Bovenleiding: verschil tussen versies
k (→top: replaced: |thumb| → |miniatuur|) |
k |
||
Regel 6: | Regel 6: | ||
Bovenleidingen zijn erg kwetsbaar. Hoge voertuigen kunnen ze op [[overweg]]en kapot trekken. Dit kan ook tijdens een storm gebeuren of door een defecte stroomafnemer. [[Elektrocutie]] door een bovenleiding is erg onwaarschijnlijk, aangezien ze erg hoog boven het spoor hangen. Ook zijn in gebieden met veel vogels de draden voorzien van oranje ballen. Veel mensen vinden bovenleidingen niet erg mooi, aangezien ze (zeker in de stad) het uitzicht ontsieren. Ook is het vrij duur om te plaatsen vanwege de vele palen. Daarnaast zijn bovenleidingen heel erg gevoelig. Als het vriest kan er bijvoorbeeld [[IJzel|ijzel]] op de lijnen komen. In de winter kan dan de spoorlijn minder worden gebruikt. |
Bovenleidingen zijn erg kwetsbaar. Hoge voertuigen kunnen ze op [[overweg]]en kapot trekken. Dit kan ook tijdens een storm gebeuren of door een defecte stroomafnemer. [[Elektrocutie]] door een bovenleiding is erg onwaarschijnlijk, aangezien ze erg hoog boven het spoor hangen. Ook zijn in gebieden met veel vogels de draden voorzien van oranje ballen. Veel mensen vinden bovenleidingen niet erg mooi, aangezien ze (zeker in de stad) het uitzicht ontsieren. Ook is het vrij duur om te plaatsen vanwege de vele palen. Daarnaast zijn bovenleidingen heel erg gevoelig. Als het vriest kan er bijvoorbeeld [[IJzel|ijzel]] op de lijnen komen. In de winter kan dan de spoorlijn minder worden gebruikt. |
||
+ | === Spanningen === |
||
+ | |||
+ | Op een bovenleiding staat spanning. Spanning is de hoeveelheid stroom. Op normale lijnen staat meestal een lagere spanning dan op hogesnelheidslijnen. Ook is er een verschil tussen gelijkstroom en wisselstroom. Gelijkstroom is simpeler en goedkoper, maar heeft als nadeel dat er minder treinen kunnen rijden en dat hogesnelheidstreinen niet hun topsnelheid kunnen halen. Wisselstroom is ingewikkelder en duurder, maar er kunnen wel veel meer treinen rijden en de treinen kunnen ook een hogere snelheid halen. De 4 bekendste spanningen zijn: 1500 volt gelijkspanning, 3000 volt gelijkspanning, 15000 volt wisselspanning en 25000 volt wisselspanning. 1500 volt gelijkspanning wordt onder andere in Nederland en in Zuid-Frankrijk gebruikt. 3000 volt gelijkspanning wordt onder andere gebruikt in België en Italië. 15000 volt wisselspanning wordt gebruikt in Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Noorwegen en Zweden. 25000 volt wisselspanning wordt overal ter wereld gebruikt, bijvoorbeeld op Hogesnelheidslijnen, maar ook op normale lijnen zoals in Engeland, Noord-Frankrijk, Finland en Oost-Europa. |
||
[[Categorie:Railinfrastructuur]] |
[[Categorie:Railinfrastructuur]] |
Huidige versie van 31 mrt 2023 om 17:08
Een bovenleiding of rijdraad is de naam die wordt gegeven aan de kabels boven een spoorlijn. De kabels vervoeren elektriciteit om de voertuigen aan te drijven. Niet alleen treinen gebruiken een bovenleiding, ook trams en trolleybussen doen dit. De bovenleidingen zitten vast aan palen die er om de zoveel meter staan.
De eerste spoorlijnen hadden geen bovenleidingen, omdat de voertuigen op stoom reden. In het begin van de vorige eeuw werd elektriciteit geïntroduceerd om de voertuigen aan te drijven en kwamen er daardoor bovenleidingen. Inmiddels heeft in Nederland haast ieder spoor bovenleidingen; in de jaren 50 en 60 werden de laatste spoorlijnen geëlektrificeerd. De voertuigen nemen de stroom af door middel van een stroomafnemer.
Bovenleidingen zijn erg kwetsbaar. Hoge voertuigen kunnen ze op overwegen kapot trekken. Dit kan ook tijdens een storm gebeuren of door een defecte stroomafnemer. Elektrocutie door een bovenleiding is erg onwaarschijnlijk, aangezien ze erg hoog boven het spoor hangen. Ook zijn in gebieden met veel vogels de draden voorzien van oranje ballen. Veel mensen vinden bovenleidingen niet erg mooi, aangezien ze (zeker in de stad) het uitzicht ontsieren. Ook is het vrij duur om te plaatsen vanwege de vele palen. Daarnaast zijn bovenleidingen heel erg gevoelig. Als het vriest kan er bijvoorbeeld ijzel op de lijnen komen. In de winter kan dan de spoorlijn minder worden gebruikt.
Spanningen
Op een bovenleiding staat spanning. Spanning is de hoeveelheid stroom. Op normale lijnen staat meestal een lagere spanning dan op hogesnelheidslijnen. Ook is er een verschil tussen gelijkstroom en wisselstroom. Gelijkstroom is simpeler en goedkoper, maar heeft als nadeel dat er minder treinen kunnen rijden en dat hogesnelheidstreinen niet hun topsnelheid kunnen halen. Wisselstroom is ingewikkelder en duurder, maar er kunnen wel veel meer treinen rijden en de treinen kunnen ook een hogere snelheid halen. De 4 bekendste spanningen zijn: 1500 volt gelijkspanning, 3000 volt gelijkspanning, 15000 volt wisselspanning en 25000 volt wisselspanning. 1500 volt gelijkspanning wordt onder andere in Nederland en in Zuid-Frankrijk gebruikt. 3000 volt gelijkspanning wordt onder andere gebruikt in België en Italië. 15000 volt wisselspanning wordt gebruikt in Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Noorwegen en Zweden. 25000 volt wisselspanning wordt overal ter wereld gebruikt, bijvoorbeeld op Hogesnelheidslijnen, maar ook op normale lijnen zoals in Engeland, Noord-Frankrijk, Finland en Oost-Europa.