Umlaut
Een Umlaut is een diakritisch teken. De Umlaut lijkt qua teken precies op de trema. Het zijn namelijk ook twee puntjes. De umlaut wordt in een aantal talen gebruikt, waaronder het Duits, Zweeds, IJslands, Turks, Fins en Hongaars. De umlaut is er om aan te geven dat een letter anders moet worden uitgesproken dan normaal. De letter met een umlaut er boven worden zelf ook een umlaut genoemd.
Vroeger zag de umlaut er heel anders uit. Het was toen een soort van kleine e (de Sütterlin) die boven een letter stond of soms na de letter. Dit gaf veel verwarring. Als je snel las kon het zijn dat je dat de e onderdeel was van het woord. Later werd deze e vervangen door twee streepjes, maar deze twee streepjes leken erg veel op de accent agui. Daarom werd dit later uiteindelijk weer vervangen door twee stipjes. Het Hongaars bleef wel de twee streepjes houden.
In het Duits zijn veel voorbeelden van woorden met umlauten. In het Duits komen er umlauten voor op de o (ö), de a (ä), de u (ü) en au (äu). Een letter met zo'n umlaut word totaal anders uitgesproken dan een letter zonder umlaut. Hieronder staat hoe de letters moeten worden uitgesproken:
- De o wordt uitgesproken als oh.
- De ö wordt uitgesproken als eu.
- De a wordt uitgesproken als ah.
- De ä wordt uitgesproken als eh.
- De u wordt uitgesproken als oe.
- De ü wordt uitgesproken als uu.
- De au wordt uitgesproken als au.
- De äu wordt uitgesproken als oi.
Je ziet dus steeds dat de letter met umlaut wordt uitgesproken. Bij sommige Duitse woorden is de umlaut slechts het enige verschil tussen de twee woorden. Neem de woorden schon (wat al betekend) en schön (wat mooi betekend).