Koran
De Koran (ook wel Q'oran) is het heilige boek van de moslims.
De moslims geloven dat de profeet Mohammed (moslims schrijven achter de namen van profeten vrede zij met hem) in het jaar 611 in de grot Hira de engel Gabriël ontmoette. Ze geloven dat Allah de volgende boodschap voor Mohammed had: Beweeg jou tong er niet mee (de koran) om er haast mee te maken. Voorwaar, het is aan ons hem voor te doen dragen. Wanneer wij hem dan hebben doen, voordragen volg dan zijn voordacht.
Dit was een klein stuk van de eerste soera (een tekst uit de koran). Mohammed gaat daarna vlug naar huis en verteld het zijn vrouw. De moslims geloven dat dit verhaal verklaart dat in het jaar 611 de koran langzaam op aarde kwam. Alle soera’s kwamen op de aarde in de jaren 611 t/m 634. Toen Mohammed stierf waren alle soera’s op aarde. De soera die als eerste op aarde kwam heet de Al Allaq, en de soera in de opening van de koran heet Al Fatiha. Mohammed is 23 jaar profeet geweest. Veel moslims geloven dat de verzen van de Koran letterlijk van God afkomstig zijn.
De Koran verwijst veel naar personen uit de Bijbel. In soera 3: 3 staat dat ook de Thora en het Evangelie zijn neergezonden door God. Iets minder heilig zijn de traditieverhalen over de profeet Mohammed, de Soena. Dit zijn verhalen die ongeveer 200 jaar na het leven van de profeet zijn opgeschreven. Het zijn deze verhalen met de interpretaties uit die tijd, die de islam een afwijkende godsdienst van het christendom en het jodendom hebben gemaakt.
Vertaling
Of je de Koran wel of niet hoort te vertalen blijft een discussie onder de mens. Sommige vinden het wel normaal/goed terwijl andere het een slecht idee vinden omdat de Koran een heilige boek is waarvan een vertaling onmogelijk is.