Botbreuk
In de geneeskunde heb je twee soorten breuken:
- Botbreuken
- Ingewandsbreuken
Botbreuk
Een botbreuk is als je een been breekt en je arm. Of je sleutelbeen. Dat moet dan "gezet" worden en ingezwachteld of ingegipst zodat de twee (of meer) losse stukken netjes op hun plaats blijven en weer aan elkaar kunnen groeien. Als je dood gaat, laat het trouwens allemaal weer los, dat is wel een leuk weetje.
Eerste hulp
Als je iets hebt gebroken moet je het zo min mogelijk bewegen. Zo voorkom je dat de breuk nog erger wordt. Als de breuk ernstig is dan moet je met de ambulance naar het ziekenhuis. Bijvoorbeeld als je een gebroken heup hebt. Maar als je pols is gebroken kan je gewoon met je ouders naar het ziekenhuis gaan. In het ziekenhuis moet je naar de Spoedeisende Hulp. Dat is de afdeling voor mensen die een ongeluk hebben gehad. Ze kijken wat er aan de hand is en geven je eerste hulp. Je komt in een behandelkamer en een dokter voelt of je bot is gebroken. Meestal stuurt hij je door naar de röntgenafdeling. Daar maken ze röntgenfoto’s omdat de röntgenstralen niet door tanden en botten en zo komen (want die zijn te hard) en die zien er op de röntgenfoto wit uit. Zachte dingen zoals kleren en huid zien er donker uit. Dus op de röntgenfoto kan je goed zien of een bot gebroken is of niet. Als je bot gebroken is ga je naar een andere afdeling in het ziekenhuis en daar word je verder geholpen.
De behandeling
Heeft de dokter gezien dat je iets hebt gebroken, dan moet het in het gips. Maar hoe gaat dat precies? Eerst gaan ze je bot zetten. Dan duwen ze je botten weer netjes tegen elkaar. Dat gebeurt zonder operatie. Dat doet meestal wel even pijn. Als je botdelen weer goed tegen elkaar aan liggen dan gaan ze spalken. Om je huid te beschermen komt er eerst een soort sok om je arm of je been of wat je hebt gebroken heen. Ook doen ze een laag van watten om je arm heen. Dan komt de spalk, die is meestal van gips. In het ziekenhuis worden vaak doeken gebruikt. Die zitten vol met gipspoeder en als je dat nat maakt wordt het een dikke brij. De natte plakken gips komen om de watten heen. Als het droogt wordt het gips hard. Een spalk gaat nooit helemaal om je arm heen. Een derde deel van je arm blijft vrij. De zwelling moet de ruimte krijgen, anders worden de bloedvaten in je arm afgekneld. Dat is natuurlijk niet de bedoeling.
Gips?
Meestal is de zwelling na een week al verdwenen. Dan moet je terug naar het ziekenhuis. In de gipskamer wordt de spalk los gemaakt. Je bot is dan nog niet genezen. Er komt nog iets om je arm. Je krijgt weer een sok en watten, nu krijg je verband van kunststof. Mensen zeggen dan nog vaak: mijn arm zit in het gips. Maar eigenlijk klopt dat niet. Eigenlijk is het geen gips maar kunststof. Het kunststofverband is al in een half uur droog. Ook is het lichter en dus prettiger. Als je je been hebt gebroken dan krijg je ook eerst een spalk. Je mag wel lopen maar met krukken. Dat zijn een soort stokken waar je met je armen op steunt. Na een week krijg je loopgips. Daar mag je meestal wel op lopen. Loopgips zit ook om je voet. Daarom krijg je meestal ook een speciale schoen met klittenband. Dan wordt het gips niet vies. Hoe lang een gebroken been in het gips moet ligt aan de breuk. Maar dat is meestal niet meer dan een week of zes. Als je je schouderblad of sleutelbeen hebt gebroken, dan krijg je geen gips. Omdat deze breuk niet in het gips kan. Je krijgt dan een mitella. Rust is vaak al voldoende.
Gips mag niet nat worden. Daarom zijn er speciale gipshoezen voor onder de douche.
Genezen
Omdat kinderen nog groeien geneest de breuk sneller dan bij volwassenen. Maar je gips blijft meestal wel even lang zitten als bij een volwassene. Dat komt omdat kinderen vaak wat wilder zijn dan volwassenen. Dat is dus voor de veiligheid.
Hoe lang je je gips houdt ligt aan de plaats van de breuk. Meestal is je breuk al binnen 5 weken genezen en mag je gips er af. Daarvoor gebruikt de dokter een speciale zaag. De zaag trilt heel snel heen en weer. Het lijkt gevaarlijk maar dat is het niet. Je kan deze zaag zelfs op de huid zetten, hij snijdt toch niet door je huid heen. Het kietelt alleen maar. Als het bot genezen is zie je ook niet meer dat het ooit is gebroken. De kans dat je je bot nog eens breekt is klein. Je moet in het begin net na de behandeling nog erg voorzichtig zijn. Want je bot is dan nog wel kwetsbaar.
Ingewandsbreuk
Een ingewandsbreuk ontstaat op een zwakke plaats waar de buikwand (dat is een stevige spierwand in je onderlichaam waarachter de darmen liggen) aan de liesstreek grenst. Dan kan daar bij grote inspanning (iets heel zwaars tillen bijvoorbeeld) iets scheuren en er een opening ontstaan waardoor een deel van de darm naar buiten komt. Alsof de buitenband van je fiets helemaal versleten is en de binnenband door een ontstaan gat er uitstulpt. De darm moet dan weer terug worden gedrukt en de opening moet operatief worden dichtgemaakt. Want als de darm wordt ingeklemd (ingeklemde breuk heet dat) en er wordt niet tijdig ingegrepen, ga je dood.
Ingewandsbreuken heb je trouwens ook weer in soorten: liesbreuk, dijbreuk enzovoorts.