Dijk

Uit Wikikids
(Doorverwezen vanaf Dijk (waterkering))
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Beschadiging door erosie van de dijk

Een dijk of waterwering is een door de mensen opgeworpen verhoging langs rivieren (rivierdijk, zomerdijk en winterdijk) of de kust (zeedijk of zeewering) om het water tegen te houden. Een dijk is gemaakt van steen, modder of zand. Deze ophoging of constructie is gemaakt om een land of een gedeelte ervan tegen water te beschermen. De Nederlanders staan erom bekend goed dijken te kunnen bouwen, en worden daardoor vaak ingehuurd door andere landen om dijken te bouwen.

Geschiedenis

In 5000 v. Chr. werden er al zeedijken of zeeweringen gebouwd in wat nu Israël heet. Kleinere dijken om een waterbeheersing en het land te kunnen irrigeren werd in Sumer uitgevonden.

Dijken werden al veel in de middeleeuwen gemaakt. Vaak waren die nog van houten palen. In het Nederland van 1730 veroorzaakte de paalworm een enorme watersnoodramp doordat deze de houten palendijken kapot hadden gevreten.

In de 14e (Sint–Elizabethsvloed in 1421), maar ook in de 18e en 19e eeuw waren er elke winter dijkdoorbraken. In die tijd bevroren de rivieren. Doordat de ijsschotsen zich opstapelde kwam er een ijsberg. Die ijsberg zorgde ervoor dat de dijk doorbrak. Ook storm is een zware beproeving voor een dijk.

Dijkaanleg en onderhoud

Nu is het veel beter geregeld. De dijken beschermen ons steeds beter tegen het water van de rivier en de zee. De Deltawerken en de aanleg van de afsluitdijk zijn daar een goed voorbeeld van.

Nederland ligt deels onder de zeewaterspiegel. Gelukkig is Nederland goed beschermd met goede dijken en afwateringssystemen, die onderhouden worden door Rijkswaterstaat en de waterschappen (soms nog hoogheemraadschap genoemd).

Nu vriezen de rivieren niet meer dicht. Door smeltwater en veel regenval stijgt het water in de rivieren. De rivieren stromen van de bergen in andere landen door ons land naar de zee. Bij grote regen- of sneeuwval in het zogeheten achter-gebied kunnen er toch problemen ontstaan. Zo overstroomde de Geul in Limburg in 2021 door langdurige regenval net over de grens in Duitsland en België. Ook kades kwamen hierbij onder water te staan.

De dijken worden steeds verbeterd. De laatste echte dreiging tot doorbraak is in 1995 geweest. De dijk bestaat uit zand daaroverheen een laag klei en dan een laag gras. Oudere dijken kunnen ook uit veen bestaan. Deze drogen makkelijker uit en kunnen dan scheuren. Dit gebeurde op 26 augustus 2003 bij het plaatsje Wilnis, waardoor een deel van het dorp onder liep. Door het gras blijft de grond op zijn plak als een soort deken. Door de wortels van het gras is het stevig. Bij de grotere dijken wordt er ook gewerkt met basaltblokken die het dijklichaam moeten beschermen tegen uitschuring van water en ijs. Deze speciale stenen maken de dijken nog steviger.

De dijken worden vaak gecontroleerd, want er worden namelijk gaatjes in de dijken gemaakt. Bijvoorbeeld door muskusratten. Zij gaan via het water de dijk in. Zo ver dat ze aan de andere kant van de dijk er weer uit gaan. Door de gangen in de dijk kan het water ook heen komen. Dan moet de dijk weer gerepareerd worden. Ook bij heel droog weer moeten de dijken (vooral de veendijken) gecontroleerd worden op scheuren. Deze dijkbewaking is dus nodig bij bepaalde dreigende weersomstandigheden.

Enkele bekende dijken zijn de dijken bij zeeland, die zijn gemaakt naar aanleiding van de Watersnoodramp 1953. Ook is de afsluitdijk die tussen Friesland en Noord-Holland ligt zeer bekend en belangrijk. Ook is er tegenwoordig veel aandacht voor de rivierdijken. Met het project 'geef de rivier de ruimte' wordt er ook gelet op bebouwing en andere obstakels in de uiterwaarden van de rivier (het gedeelte tussen de winterdijk en de zomerdijk wat 's winters onder water komt te staan).

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Dijk&oldid=824887"