Tropisch klimaat
Een tropisch klimaat is een klimaat in de tropen. In een tropisch klimaat wordt het niet kouder dan 18 graden Celsius. De temperatuur blijkt redelijk gelijk. De grootste verschillen in de seizoenen komt door de neerslag. Er zijn verschillende soorten tropische klimaten:
- tropisch keno
- tropisch moesson klimaat
- Tropisch nat en droog of savanne klimaat
Tropisch regenwoud klimaat
In een tropisch regenwoud klimaat valt gemiddeld 60 millimeter regen per maand. Ze liggen dicht bij de evenaar. In dit gebied heb je geen seizoenen die afwisselen zoals we dat in Nederland kennen (lente, zomer, herfst en winter). Wel is er een regenseizoen en een droog seizoen. In het regenseizoen regent het erg veel.
De planten kunnen heel goed groeien door de hoge temperatuur en de grote hoeveelheid neerslag. De zeer dichte begroeiing bestaat uit vele soorten bomen en struiken. Kenmerkend voor een tropisch regenwoud zijn de verschillende lengtes, waarbij de hoogste bomen wel 35 meter hoog kunnen worden. Je zou denken dat de plantengroei zeer vruchtbaar is, maar dat klopt niet helemaal. Omdat er geen seizoenen zijn, laten de bomen hun bladeren wel vallen, maar niet allemaal tegelijk. Dat komt door de warmte en de grote 'vochtigheid'. De planten leven van hun eigen afval. Het kappen van het tropisch regenwoud betekent dan ook het einde van deze kringloop.
Tropisch moesson klimaat
In een tropisch moesson klimaat heb je natte en droge seizoenen. Het kenmerkende van een moesson klimaat is het grote verschil tussen het natte en droge seizoen. Er valt heel veel water in het natte seizoen.
Tropisch nat en droog of savanne klimaat
In het savanne klimaat valt in het droge seizoen minder dan 60 millimeter per maand.
Savanneklimaat Ten noorden en zuiden van de evenaar heb je weinig regen. Er valt zelfs een aantal maanden geen regen, sneeuw en hagel, waardoor het in de winter droog is. Op de savanne is het wel warm, maar omdat het veel minder regent, wordt het bos minder dicht (met planten/bomen). Eerst krijg je het licht tropisch woud en nog verder van de evenaar groeit er alleen nog maar gras, met eventueel wat bomen. Dit landschap is geschikt voor dieren. Op de Afrikaanse savanne leven de volgende dieren: olifanten, leeuwen, giraffes, neushoorns en zebra's.
Steppeklimaat/ droogklimaat Nog verder van het savanneklimaat, krijg je het steppeklimaat. Op de steppe valt er maar drie tot vier maanden regen, sneeuw of hagel. Je ziet nauwelijks bomen meer. Er groeien alleen nog gras en doornige struiken. Het gras van de steppe is erg ruw en onbeheerst dan het gras die wij in Nederland kennen. De steppes in Noord- Amerika worden prairies genoemd en in Zuid- Amerika pampas. De bodem van de steppe is zeer humusrijk en vruchtbaar, waardoor deze gebruikt kan worden als graanveld.