Gebarentaal
Gebarentaal is een taal gemaakt voor mensen die doof zijn of slecht horen. De mensen die slecht horen die hebben een gehoorapparaat, die helpt om de gesproken taal te verstaan. Als dat niet lukt, dan maken ze gebruik van gebarentaal. Door middel van de gebaren kunnen ze iets vertellen/duidelijk maken. Zo kunnen ze toch nog hele gesprekken voeren. De gebarentaal wordt zo vroeg mogelijk aangeleerd, want als je jong bent, leer je makkelijker. Het is makkelijk als de kennissen/familie van iemand die doof is ook gebarentaal kennen, dan kunnen hun ook met diegene praten. Je kunt ook op gebarentaalles als je gebarentaal wil leren.
Vroeger gebruikten dove/slechthorende mensen alleen het handalfabet om met elkaar te communiceren, dit was erg onhandig en langdradig omdat je dan letter per letter met hand uit moest beelden. Het is eigenlijk hetzelfde als elke letter in een gesprek met iemand anders moet spellen in plaats van woorden te gebruiken. De woorden zijn toen ontstaan en heten gebaren, de Nederlandse Gebaren Taal (NGT) heeft ook werkwoorden en grammatica.
Het is een taal als alle anderen, alleen gebruik je bij het spreken van NGT niet je stem maar je handen, armen, gezichtsuitdrukking en houding.
Gebarenalfabet
Als je wilt vingerspellen (gebruiken van het handalfabet), moet je zorgen dat je het handalfabet heel goed kent en dat de palm van je hand naar degene wijst die jij aanspreekt. Dit is nodig omdat diegene dan duidelijk kan zien welke letter je aangeeft. Het is vergelijkbaar met spreken, als je met iemand praat ga je ook niet achter iemand zitten maar kijk je hem/haar doorgaans aan en ben jij in zicht voor diegene.
Er wordt veel gebruik gemaakt van de afkorting NGT (Nederlandse Gebaren Taal). Verschillende landen kennen/hebben hun eigen gebarentaal met de volgende afkortingen:
- VGT (Vlaamse Gebaren Taal): Vlaamse gebarentaal.
- ASL (American Sign Language): Amerikaanse gebarentaal.
Sinds december 2010 heeft Nederland eenzelfde gebarentaal. Eerst waren er verschillen in gebarentaal door heel Nederland. Er waren bijvoorbeeld meerdere gebaren voor het woord WC. Zo heeft ieder land zijn eigen handalfabet. De NGT heeft voor alle begrippen een gebaar, voor elke letter een aparte handvorm.