Kreeftachtigen
Kreeftachtigen.
De kreeftachtigen vallen onder de stam van geleedpotige dieren. Dat zijn dieren die een uitwendig skelet hebben. Je kunt ze herkennen aan het schild dat aan de buitenkant zit. Onder de kreeftachtigen vallen zeer veel verschillende dieren, grote, maar ook kleine. Je hebt kreeftachtigen van een paar milimeter maar bijvoorbeeld ook tot 3 meter groot. Kreeften en krabben zijn de grootste dieren die onder deze groep vallen. Kleinere dieren zijn bijvoorbeeld de pissebed.
Lang niet alle kreeftachtigen hebben scharen. Veel kreeftachtigen worden dan ook onterecht 'kreeft' genoemd, zoals bijvoorbeeld de langoest.
Uiterlijk.
Alle kreeftachtigen bezitten een uitwendig skelet dat is gemaakt van 'chitine', met een hoog kalkgehalte (hiervan zijn bijvoorbeeld ook schelpen gemaakt). Door het materiaal groeit het schild niet met de dieren mee. Om toch te kunnen groeien moeten de kreeftachtigen eens in de zoveel tijd vervellen. Het grappige bij kreeftachtigen is dat het aantal pootjes niet vaststaat. Bij spinnen (altijd 8 poten) en insecten (altijd 6 poten) is dit wel het geval. Het aantal poten bij de kreeftachtigen kan 10 zijn, maar ook 14. Het is wel lastig te zien hoeveel poten een kreeft nu werkelijk heeft, vaak zijn bij de waterdieren de pootjes vergroeid tot een soort zwempootjes.
SchuinschriftDeze foto's zijn gemaakt in Underwaterworld te Scheveningen, door 'MeesterJorg'Schuinschrift
Voortplanting.
Kreeftachtigen zijn levend barend. Dit betekend dat de kinderen van kreeften levend geboren worden. Het zijn dan nog larven die in het water rondwzweven en eigenlijk kunnen ze nog niets. Uiteindelijk moeten ze zo'n 4 keer vervellen voor ze een volwassen leeftijd hebben bereikt en ze zelf ook voor nageslacht (kinderen) kunnen zorgen.
Wat eten ze?
De grotere kreeftachtigen zijn aaseters, dit betekent dat ze op de bodem dood of rottend materiaal zoeken en dit eten. Kleinere kreeftachtigen leven vooral van plankton en algen. Zelf worden de kleinere kreeftachtigen ook vaak gegeten. Pissebedden vormen een belangrijke voedselbron voor allerlei vogels. De grotere kreeftachtigen zijn door het dikke pantser een veel lastigere tegenstander en worden daarom minder vaak gegeten.
Bron: Wikipedia.org