vrij. Dit klinkt misschien leuk, maar deze tijd is bedoeld om te leren voor je andere proefwerken.
Vaak moeten leerlingen mondelingen zelf inplannen. De leraar geeft hiervoor een lijst met mogelijke momenten, waarbij de leerling het beste moment kiest. Mondelingen worden meestal slechts één keer per schooljaar gehouden.
Doel
De toetsweek is min of meer een voorbereiding op de eindexamens. De eindexamens worden aan het einde van het laatste schooljaar afgelegd. Deze toetsen kun je zien als lange proefwerken, waarbij je vrijwel alle stof van de middelbare schoolperiode gevraagd kan worden. Hierdoor zijn de eindexamens ook zwaar. Om leerlingen voor te bereiden om om te gaan met zo'n periode is de toetsweek bedacht.
Daarnaast is de toetsweek ook nodig om een periode af te sluiten. Aan het einde van een periode hebben vrijwel alle vakken één of twee hoofdstukken/onderwerpen behandeld. Voordat zij beginnen aan een nieuw hoofdstuk, moeten zij eerst de oude hoofdstukken afsluiten. De toetsweek kan je dus zien als een grens tussen twee periodes. Het oude wordt afgesloten, zodat men een week later met het nieuwe kan beginnen.
Hoe ziet de toetsweek eruit?
De toetsweek ziet er op iedere school anders uit. Ook ziet iedere toetsweek er iets anders uit. Voor de meeste leerlingen is de toetsweek een periode waarin ze hard moeten leren. Hierdoor is het belangrijk om goed voorbereid te zijn. Zo kun je bijvoorbeeld van tevoren samenvattingen maken of de stof doornemen (zodat de informatie vers blijft en je vragen kunt stellen aan je leraar).
Vaak heb je één of twee toetsen per dag. De meeste scholen hanteren een maximum van twee per dag, aangezien het anders te veel wordt. Het kan overigens ook voorkomen dat je één dag geen toetsen hebt. Na de laatste toets kiezen de meeste leerlingen ervoor om een weekend te rusten. Op deze manier hebben ze weer genoeg energie voor de nieuwe periode.
Nadat de toetsen gemaakt zijn worden deze nagekeken door de leraar. Deze plaatst een cijfer online, waardoor een tussentijds gemiddelde berekend kan worden. Dit cijfer geeft aan hoe je ervoor staat. Ook verschijnt dit cijfer op een tussentijds rapport. Leerlingen met een slecht gemiddelde hebben vaak een gesprek met hun leraar of mentor. Op de meeste scholen hebben leerlingen in de bovenbouw een herkansing voor één vak. Toch komen niet alle toetsen hiervoor altijd in aanmerking. In sommige gevallen kunnen leerlingen ook meerdere herkansingen krijgen (bijvoorbeeld in geval van ziekte).
Altijd een week?
Een toetsweek is op de meeste scholen doorgaans één week van maandag tot vrijdag. Toch kan een toetsweek ook verspreid zijn over twee weken (bijvoorbeeld van woensdag tot dinsdag), waarbij er een weekend tussen zit. Dit hangt vaak ervan af hoe feestdagen vallen.
Sommige proefwerken worden soms ook naar een eerder of later moment verschoven. Dit kan komen door lange afwezigheid van een leraar (bijvoorbeeld door een burn-out) of doordat men de leerlingen het minder lastig wil maken. Een presentatie kan bijvoorbeeld in de laatste week voor de toetsweek gehouden worden.
Overigens worden sommige toetsen (zoals de luistertoetsen in het laatste jaar) centraal afgenomen. Dit betekent dat alle scholen de toets op hetzelfde moment moeten afnemen. Vaak is dit moment buiten een toetsweek.
Vervolgstudies
Op het mbo, de hogeschool en de universiteit bestaan er ook toetsweken. De exacte invulling hiervan verschilt per school en opleiding. Hogescholen en mbo's hebben vaak vier toetsweken in één jaar. Dit betekent dat er iedere acht weken een toetsweek is. Op de universiteit bestaat een studiejaar uit twee semesters (dus twee periodes van een half jaar). Aan het einde van een semester is er dan een lange examenperiode. Deze examenperiode duurt meestal enkele weken, waarin de examens verspreidt zijn.
Het inplannen van de examen gebeurd meestal centraal en het rooster wordt vaak enkele weken van tevoren bekendgemaakt. Studenten hebben in sommige gevallen de opties om examens te verplaatsen (bijvoorbeeld in geval van ziekte) of examenspreiding aan te vragen (bijvoorbeeld als veel examens op hetzelfde moment plaatsvinden). De regels hiervoor verschillen per school.