Kakariki
| Kakariki Cyanoramphus | |||
|---|---|---|---|
|
| |||
| Leefgebied | Nieuw-Zeeland | ||
| Leefomgeving | Bomen en hoge struiken | ||
| Behoort tot de | Papegaaien van de Oude Wereld (Psittaculidae) | ||
| |||
De kakariki is een parkiet uit Nieuw-Zeeland. Eigenlijk is het een verzamelnaam voor 3 soorten parkieten. Daarom is de kakariki eigenlijk geen soort, maar een geslacht. De naam kakariki komt uit het Maori en betekent ''kleine groene papegaai.''
De drie parkietensoorten die onder dit geslacht vallen zijn:
- Roodvoorhoofdkakariki (Cyanoramphus novaezelandiae)
- Geelvoorhoofdkakariki (Cyanoramphus auriceps)
- Bruine kakariki (Cyanoramphus ulietanus)
- Oranjevoorhoofdkakariki (Cyanoramphus malherbi)
- Norfolkkakariki (Cyanoramphus cookii)
- Nieuw-Caledonische kakariki (Cyanoramphus saisseti)
- Forbes parkiet of Chathamkakariki (Cyanoramphus forbesi)
Verspreiding
De kakariki komt endemisch (alleen maar) voor op Nieuw-Zeeland. Dat is dus zijn habitat. Doordat zijn habitat nogal klein is, is de kakariki in het wild erg kwetsbaar voor uitsterven.
De kakariki heeft erg veel last van dat zijn leefgebied (bos en hoge struiken) steeds kleiner wordt. Ook het kapot maken van hun nesten door ingevoerde zoogdieren (die door de mens naar het gebied gebracht zijn) zoals ratten zorgt ervoor dat de kakariki nog maar weinig voorkomt.
Op de grootste eilanden van Nieuw-Zeeland (het Noorder- en Zuidereiland) leven niet veel kakariki's meer. Op de kleinere eilanden waar mensen minder invloed op de natuur hebben gehad leven er nog meer.
Avicultuur
In de avicultuur (het houden en kweken/fokken van vogels) fokken deze vogels erg goed. Zelfs zo goed, dat een paar gefokte kakariki's uitgezet zijn op een aantal roofdiervrije eilanden (zoals Kapiti).
Broeden
De kakariki broedt het hele jaar door en krijgt jaarlijks vier legsels. Een legsel bestaat meestal uit vijf tot negen eieren, maar kan oplopen tot wel twaalf! De tijd dat de vogels broeden is zo'n 18 tot 21 dagen. Alleen het vrouwtje broedt.