Kat
De kat is een zoogdier en wordt veel als huisdier gehouden.
Een vrouwtjeskat wordt een poes genoemd, en een mannetje een kater. De kleintjes van een kat heten kittens.
Gewone huiskatten
Meestal kan je aan een huis zien dat er een poes of kat woont. Er zitten bijvoorbeeld rafels aan een hoek van de bank. Ook een kattenmand, kattenbak, voerbakje en een kattenluik in de buitendeur vertellen dat er een kat in huis woont. Vaak slingert er ook nog speelgoed rond. Veel katten worden flink verwend. Ze hoeven alleen maar te slapen en het voedsel op te eten dat voor hen klaar wordt klaargezet. een kat krijgt al voldoende beweging door af en toe eens voor een hond weg te rennen of door de tuin rond te wandelen. Een kat die altijd binnen zit, kan dik worden. Maar daar heeft hij niet altijd last van.
Jagers
Zelfs een gewone huiskat heeft alle kenmerken van zijn familie die in het wild leeft zoals de tijger of de leeuw. Het zijn jagers die alleen maar vlees eten en brokjes natuurijk ook.
Jonge poesjes noem je kittens. Een mannetje is een kater. Een vrouwtje is een poes. Een moederpoes krijgt 1 tot 7 jonge katjes per keer. Dat noem je een worp. De poes is dan ongeveer 63 dagen drachtig geweest. Dat is ongeveer 2 maanden.
Hoe ziet een kat eruit?
Enkele kenmerken:
· Ze hebben een vacht
· Ze adem lucht met hun longen
· De kleintjes drinken melk bij de moeder.
Nagels
De nagels van de kat zijn vlijmscherp en krom. Aan elke voorpoot heeft hij er vijf, aan de achterpoten elk vier. Normaal zitten de nagels teruggetrokken. Ze maken geen lawaai bij het sluipen. Een poes kan zijn nagels uitslaan op het moment dat hij wil krabben of een prooi wil grijpen. Hij moet zijn nagels regelmatig scherpen aan een boomstam of aan een speciale krabpaal. Een poes die niet kan krabben omdat hij de hele dag in huis zit gebruikt dan vaak de stoel of de bank. Dat vinden de meeste baasjes niet zo leuk.
Snorharen
De snorharen van een kat gebruikt hij als voelsprieten om te voelen of ze ergens door heen kan. Eens in de maand vallen er een paar uit en ze worden steeds zachter.
Horen
Een kat kan heel goed horen. Zelfs het geritsel van een muis kan ze horen. Als het een heel hoog geluid is dan gaan de haartjes in de oren trillen, en dat kan soms bij de kat heel erg pijn doen! kjnkjhkjhkjhkjhkjhkjhkjhkjhkjh
Ogen
Katten hebben hele felle, lichtweerkaatsende ogen. Ze kunnen vooral als het schemert er goed door zien en als je een keertje 's nachts twee groene of gele lichtjes ziet buiten, dan is het waarschijnlijk een kat. Als het donkerder word worden hun pupillen groter in de vorm van een bol, als het lichter word worden ze kleiner en lijken ze net als streepjes.
Mond
De hoektanden van een kat zijn lang en scherp. Hij kan er gemakkelijk een prooi mee vastgrijpen en verslepen. De kiezen hebben geen platte knobbels, maar een vlijmscherpe rand. Zijn onder- en bovenkies vallen als een schaar langs elkaar heen. Zo knipt hij brokjes eten kapot. Echt kauwen kan een poes niet. Hij slikt de brokjes zo door. De tong van een kat is erg ruw, net schuurpapier. Met de kleine stekeltjes op zijn tong schraapt een kat restjes vlees van botten af en als hij drinkt blijft het water of de melk eraankleven. De ruwe tong gebruikt hij ook bij het schoonmaken van zijn vacht.
Familie van de kat
Familie van de kat worden katachtigen genoemd, enkele voorbeelden zijn:
· Leeuw
· Tijger
· Panter
· Jaguar
. Poema
Maar er zijn nog veel meer soorten.
Soorten katten
Er zijn katten in allerlei kleuren: zwarte katten, witte, bruine, gestreepte en gevlekte katten. Behalve de gewone huiskatten die zoveel verschillen in hun vacht hebben, zijn er ook heel bijzondere raskatten, die zo gefokt worden dat hun kleur altijd hetzelfde is. Dat zijn hele dure katten.
Er zijn drie soorten katten namelijk:
· haarloze kat
· Kortharige katten
· Langharige katten
Eten voor de poes
Bijna alle katachtigen trekken er het liefst alleen op uit. De kat jaagt ook in zijn eentje. Hij doet dat met besluipen en bespringen. In zijn eentje kan hij een prooi makkelijker ongezien besluipen. Eenmaal heel dichtbij zijn prooi, valt hij aan: met een sprong, soms eerst een heel kort sprintje.
Een wilde kat vangt vooral muizen, hagedissen en vogeltjes.
Een huiskat drinkt vaak water of melk. Vaak eten ze brood of een lekker koekje en speciale kattenbrokken. Die koop je in de winkel.
Als een kat valt
Als de kat valt komt hij altijd op zijn pootjes terecht. In de lucht draait hij eerst zijn bovenlichaam en dan draait hij zijn achterpoten. Dan zet hij zich schrap en steekt zijn pootjes naar de grond om de val te breken.
Leeftijd van katten
Katten kunnen 14 tot 25 jaar oud worden.
Waar haal je een kat vandaan?
Een kat koop je niet in een dierenwinkel zoals een cavia of een goudvis. Je moet iemand vinden die een nest met jonge katjes heeft en ze kwijt wil. Een katje moet minstens 6 weken bij zijn moeder blijven, maar het best is 8 weken voordat hij naar een baasje gaat. Je kan ook een kat(je) uit het asiel halen als je dat doet zijn ze ook al ontwormt, ontvlooit, helemaal ingeent en gecastreert of gesteriliseert. Ook hebben ze dan een chip en een europees kattenpaspoort. Een kat uit het asiel kost ongeveer € 85,-.
jonkies
een poes krijgt 3tot4 jongen
als ze net geboren zijn . zijn ze blind of doof. ze drinken bij hun moeder. ze duwen hun nageltjes in de vascht . om de melk uit tepels te krijgen. moeder poes likt de klijtjes schoon. ze eet hun poep en plas op. maar ze leert al vlug naar de kattenbak te gaan.