De Vliegende Fakir

Uit Wikikids
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De Vliegende Fakir
De Tuinman en de Fakir
Fakir (39631379104).jpg
De Vliegende Fakir vanaf de voorkant
Locatie Efteling, Vlag van Nederland Nederland
Themagebied Marerijk
Attractie Sprookjesbos
Opening 24 juli 1958
Sluiting
Schrijver(s) Bob Venmans
Truus Sparla
Martine Bijl
Ontwerper(s) Anton Pieck
Peter Reijnders
Muziek Sanai Gath
Verteller Geen
Vorig Sprookjesboom
Volgend De Chinese Nachtegaal
Website(s)
www.efteling.com
Portaal Portaalicoon Attractieparken

De Vliegende Fakir of de Tuinman en de Fakir is een sprookje bedacht door de Efteling zelf. De Vliegende Fakir is uitgebeeld in het Sprookjesbos als 29e sprookje volgens de voorstelling. De Vliegende Fakir ligt tussen de Sprookjesboom en de Chinese Nachtegaal. Hiermee is de Vliegende Fakir het een na laatste sprookje. Het sprookje bestaat sinds 1958. Oorspronkelijk werd de Vliegende Fakir als zelfstandige attractie gezien in de Siertuin, maar sinds 1998 is het onderdeel van het Sprookjesbos.

In de jaren 1970 schreef Martine Bijl een verhaal bij de attractie; de Tuinman en de Fakir. Dit verhaal wordt echter niet bij de attractie. De uitbeelding bestaat uit twee torens met een twee tulpenvelden. De fakir "vliegt" steeds van de ene naar de andere toren. Bij iedere toren blaast de fakir een lied op zijn fluit, waarna het tulpenveld aan die kant omhoog gaat. Hierna vliegt de fakir naar de andere toren, waarna de fakir hier hetzelfde doet.

Geschiedenis

Ontwerp en bouw

Een overzicht van het sprookje

Het idee voor de Vliegende Fakir ontstond vrijwel direct na de opening van het Sprookjesbos in 1952. Peter Reijnders had het idee voor een vliegend tapijt. De attractie zou bekend staan als de Fakir en de Dansende Goudvis. In 1956 maakte hij een schets van het sprookje, maar kwam een hoop technische problemen tegen. Vooral was het ingewikkeld om de fakir van het ene naar het andere punt te laten zweven. De Technische Universiteit Delft onderzocht dit, maar zei dat dit onmogelijk was. Enige tijd later ontdekte Reijnders zwevende waterdruppels tijdens het foto's maken voor een bruiloft. Deze zweven waterdruppels zaten vast aan een telefoonkabel, maar doordat er een kerkmuur achter deze kabel zat, was deze niet te zien. Hierdoor vond Reijnders een oplossing voor het probleem.

Wanneer Reijnders verantwoordelijk was voor de techniek, maakte Anton Pieck de ontwerpen. De drie poppen voor de attractie worden gemaakt in Eindhoven. Ondertussen worden het gebouw en de tuin aangelegd. Oorspronkelijk hadden de tulpen een dobbertje gemaakt van kurk. Het probleem is dat zich volzuigt met water na een tijdje. Hierdoor drijft de kurk niet meer. Uiteindelijk worden de dobbertjes gemaakt van plastic.

Opening

De Vliegende Fakir werd geopend op 24 juli 1958. De Vliegende Fakir lag toentertijd nog niet in het Sprookjesbos. Net als de Indische Waterlelies was de Vliegende Fakir een aparte attractie. De Vliegende Fakir bevond zich toentertijd in de Siertuin. Hierdoor had de voorstelling een brede laan naar het sprookje toe. Waar bezoekers tegenwoordig via de zijkant het pleintje opkomen, kwamen ze toentertijd via de voorkant het pleintje op. Hierdoor was het paleis al in de verte te zien.

Latere aanpassingen

Een boordje bij de attractie in 2008 over de tentoonstelling in het Efteling Museum

Oorspronkelijk hadden de drie fakirs een zwarte baard. In 1987 werden de poppen vervangen door fakirs met een witte baard. Een van de oude poppen is nog altijd in het Efteling Museum te zien. Bij de oude poppen bewogen de ogen van de fakirs in de torens heen en weer. Tegenwoordig is dit niet meer het geval. De aanloop naar de attractie veranderde in 1998. Toen werd de Siertuin bij het Sprookjesbos gevoegd, waardoor bezoekers via de zijkant van het plein binnen kwamen. Tot 2004 was er wel een sluipweggetje rechtstreeks naar de fakir, maar in 2004 werd deze verwijderd.

In 2008 vierde de Vliegende Fakir zijn 50e verjaardag. Toentertijd werd er een speciale tentoonstelling gehouden in het Efteling Museum over het ontstaan en de bouw van het sprookje. Hierbij waren ook veel schetsen en oude objecten te zien. De Keukenhof kweekte een speciale Efteling Tulp (Tulipa Efteling) ter gelegenheid van het sprookje. Deze tulpensoort had speciale franjeranden en was te koop voor bezoekers. Bij het sprookje werden deze tulpen ook neergezet.

In 2017 onderging de Vliegende Fakir een grote renovatie. Hierbij werd de attractie schoongemaakt en opnieuw geschilderd. Ook werden alle tulpen vervangen. Hoewel nog hetzelfde systeem wordt gebruikt, is dit opnieuw gemaakt met moderne materialen. In de jaren voor de renovatie waren namelijk veel tulpen vast komen te zitten of gezonken. Hierdoor gingen steeds minder tulpen omhoog en omlaag. De nieuwe tulpen hebben ook verschillende tinten rood en geel. Ook zijn er twee verschillende tinten groen voor de bladeren.

Uitbeelding

De fakir vliegt van de ene naar de andere toren.

Het sprookje wordt uitgebeeld door een groot paleis met twee torens. De twee torens zien er precies hetzelfde uit en staan aan weerszijden van een muur. Onder deze muur is een galerij met verschillende planten. Voor het bouwwerk ligt een tuin met in het midden een vijver met een fontein. Rondom deze vijver zijn twee velden met tulpen te vinden. Aan de rechterkant bevinden zich alle rode tulpen en aan de linkerkant alle gele tulpen. Het gebouw zelf is gedecoreerd als een Indisch paleis. Aan de tuin ligt een klein pleintje, waar de bezoekers naar de voorstelling kunnen kijken. Bij de voorstelling is geen gesproken tekst, terwijl dit bij andere sprookjes vaak wel het geval is.

Tussen de twee torens vlieg van tijd tot tijd een fakir heen en weer op een vliegend tapijt. De fakir vliegt van de linker- naar de rechter toren of andersom. Het tapijt wordt voortgetrokken door nylondraden onder het tapijt. Als de fakir bij de eindtoren is aangekomen, gaat deze de toren binnen. In de toren wordt de pop van de fakir meteen een halve slag gedraaid. Hierbij wordt alleen de pop gedraaid, terwijl het tapijt hetzelfde blijft. In iedere toren zit aan de onderkant een pop van dezelfde fakir. Nadat de fakir de juiste torens is binnengekomen, gaat een luik op de beneden verdieping open. Vervolgens ziet men de fakir met zijn fluit en klinkt de Indiase muziek Sanai Gath.

Bij deze muziek gaan eerst de tulpen van het andere veld weer omlaag en vervolgens de tulp van het veld waarbij de fakir staat omhoog. De tulpenbloemen staan allemaal op stokjes met aan de onderkant een dobbertje. Dit dobbertje drijft op water en is niet voor de bezoekers zichtbaar. Door het waterlevel te verhogen en te verlagen komen de tulpen omhoog of gaan ze naar beneden. Wanneer de bloemen naar beneden zijn, verdwijnen ze achter de bladeren van de tulp. Hierdoor zijn de bloemen niet duidelijk zichtbaar. Aan het einde van het lied wordt het luik gesloten en blijven de bloemen omhoog staan. Pas als de fakir in de andere toren gaat spelen, gaat eerst het vorige veld naar beneden en dan pas het andere veld omhoog.

Sprookje

Tijdens de opening van de attractie had de attractie nog geen verhaal. Tegenwoordig is er wel een verhaal bij de attractie; er zijn zelfs drie verschillende versies. De eerste versie was gemaakt door Bob Venmans in 1961, de tweede versie Truus Sparla in 1967 en de huidige en laatste versie door Martine Bijl in 1973. De versie van Martine Bijl wordt tegenwoordig nog steeds gebruikt voor sprookjesboeken en staat ook bij de attractie te lezen. De versie van Martine Bijl volgende een moraal (wijze les) toe aan het sprookje. Toch klopt het verhaal niet echt bij de uitbeelding, aangezien men niet weet waarom de fakir steeds op en neer moet gaan.

Let op!
Hieronder staat de samenvatting van een verhaal.
Soms is het niet leuk als je al weet hoe het verhaal afloopt!

Er was eens een sultan die heerste over het land Simarstan. Zo nu en dan komt er een emir op bezoek om de sultan te vertellen over wat er in het land gaande is. De emir brengt een zak met tulpenbollen mee, maar de sultan is niet onder de indruk. Hij vergeet de tulpenbollen en de tuinman besluit een van de tulpenbollen in de grond te doen bij zijn hutje. Die avond komt er een zwerver aan en de tuinman geeft deze te eten. De zwerver blijkt echter een fakir te zijn. Wanneer hij een lied speelt op zijn fluit, schiet er een tulp uit de tulpenbol. De tuinman wil dat de sultan dit ziet. De sultan is door zijn macht en rijkdom erg ziek geworden. Hierdoor ziet hij niet meer de schoonheid van eenvoudige, simpele dingen.

De sultan is onder de indruk van de tulp. De hele nacht door planten de fakir en de tuinman de tulpenbollen. Wanneer het ochtend is geworden, staat de sultan voor het eerst weer op uit zijn bed. Hij loopt naar de paleistuin toe, waar de fakir op een vliegend tapijt een lied fluit op zijn fluit. Hierdoor verschijnen honderden rode en gele tulpen. Dit is zo erg mooi dat de sultan meteen geneest. Hij geeft de opdracht om zijn rijkdommen te verdelen onder alle arme inwoners van zijn land. Op de vlag van Simarstan is sindsdien een tulp afgebeeld; het symbool van wijsheid en geluk.

Bronnen

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=De_Vliegende_Fakir&oldid=731732"