Gebroeders Wright
Wilbur Wright (Millville, 16 april 1867 - Dayton (Ohio), 30 mei 1912) en Orville Wright (Dayton, 19 augustus 1871 - Dayton, 30 januari 1948) waren twee Amerikaanse pioniers in de luchtvaartgeschiedenis.
Eerst waren ze fietsenmakers van beroep in Dayton. Ze werden geïnspireerd door een artikel over experimenten van Otto Liliental, en verdiepten zich in de problemen van het vliegen. Hun eerste experimenten waren met proto-zweeftoestellen in Kitty Hawk, North Carolina. Hier zouden ze later hun historische successen boeken. In 1901-1902 ontwierpen ze een eerste windtunnel om hun toestellen uit te testen. Ze bouwden een grote theoretische kennis op.
De motor die ze moesten ontwerpen voor hun te ontwerpen vliegtuig werd ontworpen door een vriend, Charles Taylor.
Omdat Samuel Pierpont Langley in 1903 aankondigde een vlucht te wagen, moesten de broers zich haasten. Op 14 december ondernamen ze een eerste poging, maar deze mislukte.
Op 17 december 1903 vloog hun eerste succesvolle vliegtuig de Flyer - later Flyer 1 - een eerste vlucht van 12 seconden over de afstand van 37 meter. Orville was de piloot. Later op de dag werd het zelfs nog verbeterd: 59 seconden over 260 meter.
De broers waren ook de eersten die vliegtuig-besturingen uitvonden die gemotoriseerde vluchten met vaste vleugels mogelijk maakten. Ze hadden al talloze proeven gedaan met zweefmodellen en het vliegen van vogels bestudeerd. Ze hadden gezien hoe vogels hun lijf verdraaide om zo een bocht te kunnen maken. Het had iets weg van de beweging die je op een fiets maakt om in evenwicht te blijven als je de bocht om gaat.
Ze kwamen op het idee toen Wilbur in hun fietsenwinkel werkeloos een lange binnenbanddoos verdraaide. Als ze iets dergelijks met de vleugels konden doen, zou dat de sleutel tot het maken van een bocht in de lucht kunnen zijn.
Ze namen het basisontwerp over van de Chanute-Herring tweedekker deltavlieger en hadden zweefvluchten van hun voorgangers bestudeerd. Ook brachten ze een bolling (welving) aan in de vleugel die Otto Lilienthal ook had toegepast om meer opwaartse kracht (de zogeheten lift) te krijgen.
De eerste zweefmodellen werden vanaf de grond getest met touwen, alsof het een vlieger was. Met de touwen konden ze ook het frame van de vleugel iets krom trekken.
In hun zelfgemaakte windtunnel probeerden ze zo'n 200 kleine modellen uit en testen daarmee hun berekeningen. Uiteindelijk wisten ze een vleugelmodel te maken met een veel betere lift. Met deze opgedane ervarimg bouwden ze de werkelijke vleugel. Ook bedachten ze een soort roer zoals een boot dat ook heeft. Het verschil bleek echter te zijn dat het beweegbare roer een corrigerende werking had in de lucht, dus niet zozeer voor het sturen zelf.
Ze maakten meer dan 1000 bemande zweefvluchten, liggend in het zweeftoestel.
De langste duur was tot 26 seconden en de langste afstand meer dan 180 meter.
Stuwkracht
Omdat het geheel een zekere luchtweerstand geeft, wilden ze de zwever van een stuwkracht voorzien in de vorm van een motor met propeller. Omdat ze niet echt een voorbeeld hadden (behalve een propeller voor in het water) dachten ze aan een vleugelvorm, maar dan op z'n kant. De afgewerkte bladen waren iets meer dan twee meter lang, gemaakt van drie lagen gelijmd sparrenhout. Hun werkplaatsmonteur, Charlie Taylor, bouwde in nauw overleg met de broers in slechts zes weken een lichtgewicht motor.
De eerste vlucht was een succes. Er volgden nog 2 verbeterde toestellen in 1904-1905 waarvan de laatste uiteindelijk een lange vlucht maakte en een volledige cirkel vloog. Wilbur maakte de laatste en langste vlucht, 39,4 km in 38 minuten en 3 seconden.
In 1912 overleed Wilbur aan tyfus.