Pluk redt de dieren
Pluk redt de dieren is een boek geschreven door Annie M.G. Schmidt. Het is het tweede deel over Pluk van de Petteflet. Het bijzondere is dat het boek is uitgegeven na de dood van Annie M.G schimdt.
Personages
- Pluk
- Aagje
- Moem en Pasj(beren)
- de kakkerlak ZaZa
- Mevrouw Helderder
- Meneer Pen
- Spijkebijt
- Tante pleeg
- de Weerman
- De portier
Verhaal
Hieronder staat de samenvatting van een verhaal. Soms is het niet leuk als je al weet hoe het verhaal afloopt! |
Het boek gaat over natuurlijk over Pluk, maar ook over een ander kind: Spijkebijt. Dat is een jongen die opgevoed is door beren. Die heten Poem en Pasj. Nu woont hij bij Tante Pleeg en daar maakt pluk kenniis met hem. Spjkebijt heeft wat ongewone manieren meegekregen van de beren. Als hij zijn zin niet krijgt bijt hij altijd. Maar daarna heeft hij er spijt van. Daarom heet hij ook Spijtebijt. De beren waardoor hij is opgevoed ontsnappen uit de dierentuin. Spijtebijt ziet ze en voorkomt dat ze naar de dierentuin moeten en nemen hem daarom mee naar Tante pleegs flat. Maar dat kan natuurlijk niet, dus heeft meneer Pen een oplossing: Hij wordt gebrahct naar de weerman. Die xpiriemten uitvoert met allerlei klimaten. Pluk zegt tegen Spiijtebijt dat hij de beren gauw weer mag opzoeken. Een tijdje later ontdekken Aagje, Pluk en Spijtebijt een inktvis in Egwijk. Die willen ze naar de Weerman berengen. Spijtebijt gaat mee om de beren op tezoeken maar wanneer ze te lang met de inktvis bezig zijn bijt hij de Weerman en loopt weg. In een grot ziet hij de beren maar hij gaat daar snel weer weg om dat hij niet meer gewend is om in de buitenlucht te leven. De Weerman en pluk vinden hem met de Jeep maar Spijtebijt bijt opnieuw de Weerman waardoor hij door een glazen muur rijdt die de polen en het oerwoud scheit. Uiteindelijk komt alles weer op zijn poten terecht en moet Spijtebijt 1000 keer opschijven ik mag niet bijten. Tante pleeg koopt ook een groot huis met een grote tuin waarin sspijtebijt met de beren kan spelen enw aar de beren kunnen wonen.