Biologische stal
Een biologische stal is een stal voor landbouwdieren. In vergelijking met een megastal hebben de dieren in een biologische stal een beter leven en krijgen biologisch voedsel.
Hoe leven dieren in een biologische stal?
De dieren in een biologische stal hebben meer leefruimte dan in een mega stal. Per dier hebben ze vaak 1 m² meer ruimte om te leven. Varkens hebben daar al gauw 2 m² in plaats van 1 m². Ook zijn er nog wat regels: de dieren moeten bijvoorbeeld naar buiten kunnen, er moet daglicht in de stal zijn en de dieren mogen niet in hun eentje staan. Ook mogen de dieren maximaal 3 maanden binnen staan. In de biologische stal mogen de kalfjes langer bij de moeder koe staan en krijgen de kalfjes moedermelk binnen. Er zijn speciale ligruimtes voor de dieren waar zij in hooi of stro kunnen liggen.
Wat zijn de voordelen en de nadelen van een biologische stal?
De dieren hebben in een biologische stal veel ruimte nodig om te leven. Ook leven de dieren er langer, dus gebruiken ze langer de ruimte en het voer in de stal. De dieren gebruiken ook erg veel water, meer dan in een megastal. Doordat de dieren meer natuurlijk voedsel binnenkrijgen zoals gras en bloemen, komen er andere gassen uit hun poep dan bij dieren uit een megastal. Die gassen zijn samen slechter voor het milieu dan de gassen uit een megastal-dier.
Biologisch gehouden dieren krijgen geen medicijnen ingespoten. Als wij het vlees van die dieren eten zitten daar dus geen medicijnen in. Dit is gezonder voor de mens. In de biologische stal gebruiken ze geen kunstmest maar alleen echte mest van dieren. Ze gebruiken dit om landbouwgrond te bemesten. Hier kunnen dan planten op groeien die de dieren zelf weer kunnen gaan opeten. Het voedsel wordt vaak in de buurt van de stal gegroeid en hoeft dus niet met veel vrachtwagens vervoerd te worden. Dit is beter voor het milieu doordat er minder uitlaatgassen uit de vrachtwagens in de lucht terecht komen.
Het belangrijkste voordeel aan de biologische stal is natuurlijk het dierenwelzijn. De dieren voelen zich beter en hebben niet veel stress. Ze hebben meer ruimte om te leven, mogen lekker buiten bewegen en krijgen gezond te eten.