Filipijnse jaarvogel
| Filipijnse jaarvogel Aceros leucocephalus | |||
|---|---|---|---|
|
| |||
| Gevoelig | |||
| Leefgebied | Filipijnen | ||
| Leefomgeving | bossen | ||
| Behoort tot de | Neushoornvogels | ||
| |||
De Filipijnse jaarvogel of in het Latijn Aceros leucocephalus is een vogel uit de familie van de Neushoornvogels. De Filipijnse jaarvogel komt uit het geslacht Aceros. Zoals de naam al zegt, komt de vogel voor in de Filipijnen. Daar komt het voor op de eilanden Camiguin, Dinagat en Mindanao. In het Filipijns wordt de vogel vaak Tuhek genoemd door de plaatselijke bewoners. De Filipijnse jaarvogel heeft een zwart verenkleed. Alleen is de staart voor het grootste gedeelte wit, met aan het einde een zwarte punt. Op hun kop hebben we een soort van kuif, die afloopt tot in de nek. De snavel van de Filipijnse jaarvogel is rood, met een rode "hoorn" en een rode ring rond de ogen. De jonge Filipijnse jaarvogels zijn iets lichter van kleur. In de lengte verschillen het mannetje en het vrouwtje van elkaar. Het mannetje is zo'n 77,5 centimeter groot en het vrouwtje zo'n 68,5 centimeter. De Filipijnse jaarvogel is in 1816 ingedeeld door Louis Jean Pierre Vieillot.