Anne Frank

Uit Wikikids
Versie door DeHelpendePenny (overleg | bijdragen) op 16 mei 2024 om 18:56
(wijz) ← Oudere versie | toon huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Anne Frank
Monument in Utrecht

Annelies Marie Frank (Anne) (Frankfurt am Main, Duitsland, 12 juni 1929 - Bergen-Belsen, Duitsland, (waarschijnlijk) februari 1945).

Anne Frank was een Duits-Joods meisje. Ze is omgekomen tijdens de Tweede Wereldoorlog, net als zes miljoen andere Joden. Ze stierf in het concentratiekamp Bergen-Belsen in Duitsland in februari 1945.

Anne Frank is na haar dood in de hele wereld bekend geworden omdat ze tijdens de oorlog een dagboek heeft geschreven. Na de oorlog is het uitgebracht en in meer dan 70 talen is vertaald. Anne Frank is daarmee het symbool geworden van de zes miljoen joodse slachtoffers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Er zijn ook veel boeken over haar geschreven. Daarnaast zijn er veel films en toneelstukken gemaakt over het dagboek en haar leven.

Anne Frank kreeg haar dagboek voor haar dertiende verjaardag op 12 juni 1942. De eerste regels uit haar dagboek zijn: ‘Ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog aan niemand gekund heb, en ik hoop dat je een grote steun voor me zult zijn.’ - 12 juni 1942.

Van Frankfurt naar Amsterdam

Anne werd geboren op 12 juni 1929 in Frankfurt am Main, een stad in Duitsland. Ze was de dochter van Otto en Edith Frank-Holländer. Ze had een oudere zus Margot Frank, die geboren werd op 16 februari 1926. Op 13 maart In 1932 waren er verkiezingen in Duitsland, waarbij de nazi’s (de aanhangers van Hitler) veel stemmen wonnen. Adolf Hitler kwam aan de macht in 1933. Hitler gaf de schuld van alle problemen in Duitsland aan de Joden en begon hen te vervolgen. Joden verloren hun baan en er was ook geweld tegen Joden en dat was nog maar het begin.

Anne's ouders zagen voor henzelf en de kinderen geen toekomst meer in Duitsland omdat Adolf Hitler joden vervolgde.

Annes vader Otto ging in de zomer van 1933 naar Nederland, Edith in november, Anne en Margot gingen toen naar hun oma in Aken (vlak bij de Nederlandse grens). Margot kwam in december 1933 naar Nederland en Anne volgde in februari 1934, waar ze als verjaardagscadeau voor Margot op de tafel werd gezet. De familie Frank woonde in Amsterdam, aan het Merwedeplein 37, op de tweede verdieping. Op het plein woonden nog meer Joden die uit Duitsland waren gevlucht. Er stonden namelijk veel huizen leeg. Anne en Margot gingen allebei naar school in de buurt en leerden Nederlands. Anne had veel vrienden op school en in de buurt en genoot ervan om met ze te spelen. Anne hield van schaatsen, lezen, films en verzamelde plaatjes van filmsterren.

De familie Frank was liberaal -joods. Dat betekent dat ze zich verbonden voelden met de joodse tradities, maar niet streng waren wat betreft de regels.

In Amsterdam had Anne Frank een fijne tijd, totdat de Duitse legers in mei 1940 Nederland binnenvielen en ons land bezetten. Net als in Duitsland begonnen de nazi's (nationaalsocialisten) in Nederland Joden te vervolgen; stapje voor stapje.

Iedereen moest zich in 1941 melden en registreren of ze Joods of niet-Joods zijn. Er kwamen steeds meer maatregelen tegen de Joden en andere groepen die volgens de nazi's vernietigd moesten worden, zoals zigeuners (Sinti en Roma), gehandicapten, en homoseksuelen. Joden mochten niet meer naar de bioscoop, niet meer naar het zwembad en joodse kinderen zoals Anne Frank mochten alleen nog naar een joodse school met alleen joodse leerlingen. Joden kwamen steeds meer apart te staan. Vanaf 1 mei 1942 moest Anne net als alle andere Joden in Nederland een gele ster op haar kleren dragen.

Op 12 juni 1942 werd Anne 13 jaar. Van haar ouders kreeg ze een rood geruit dagboek cadeau. Ze vond het haar mooiste cadeau en begon er direct in te schrijven.

Op 29 juni 1942 stond er in alle Nederlandse kranten dat de Duitse bezetter besloten had dat de Joden in werkkampen in Duitsland moesten gaan werken. Margot was een van de eerste Joden die op 5 juli 1942 een oproep (brief) kreeg dat ze naar een werkkamp in Duitsland moest. Anne hoorde van haar vader dat ze de volgende ochtend direct gingen onderduiken. Ze moest haar spullen pakken en stopte als eerste haar dagboek in.

Anne Frank lacht naar de schoolfotograaf.jpg

Aan de achterkant van het bedrijfsgebouw van haar vader aan de Prinsengracht 263 in het centrum van Amsterdam was een kleiner huis aangebouwd, dat leeg stond. Het heette het Achterhuis en was deel van het bedrijf Opekta waar Otto Frank directeur was. Op 6 juli 1942 verstopten zij zich in dat huis.

Onderduiken

Veel mensen geloofden niet dat ze naar Duitsland moesten om te gaan werken. Ze zochten naar huizen waar ze zich met hulp van bewoners konden verstoppen. Zo hoopten ze uit de handen van de Duitsers te blijven. Maar dat was niet gemakkelijk. Je moest een plek vinden en mensen die je wilden helpen. Het was ook gevaarlijk, want onderduiken was verboden.

Ook de vader en moeder van Anne Frank hadden een plan bedacht. Ze hadden in het geheim spullen naar het achterhuis gebracht. Het achterhuis was een deel van Otto's bedrijf. Vier mensen die voor Otto Frank werkten wilden helpen. Samen met Hermann van Pels, Auguste van Pels en hun zoon Peter van Pels doken ze onder. Later kwam er nog iemand bij, Fritz Pfeffer. Er waren in totaal dus 8 onderduikers.

Door de week en op zaterdag werkten er mensen in zijn bedrijf. Zij mochten absoluut niet te weten komen dat er mensen in het achterhuis waren ondergedoken. Er waren 4 mensen die het wel wisten en de onderduikers hielpen, Miep Gies, Bep Voskuijl, Johannes Kleiman en Victor Kugler. Ze zorgden voor eten en kleren en alle andere dingen die de onderduikers nodig hadden. Zoals schoolboeken voor Margot, Anne en Peter.

Ze maakten gordijnen voor de ramen en ze moesten heel stil zijn, zodat de mensen die overdag in het bedrijf werkten hen niet konden horen. Ze wisten dat er zware straffen stonden op het onderduiken, daarom was er voortdurend angst voor ontdekking. Overdag konden ze zelfs de wc niet doortrekken omdat anders de andere mensen die in het bedrijf werkten er achter konden komen dat er onderduikers waren. Het gebouw was namelijk erg gehorig. Daarom moesten ze wachten totdat de mensen die overdag in het bedrijf werkten, weggingen. Niemand wist hoelang de oorlog zou duren.

Anne schreef vaak in haar dagboek. Het werd haar beste vriendin en die noemde ze Kitty. Toen ze net ondergedoken was, schreef Anne in 1942 in haar dagboek: onze schuilplaats is nu pas een echte schuilplaats geworden. Mijnheer Kugler (een vriend van zijn vader) vond het namelijk beter om voor onze toegangsdeur een kast te plaatsen, maar dan natuurlijk een kast die draaibaar is en die dan als een deur opengaat I In het achterhuis moesten Anne Frank en de andere onderduikers overdag muisstil zijn. Anne miste haar vriendinnen. Ze vond het erg dat ze nooit naar buiten kon. Anne schreef hoe het dagelijks leven in het achterhuis eruitzag. Maar ook dat ze bang was om ontdekt te worden tijdens het onderduiken. Omdat de onderduikers zolang boven op elkaar zaten, waren er ook ruzies. Soms werd het Anne teveel. Gelukkig kon ze dan haar hart luchten in haar dagboek. Zo schrijft Anne op 16 maart 1944 in haar dagboek. "Het fijnste van alles vind ik nog dat ik dat wat ik denk en voel tenminste nog op kan schrijven, anders zou ik compleet stikken.",

Ontdekt

Anne Frank en de andere onderduikers hoopten dat de Duitsers hen niet zouden vinden. Ze waanden zich veilig in het huis aan de Prinsengracht in Amsterdam. Maar op 4 augustus 1944 werd de schuilplaats helaas ontdekt. Degene die hen arresteerde heette Karl Silberbauer. Op 4 augustus 1944 stopte 's ochtends tussen tien uur en halfelf een auto voor het huis aan de Prinsengracht 263. De ss-Oberscharfuhrer Karl Silberbauer, in uniform, stapte samen met ten minste drie Nederlandse agenten. Ze waren waarschijnlijk verraden, we weten alleen niet door wie. Het is ook mogelijk dat ze bij een huiszoeking toevallig ontdekt zijn. De onderduikers hadden er toen ruim twee jaar gezeten. Ze waren er namelijk op 6 juli 1942 gekomen.

Kort nadat de familie Frank gevangen was genomen, vonden de helpster Miep Gies en Bep Voskuijl op de vloer van het achterhuis de dagboeken van Anne Frank. Miep stopte ze in haar bureaula. Alle 8 onderduikers werden op 8 augustus naar Kamp Westerbork gebracht, in het oosten van Nederland. Vanaf daar werden ze getransporteerd naar het concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz. Dat lag in Polen dat ook door de Duitsers was bezet.

Dat was voor Anne de laatste keer dat ze haar vader heeft gezien. Vanuit Auschwitz werden Anne en haar zus Margot naar het concentratiekamp Bergen-Belsen in Duitsland gebracht. Anne kwam daar een van haar beste vriendinnen uit Amsterdam tegen. Ze heette Hanneli Goslar. Hanneli had het iets beter dan Anne, want ze kreeg soms een voedselpakket van het Rode Kruis. Ze probeerde Anne te helpen door wat eten over het hek naar haar toe te gooien. Hanneli overleefde de oorlog.

Bergen-Belsen lag tussen de Duitse steden Hamburg en Hannover. De situatie was er verschrikkelijk. Het kamp was overvol en de gevangenen kregen amper iets te eten. Anne en Margot verzwakten en kregen hoge koorts. Anne Frank stierf daar aan vlektyfus, in februari 1945, een paar dagen na haar zus Margot. Ze was toen nog geen 16 jaar oud. Ook de andere onderduikers uit het Achterhuis kwamen om. Haar vader, Otto Frank, bleef als enige van het gezin in leven. Hij overleefde Auschwitz en keerde in juni 1945 terug naar Amsterdam. Toen bekend werd dat Anne was overleden gaf Miep het dagboek aan Otto Frank. Otto liet het dagboek in 1947 uitgeven als boek.

Risico's voor onderduikgevers

Zoals de familie van Anne Frank zijn er ongeveer 28.000 joden die ondergedoken zijn geweest tijdens de oorlog. Van de 28.000 ondergedoken joden werden er 12.000 ontdekt, gevangengenomen en afgevoerd. Meestal waren ze net als de familie Frank verraden. Ook voor onderduikgevers was het gevaarlijk. Vaak werden ook zij gearresteerd. Van de 4 onderduikgevers van de familie Frank werden de twee vrouwen Miep Gies en Bep Voskuijl niet gearresteerd. De twee mannen wel: Johannes Voskuijl en Victor Kugler. Johannes kwam vrij omdat hij ziek was, Victor wist te ontsnappen.

Tijdlijn

  • 1929: Anne Frank geboren in Frankfurt am Main, Duitsland
  • 1933: De familie Frank verhuist van Frankfurt am Main, naar Amsterdam
  • 10 mei 1940: De Duitsers vallen Nederland binnen
  • 12 juni 1942: Anne Frank krijgt voor haar dertiende verjaardag een dagboek
  • 6 juli 1942: de familie Frank duikt onder aan de Prinsengracht 263 in Amsterdam
  • 4 augustus 1944: De familie Frank wordt verraden en opgepakt
  • eind februari 1945: Anne Frank overlijdt in het concentratiekamp Bergen-Belsen
  • 1945: Einde van de oorlog. Otto Frank krijgt in juli het dagboek van een van de helpers: Miep Gies
  • 1947: Otto Frank publiceert het dagboek van Anne Frank. Het heeft als titel: 'Het Achterhuis'.
  • 1980: Otto Frank overlijd op 91 jarige leeftijd.

Anne Frank begon er in te schrijven op 12 juni 1942, haar 13e verjaardag. Ze schreef:

12 juni 1942
Ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog nooit aan iemand gekund heb, en ik hoop dat je een grote steun voor me zult zijn. En op zaterdag 20 juni 1942 schreef ze over de toestand: Na mei 1940 ging het bergaf met de goede tijden: eerst de oorlog, dan de capitulatie. Jodenwet volgde op Jodenwet en onze vrijheid werd zeer beperkt. Joden moeten een jodenster dragen; Joden moeten hun fiets afgeven; Joden mogen niet in de tram; Joden mogen niet in een auto; Joden mogen alleen van 3 tot 5 uur boodschappen doen; Joden mogen alleen maar naar een Joodse kapper; Joden mogen vanaf 8 uur 's avonds tot 6 uur 's ochtends niet op straat; Joden mogen niet naar een zwembad, tennis-, hockey-of andere sportplaatsen. Joden mochten nog veel meer dingen niet.

Beschrijving hoe het in het Achterhuis ging. Zaterdag, 11 juli 1942

‘Vader, moeder en Margot kunnen nog steeds niet aan het geluid van de Westertorenklok wennen, die om het kwartier zegt hoelaat het is. Ik wel, ik vond het dadelijk fijn en vooral ‘s nachts is het zo iets vertrouwd.’

Zaterdag, 3 oktober 1942

Gisteren hebben ze mij erg geplaagd omdat ik met mijnheer van Daan samen op bed heb gelegen. “Zo vroeg al een schandaal!” En al dergelijke uitdrukkingen meer. Flauw natuurlijk. Ik zou nooit met mijnheer van Daan willen slapen in de algemene betekenis natuurlijk.’ ‘Gisteren was er weer een botsing en moeder heeft verschrikkelijk opgespeeld, Zij heeft al mijn zonden aan pappie verteld en begon erg te huilen, ik natuurlijk ook, en ik had al zo’n verschrikkelijke hoofdpijn. Ik heb pappie eindelijk verteld dat ik veel meer van “hem” houd dan van moeder. Daar heeft hij dan op gezegd dat wel weer zou overgaan, maar dat geloof ik niet.’

Ze beschreef in het dagboek wat zij meemaakte tijdens de onderduik. Ze schreef brieven aan Kitty, een denkbeeldige vriendin. Ze begint haar brieven met Lieve Kitty. In maart 1944 hoort Anne een oproep op radio Oranje. De Nederlandse regering wil na de oorlog dagboeken van Nederlanders over de bezetting verzamelen en uitgeven. Om te weten wat de Nederlanders tijdens de oorlog hebben meegemaakt. Als Anne dat hoort, besluit ze haar dagboek wil uitgeven. Ze herschrijft daarvoor haar dagboek. Ze voegt er nog herinneringen aan toe en laat stukken tekst weg. Ze werkt hieraan tot haar arrestatie op 4 augustus. Op 1 augustus 1944 schrijft Anne haar laatste dagboekbrief.

Versies

Er zijn in de loop van de jaren verschillende versies van het dagboek gekomen.

Versie A

Dit is het dagboek zoals Anne dat op 12 juni 1942 begon. Ze schreef eerst in een poëziealbum dat ze voor haar dertiende verjaardag had gekregen. Toen dat vol was, schreef ze verder in dikke kantoorboeken. Versie A eindigt op 1 augustus 1944.

Versie B

Na een oproep van Minister Bolkestein op radio Oranje begon Anne haar dagboek te herschrijven en om te werken, verbeteren, liet stukken weg die ze niet interessant vond en voegde er herinneringen aan toe. In de tussentijd hield ze haar oorspronkelijke dagboek bij. De laatste brief die ze heeft herschreven beschrijft de gebeurtenissen tot 29 maart 1944.

Versie C

Versie C is het dagboek die Otto Frank uit de twee eerdere versies van Anne heeft samengesteld. Dat moest hij wel doen, want van de eerste twee versies waren stukken weg. Die had helper Miep Gies na de arrestatie niet gevonden in het Achterhuis. Hij heeft sommige stukken weggelaten. Ten eerste de stukken die over seksualiteit gingen, want in 1947 was daar niet over te praten en ten tweede heeft hij heel wat onaardige opmerkingen weggelaten die Anne maakte over haar moeder en haar vriendinnen.

Versie D

Eind 1991 is een nieuwe uitgave van het dagboek van Anne Frank verschenen. Hiervoor werd als uitgangspunt het dagboek genomen zoals Otto dit had samengesteld. Dit dagboek werd aangevuld met alle andere stukken van versie A en versie B, zonder weglatingen. Je zou deze versie, versie D kunnen noemen. Hij is een kwart dikker dan de vorige uitgave.

Versie E

Aan versie E zijn de later vier gevonden pagina's in 2001 toegevoegd. Bij deze versie wordt ook het boek ‘Verhaaltjes en gebeurtenissen vanuit het Achterhuis’ geleverd.

Beroemd

Anne Frank schreef in haar dagboek dat ze later een beroemd schrijfster of een journaliste wilde worden. Na haar arrestatie vond een van de helpers, Miep Gies, haar dagboeken in het Achterhuis, waar de onderduikers meer dan twee jaar ondergedoken hadden gezeten. Toen bekend werd dat Anne was overleden gaf Miep het dagboek aan Otto Frank. Otto liet het dagboek in 1947 uitgeven als boek. Het werd na verloop van tijd een groot succes. Het wordt nog altijd wereldwijd gelezen en is in meer dan 70 talen vertaald.

Videoclips

Externe links

Afkomstig van Wikikids , de interactieve Nederlandstalige Internet-encyclopedie voor en door kinderen. "https://wikikids.nl/index.php?title=Anne_Frank&oldid=861261"