Maalsteen
Een maalsteen of molensteen is een onderdeel van een windmolen om graan te malen.
Oorsprong
Zo'n 49.000 jaar geleden gebruikte de vroege mens al een platte wat holle steen en een kogelronde steen om het graan te malen. Dit kan een wrijfsteen of een napjessteen zijn.
Nog weer later vond men een manier om met twee platte stenen schijven over elkaar te laten draaien, de kweern. Op de bovenste steen zat een handvat die met de hand werd rondgedraaid. Soms vind je dit nog bij nomadenvolken.
Uit dit type is de later vanaf de middeleeuwen de dubbele molensteen of maalkoppel ontstaan met groeven. De bovenste steen (de loper) wordt rondgedraaid via tandwielen die op hun beurt worden rondgedraaid door wieken (windkracht, windmolen) of door een waterrat (waterkracht, watermolen). De onderste steen (de ligger) blijft stil liggen. De groeven worden gekapt met een bilhamer. De gebogen groeven zorgen ervoor dat het gemalen graan naar buiten wordt gedreven. Het graan zelf wordt tussen de stenen gebracht via het zogeheten kropgat in het midden. Daar zit ook een uitsparing waar de steenas min of meer vast zit en de steen mee ronddraait.
molenstenen