Lelieschouw
Lelieschouw | |
Lelieschouw GD Jern Jente | |
Boot informatie | |
Lengte | 6,00 m |
Breedte | 1,80 m (2,30 m inclusief zijzwaarden) |
Diepgang | 0,35 (zonder zijzwaarden) |
Massa | ca. 800 kg |
Materiaal_romp | hout, staal |
Materiaal_rondhout | hout (7,30 m) |
Tuigage | tjottertuig |
Zeiloppervlakte | 16 m² |
Organisatie | Scouting Nederland |
Jaar | 1949 |
Fleur de Lis | |
Portaal Binnen- en zeevaart |
De Lelieschouw is een directe afgeleide van de Friese schouw. De zeeverkenners kozen in 1949 voor de Friese schouw als zijnde een traditionele eenheidsboot.
Het idee voor een eenheidsboot voor de zeeverkenners kwam van schipper A.G. Duijff van de Haagsche Waterscouts (H.W.S.).
De eerste toen Lelieschouwen werden gebouwd van hout, maar deze waren kwetsbaar en duur in onderhoud. Men stapte over op stalen Lelieschouwen. Van de originele houten Lelieschouwen zouden de nummers 2, de 6 en de 8 nog bewaard zijn gebleven. De 6 is gebouwd bij Nicolaas de Vries in Sneek en is een varend erfgoed.
De boot biedt plaats aan acht jongens (een bak), waarbij tijdens een het zeilen iedereen zoveel mogelijk aan het werk is. Boot en tuigage zijn zowel geschikt voor de jongste zeeverkenners van 12 jaar als de voor de “bootsman” van de bak (tussen 15 en 17 jaar).
De Lelieschouw heeft een knikspant met vlakke bodem en verschilt weinig met de originele Friese zesmeter schouwen. De tuigage bestaat uit een tjottertuig, met fok en grootzeil – met kromme gaffel (bovenin) en een zogeheten losse broek (onderste hoek van het grootzeil vlak bij de mast) – van totaal 16 vierkante meter. De mastkoker (de houder van de mast) is tegenwoordig ook van staal. Ook het aanhangen van een buitenboordmoter is mogelijk.