Honingbeer
| Honingbeer Helarctos malayanus | |||
|---|---|---|---|
|
| |||
| Kwetsbaar | |||
| Leefgebied | Zuidoost-Azië | ||
| Leefomgeving | Tropisch regenwoud | ||
| Behoort tot de | Beren (Ursidae) | ||
|
| |||
| |||
De honingbeer of Maleise beer is een beer die in Zuidoost-Azië leeft. De honingbeer komt in een gebied voor, van India tot Maleisië. Ook op de Indonesische eilanden Borneo en Sumatra komt hij voor. Honingberen leven vooral in het tropisch regenwoud van deze landen. Door ontbossing is het leefgebied van de honingbeer steeds kleiner geworden. Tegenwoordig zijn er dan ook veel minder honingberen dan vroeger.
De honingbeer heeft een zwarte vacht. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de bruine beer, zijn de haartjes kort. De honingbeer ziet er daardoor best "glad" uit. De snuit van de beer is lichter en heeft een bruine of gele kleur. Op de borst heeft de honingbeer een gele of bruine vlek in de vorm van een halvemaan. Doordat de de honingbeer op vier poten loopt is die vlek meestal niet goed te zien. In het Engels heet de honingbeer de sun bear (zonbeer), omdat ze vonden dat die vlek op de zon leek. Honingberen worden maximaal 150 cm lang en 60 kilo zwaar. Dat is erg licht, zeker als je het vergelijkt met de ijsbeer, die wel 800 kilo kan wegen!
De honingbeer eet vooral vruchten van planten, insectenlarven, eieren, jonge planten en kleine dieren. Ook lust de beer natuurlijk honing, waar hij zijn naam aan te danken heeft. Honingberen kunnen door hun lage gewicht goed klimmen en doen dat ook vaak. Met hun klauwen hebben ze veel grip, waardoor ze niet snel wegglijden. 's Nachts zoeken ze meestal eten, overdag zijn ze aan het rusten.
Fotogalerij
Een zittende honingbeer. De vlek op zijn borst is goed te zien.
Honingberen kunnen ook op twee benen staan.
