Beroepssecundair onderwijs
Het beroepssecundair onderwijs is een onderwijstype in Vlaanderen die te vergelijken is met het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs (VMBO en MBO) in Nederland. Je krijgt er meer praktijk dan theorie en dus minder algemene vakken. Deze algemene vakken staan vooral in dienst van de praktijk. Het zelf doen en zelf ervaren is belangrijk. De opleiding bereidt je voor op het uitoefenen van een (praktisch) beroep en doorstromen naar het hoger onderwijs is niet zozeer de bedoeling, maar kan wel als er een extra 7e gespecialiseerd leerjaar is gevolgd.
Er zijn verschillende beroepssectoren waaruit je kunt kiezen en waar je stage kunt lopen.
Er is aandacht voor:
- Sociale vaardigheden
- Het concreet en praktisch aanleren van een beroep
- Ontwikkelen van de persoonlijkheid
Tijdens de eerste graad (leerjaar 1+2) maak je kennis met verschillend bedrijfstakken. Vanaf de tweede graad (3e leerjaar) maak je een keuze in de studierichting. Dit kan zijn:
- industriële domein (autotechniek, lassen etc.)
- personenzorg,
- kantoor en verkoop,
- land- en tuinbouw,
- bouw,
- voeding e.a.
Leerlingen die school en werk willen combineren, kunnen vanaf 15 jaar overstappen naar het deeltijds beroeps secundair onderwijs (dbso).