Histogram
Een histogram is een diagram waarin met kolommen wordt weergegeven hoe vaak (met een moeilijk woord frequent) in een bepaalde groep iets voorkomt. Op de horizontale lijn (heet officieel as) zie je de groepen die zijn gemeten. Op de verticale as zie je de frequentie van die groepen.
In het histogram hiernaast zie je dat voor een klas de lengte is gemeten. Op de horizontale as zie je de groepjes staan van lengtes in millimeters staan. Op de verticale as staan de frequenties: hoe vaak komt zo'n groepje lengtes in de klas precies voor?
In deze histogram zitten in alle groepjes evenveel lengtes. Daarom zijn de blokken even breed. In histogrammen zie je soms dat de breedte van de kolommen verschilt. Dat komt omdat de groepjes dan van elkaar verschillen.
De frequentie uitrekenen
De hoogte van de blokken reken je uit door de hoeveelheid lengtes die horen bij een bepaalde groep te delen door de breedte van die groep (heet officieel de klassenbreedte). In het histogram hiernaast zie je bijvoorbeeld dat bij de lengtes 110 tot 115 de frequentie 0,4 staat. In de tabel hieronder zie je hoe dat is uitgerekend. De klassenbreedte van 110-115 is 5 (115-110=5). Er zijn 2 kinderen in de klas die een lengte hebben tussen de 110 en 115 millimeter. De frequentiedichtheid (dat getal staat op de verticale as) is 2 gedeeld door 5. En dat is 0,4. Op dezelfde manier kun je ook de frequentiedichtheid uitrekenen voor de andere groepjes.
| klassen | frequentie | klassenbreedte | frequentiedichtheid |
|---|---|---|---|
| 110-115 | 2 | 5 | 0,4 |
| 115-120 | 3 | 5 | 0,6 |
| 120-125 | 4 | 5 | 0,8 |
| 125-130 | 5 | 5 | 1 |
| 130-135 | 4 | 5 | 0,8 |
| 135-140 | 3 | 5 | 0,6 |
| 140-145 | 2 | 5 | 0,4 |