Netwerk

Een netwerk bestaat uit twee of meer machines, die informatie uitwisselen. Machines kunnen computers, printers, telefoons en faxen zijn, maar kunnen evengoed ook een magnetron of een wasmachine zijn. Netwerken kunnen heel groot en ingewikkeld zijn.

Werking

Netwerken worden gebruikt als vormen van communicatie. Netwerken maken gebruik van afgesproken standaarden (vaste manieren van communiceren) zoals TCP/IP en Ethernet. Deze standaarden zorgen ervoor dat machines elkaar begrijpen: ze spreken een gemeenschappelijke taal af. Wanneer iemand bijvoorbeeld Duits spreekt tegen iemand die geen Duits verstaat, zal de communicatie niet goed gaan. Door deze standaarden kunnen mensen continenten, landen, steden, dorpen en willekeurige locaties met elkaar verbinden.

Toekomst

In de toekomst zal het mogelijk zijn om vanuit ons werk de magnetron thuis aan te spreken en het grillprogramma te starten of het wasprogramma van de wasmachine aan te sturen. Dit wordt het internet der dingen genoemd.

Zoals bovenvermeld kan contact worden gemaakt met ieder type machine, maar denk ook eens aan het opsporen van onze huisdieren of zelfs het opsporen van personen (via speciale elektronica of hardware)! Het maakt dus niet uit, welke vorm van communicatie plaatsvindt; een Windows-machine die communiceert met een UNIX-machine of een netwerkverbinding met een magnetron. Deze machines passen de bovengenoemde standaarden (protocollen) toe om informatie uit te wisselen.