Grondwet van de Verenigde Staten
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
De grondwet van de Verenigde Staten (Engels: United States Constitution) is de belangrijkste wet in de Verenigde Staten. De grondwet bestaat uit zeven artikelen en 27 amendementen. De zeven artikelen vormen samen de originele tekst. De 27 amendementen zijn latere toevoegingen aan de grondwet. De grondwet begint met de beroemde woorden We the People. Het Amerikaans Hooggerechtshof heeft de taak de grondwet te interpreteren in het geval van conflicten. De grondwet werd aangenomen in 1788 en ging in 1789 in effect. De laatste toevoeging aan de grondwet was in 1992.
De zeven artikelen beschrijven de scheiding der machten. Dit zijn de wetgevende macht (Amerikaans Congres), de uitvoerende macht (president en regering) en de rechtssprekende macht (het rechtssysteem). De eerste drie artikelen beschrijven de taken van deze machten. Artikel 4, 5 en 6 beschrijven de rechten van de federale overheid (van geheel de Verenigde Staten) en de overheden van de afzonderlijke staten. Het zevende artikel was nodig om de grondwet aan te nemen. De meerderheid van de 13 staten moest de grondwet ondertekenen om deze aan te kunnen nemen. Uiteindelijk heeft iedere staat de grondwet aangenomen met Rhode Island als laatste in 1790 (één jaar nadat de grondwet in effect ging).
De 27 amendementen zijn toevoegingen aan de grondwet. De eerste 10 amendementen (de zogeheten Bill of Rights) werd direct na het aannemen van de grondwet toegevoegd. Deze twee amendementen beschermen o.a. de vrijheid van religie en het recht op eerlijk proces. Later zijn andere amendementen toegevoegd. De bekendste zijn het 13e amendement (dat een einde maakte aan slavernij), het 15e amendement (verbod op discriminatie), het 19e amendement (dat ervoor zorgde dat vrouwen kunnen stemmen) en het 26e amendement (dat de kiesleeftijd verlaagde naar 18 jaar). Eén amendement (nummer 18, het verbod op alcohol) werd later herroepen door het 21e amendement.
Ontstaan en aanname
Problemen van de Articles of Confederation
Conventie en aanname
Invloeden
De artikelen
Artikel 1
Het eerste artikel beschrijft de werking van de wetgevende macht, oftewel het Amerikaans Congres. Volgens het artikel bestaat het Amerikaans Congres uit twee kamers:
- Het Huis van Afgevaardigden; waar iedere staat een bepaald aantal zetels krijgt dat overeenkomt met de inwoners van die staat. Afgevaardigden moeten minstens 25 jaar oud zijn, leven in de staat die zij vertegenwoordigen en de Amerikaans nationaliteit hebben voor minstens zeven jaar. Deze kamer wordt iedere twee jaar gekozen.
- De Senaat; waar iedere staat twee zetels heeft ongeacht hoeveel inwoners de staat heeft. Een senator moet minstens 30 jaar oud zijn, wonen in de staat die hij vertegenwoordigd en minstens negen jaar de Amerikaanse nationaliteit hebben. De senatoren worden om de zes jaar gekozen. De senatoren worden in drie groepen verdeeld en elke twee jaar wordt een van deze groepen opnieuw verkozen. Hierdoor wordt iedere twee jaar een derde van de Senaat vervangen.
Een belangrijke opmerking hierbij is dat het artikel zegt, dat de senatoren gekozen moeten worden de overheden van de staten. Sinds de aanname van het 17e amendement in 1913 is dit veranderd. Tegenwoordig kiezen de inwoners van de staten de senatoren door middel van verkiezingen. Wel kan de gouverneur van een staat een nieuwe senator aanwijzen als een senator overlijd, afgezet wordt of opstapt tot de volgende verkiezingen.
Het artikel beschrijft daarnaast de dingen die het Amerikaans Congres kan doen. Voorbeelden zijn het slaan van munten, belasting heffen, oorlog verklaren en het land beschermen in geval van oorlog. Latere amendementen hebben deze macht uitgebreid, doordat te zeggen "Het Amerikaans Congres verdedigt dit door gepaste wetgeving."
Artikel 2
Het tweede artikel beschrijft de uitvoerende macht, bestaande uit de president en de vicepresident. Ook de rest van de regering wordt hieronder gerekend. Het tweede artikel zegt dat de president minstens 35 jaar oud moet zijn en de Amerikaanse nationaliteit moet hebben op de dag van de inwerkingstelling van de grondwet of doordat hij in de Verenigde Staten is geboren. De eerste zes presidenten (waaronder George Washington) waren immers geboren voordat de Verenigde Staten bestonden. Zij konden president doordat zij de Amerikaanse nationaliteit hadden op de dag waarop de grondwet in werking trad.
Het artikel stelt dat een president een periode van vier jaar dient en gekozen wordt door middel van verkiezingen. Tijdens deze verkiezingen kiezen de inwoners van alle staten de president indirect door het Kiescollege. Degene met de meeste kiesmannen wordt president. Degene die de tweede plek krijgt wordt vicepresident. Dit laatste is door het 12e amendement veranderd. Tegenwoordig kiest iedere presidentskandidaat een running mate. Deze running mate wordt vicepresident als de presidentskandidaat president wordt. Daarnaast vermeldt het artikel geen maximum aantal termijnen. Pas toen het 25e amendement werd aangenomen in 1967 mocht een president niet meer dan twee termijnen dienen. Sindsdien is ook officieel in de grondwet vastgelegd dat de vicepresident de president opvolgt in het geval van overlijden, aftreden of opstappen.
Het artikel beschrijft daarnaast de taken van de president en de vicepresident. Het artikel stelt dat de president de opperbevelhebber van het leger is en het Amerikaans Congres eens in de zoveel tijd op de hoogte moet houden door de State of the Union (soort van troonrede). Ook staat er een procedure ho een president kan worden afgezet en in welk geval.
Artikel 3
Het derde artikel beschrijft het rechtssysteem (de rechtsprekende macht) inclusief het Amerikaans Hooggerechtshof. Het geeft het Amerikaans Congres het recht wetten aan te nemen over misdaad en hun straf. De rechter past dit toe in individuele zaken. Het artikel stelt dat bij alle rechtszaken over misdaden een jury aanwezig moet zijn. Ook wordt landverraad beschreven.
Artikel 4
Het vierde artikel beschrijft de relatie tussen de federale overheid en de staten. In dit artikel wordt beschreven hoe nieuwe staten kunnen toegevoegd aan de Verenigde Staten. Ook wordt beschreven hoe staten kunnen worden gesplitst in meerdere staten en hoe grenzen tussen staten gewijzigd kunnen worden. Hierover gaat het Amerikaans Congres volgens het artikel. Het artikel zegt dat mensen, goederen en geld zich vrij kunnen bewegen tussen de staten. Dit betekent dat staten geen importkosten kunnen opleggen voor producten uit een andere staat. Wel mogen staten controles uitvoeren, bijvoorbeeld bij verdenking van misdaad.
Het Amerikaans Congres heeft het recht om territoria te maken en deze te besturen. Dit was vooral vroeger het geval, toen er nog veel territoria zijn. Tegenwoordig hebben de Verenigde Staten technisch gezien nog territoria, zoals Puerto Rico, maar deze hebben inmiddels een vorm van zelfbestuur. Het vierde artikel geeft het Amerikaans Congres namelijk de macht om wetten te maken over het bestuur van deze territoria.
Als laatste stelt het vierde artikel dat de Verenigde Staten een republiek is. Ook moet de federale overheid staten beschermen in geval van oorlog, invasie of geweld.
Artikel 5
Het vijfde artikel gaat over hoe de grondwet kan worden uitgebreid en veranderd door middel van amendementen. Het artikel stelt dat hiervoor twee stappen zijn:
- De tekst van een voorgesteld amendement moet vast worden gesteld door beide kamers van het Amerikaans Congres met allebei twee derde meerderheid. In plaats hiervan kan ook een landelijke conventie worden opgesteld die dit doet. Deze landelijke conventie wordt bij elkaar geroepen als twee derde van de staten dit willen.
- De voorgestelde tekst wordt vervolgens naar de parlementen alle staten gestuurd. Wanneer minstens twee derde van alle staten vóór stemt wordt het amendement toegevoegd. Staten kunnen dit doen doordat het parlement van die staat voor stemt of door het opzetten van een conventie die hierover stemt. Dit laatste is enkel gebeurd met het 21e amendement.
Het artikel stelt daarnaast nog dat het Amerikaans Congres geen wetten mag maken over de import van slaven vóór 1808. De eerste wetten werden hierdoor pas na 1808. Doordat het 13e amendement slavernij verbiedt, kan het Amerikaans Congres dit niet meer. Ook stelt het artikel dat het Amerikaans Congres naar belasting moet heffen naar het aantal inwoners van de staat. Dit werd gewijzigd door het 16e amendement, dat inkomstenbelasting mogelijk maakte.
Artikel 6
Het zesde artikel stelt dat de federale wetgeving staat boven de wetgeving van staten. Ook bepaalt het dat de grondwet van de Verenigde Staten boven de grondwet van de afzonderlijke staten staat. Rechters moeten hier rekening mee houden.
Daarnaast bepaalt het artikel dat een bepaalde religie geen vereiste kan zijn om een publieke functie in de rechtspraak, politiek of overheid uit te voeren.
Artikel 7
Het laatste artikel is tegenwoordig niet meer zo belangrijk, maar het is wel voor de aanname van de grondwet noodzakelijk geweest. Het zegt dat minstens negen van de dertien oorspronkelijke staten de grondwet moeten ondertekenen om deze in werking te stellen. Als een staat deze ondertekende trad het officieel toe tot de Verenigde Staten.
De eerste staat die de grondwet ondertekende was Delaware op 7 december 1787. Hierna volgden Pennsylvania (12 december), New Jersey (18 december), Georgia (2 januari 1788), Connecticut (9 januari), Massachusetts (6 februari), Maryland (28 april), South Carolina (23 mei), New Hampshire (21 juni), Virginia (25 juni), New York (26 juli), North Carolina (21 november 1789) en tenslotte Rhode Island op 29 mei 1790.
De amendementen
Bill of Rights (Amendement 1 t/m 10)
De eerste 10 amendementen worden samen de Bill of Rights genoemd. Deze werden direct na het aannemen van de grondwet aangenomen. Ze waren bedacht om de rechten van de individuele Amerikanen te beschermen tegen de federale overheid. Het oorspronkelijke voorstel bevatte 12 amendementen, waarvan er twee niet aangenomen werden. Deze twee artikelen gaan over de verdeling van het Congres en de aanname van adellijke titels. Deze twee amendementen komen daardoor niet in de grondwet voor.
De eerste 10 amendementen zijn:
- 1e amendement: regelt de vrijheid van meningsuiting en religie. Het Amerikaans Congres mag geen wet maken om een bepaalde religie of mening te benadelen. Volgens het eerste amendement mag iedereen geloven wat hij/zij wil, is er persvrijheid, mogen Amerikanen vreedzaam demonstreren en een petitie aanbieden om problemen op te lossen. Deze vrijheden mogen niet beperkt worden door het Amerikaans Congres.
- 2e amendement: regelt het recht op wapenbezit. Volgens dit amendement heeft iedere Amerikaan recht om wapens te bezitten en te dragen. De reden hiervoor was dat iedere staat een soort van eigen vredesmacht heeft (een militia). Voor deze militia was het nodig dat er vrij wapenbezit was.
- 3e amendement: verbiedt het verplicht huisvesten van soldaten zonder toestemming van de eigenaar in vredestijd. Een eigenaar mag dit dus weigeren en het Congres kan de eigenaar (zolang er vrede is) dit niet verplichten. De reden dat dit gedaan is had te maken met de Amerikaans Onafhankelijkheidsoorlog. Toen verplichtten de Britten Amerikaans huizeneigenaars om Britse soldaten onderdak te geven.
- 4e amendement: regelt doorzoekingen en het in beslag nemen. Volgens dit amendement moet de overheid toestemming hebben om iets te doorzoeken (als een huis) en/iets in beslag nemen. Dit moet op papier gedrukt zijn en er moet vermeldt zijn wat men precies zoekt. Dit mag alleen wanneer er een redelijke verdenking is.
- 5e amendement: beschermt het recht op een eerlijk proces. Iedere Amerikaan heeft recht op een eerlijk proces met een Grand Jury (jury tussen de 12 en 23 personen), maar als een proces plaats vindt bij de zee- of landmacht, militia, in oorlogstijd of tijdens een noodtoestand hoeft dit niet. Vrijheid, leven en bezit kan niet ontnomen worden zonder eerlijk proces. Ook kan privébezit niet gebruikt worden door de overheid zonder dat iemand hiervoor gecompenseerd is. Voor een aanhouding moet een arrestant ook op zijn rechten gewezen worden.
- 6e amendement: beschermt de rechten van een verdachte. Een verdachte heeft recht op een openbaar en snel proces met een onafhankelijke jury uit de staat en het district waar het misdrijf is gepleegd. Verdachten hebben ook recht op een advocaat en moeten op de hoogte worden gesteld waarom ze worden aangeklaagd. Ook mogen er getuigen gehoord worden tegen de verdachte.
- 7e amendement: gaat over de juryrechtspraak in civiele processen. Wanneer de waarde van een geschil niet groter is dan 20 dollar geldt juryrechtspraak en mag niet in een andere Amerikaanse rechtbank behandeld worden.
- 8e amendement: verbiedt wrede, overdreven en ongebruikelijke straffen. Hieronder vallen bijvoorbeeld heel hoge boetes, overdreven lange gevangenisstraffen en wrede straffen waarbij iemand veel pijn zal lijden.
- 9e amendement: stel dat de grondwet niet alle rechten bevat. De grondwet kan niet gebruikt worden om bepaalde wetten te ontkennen of te beperken.
- 10e amendement: beschermt de rechten van staten en mensen. De macht van de federale overheid wordt beperkt door de grondwet.